6 jun 2016
Alleen portret van organisator 'nazibeurs' moet worden verwijderd
Vzr. Rechtbank Amsterdam 6 juni 2016, IEF 16013; ECLI:NL:RBAMS:2016:3530 (organisator militariabeurs tegen publicist)
Mediarecht. De organisator van een militariabeurs komt op tegen publicaties waarin de beurs wordt weggezet als een 'nazibeurs'. Weliswaar is de publicist in zijn uitlatingen ongenuanceerd en door zijn woordkeuze tendentieus, maar die ruimte komt hem toe. Zijn uitlatingen vinden bovendien enige steun in de feiten. De handel in voorwerpen met nazisymbolen mag dan wel niet bij voorbaat strafbaar zijn, geheel onomstreden is het evenmin. De beurs te Houten is niet verboden, maar in het verleden is er wel ‘gedoe’ over een vergelijkbare beurs geweest, zodat de aanduiding ‘verboden beurs’ enigszins de lading dekt.
De publicist moet ruimte worden gegund om op zijn manier actie te voeren tegen – in zijn ogen – een misstand. Daarbij is overdrijving toegestaan om de aandacht van de lezer te trekken. Verder speelt mee dat de uitlatingen zijn gedaan in - niet zeer gezaghebbende - media met een beperkt lezerspubliek.
Dat de belangen van de organisator van de beurs door de uitlatingen onaanvaardbaar in het gedrang zijn gekomen is voorshands niet aannemelijk. Dat de reputatie van de organisator van de beurs als persoon, of zijn exploitatie van de beurs substantiële schade heeft ondervonden is niet concreet toegelicht. Dat de organisator van de beurs als leraar geen baan meer kan vinden is evenmin voldoende met stukken onderbouwd. Het gevorderde verbod voor de toekomst wordt afgewezen omdat toewijzing zou neerkomen op preventieve censuur. Wel moet de portretfoto van de organisator van de beurs van verschillende websites worden verwijderd omdat zijn belang bij eerbiediging van zijn privacy zwaarder weegt dan het belang van de publicist bij plaatsing van die foto.
Op andere blogs:
Mediareport