Gepubliceerd op vrijdag 27 januari 2012
IEF 10839
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Als niet in een alternatief systeem wordt voorzien

Antwoord op Europees Parlementaire vragen van het lid Emine Bozkurt (S&D) betreffende het Plan van de Nederlandse regering om de thuiskopievergoeding af te schaffen, E-010727/2011.

Met dank aan Maaike Boomstra, Stichting NORMA.

1. Als Nederland de thuiskopievergoeding afschaft, druist dat in tegen de Nederlandse verplichting uit hoofde van de auteursrechtrichtlijn (Richtlijn 2001/29/EG)?
2. Zou afschaffing van de thuiskopievergoeding kunnen leiden tot een aantasting van het inkomen van rechthebbenden? Wat zijn de eventuele alternatieven om inkomens van rechthebbenden te garanderen?
3. Als afschaffing van de thuiskopievergoeding indruist tegen EU-wetgeving, is de Commissie dan bereid Nederland te wijzen op zijn wettelijke taak om een billijke compensatie voor rechthebbende voor het thuiskopiëren te garanderen?
4. Is afschaffing van de thuiskopievergoeding in strijd met de praktijk in het merendeel van de EU-lidstaten? Is het vanuit harmonisatieoogpunt wenselijk? Gaan deze plannen het beleid van de Commissie, om verschillen in de praktijk van het vergoedingstelsel in de lidstaten te verkleinen, dwarsbomen?

Antwoorden

1. Zoals het geachte Parlementslid heeft aangestipt, is de nieuwe Nederlandse wet nog niet aangenomen en is het parlementaire debat daarover momenteel nog aan de gang. In dit stadium verkeert de Commissie derhalve niet in een positie om een grondige analyse van deze wet te verrichten en een standpunt kenbaar te maken ten aanzien van de verenigbaarheid ervan met het EU-recht, en in het bijzonder met Richtlijn 2001/29/EG.

 

2. Volgens deze richtlijn mogen lidstaten een uitzondering maken voor het kopiëren voor privégebruik, mits de rechthebbenden een billijke compensatie ontvangen. De richtlijn laat de lidstaten echter vrij bij het bepalen van de wijze waarop aan deze verplichting invulling wordt gegeven. In dit verband zij erop gewezen dat de afschaffing van de compensatie voor het kopiëren voor privégebruik kan indruisen tegen Richtlijn 2001/29/EG als niet in een alternatief systeem wordt voorzien om te garanderen dat de rechthebbenden een billijke compensatie ontvangen.

3. De Commissie analyseert de nationale wetgeving van de lidstaten in het licht van het acquis (en met name Richtlijn 2001/29/EG) zoals dat door het Hof van Justitie van de Europese Unie wordt uitgelegd. De Commissie zal niet aarzelen om deze kwestie bij de Nederlandse autoriteiten aan te kaarten, mocht er volgens haar enige twijfel bestaan over de verenigbaarheid van de nieuwe voorschriften met het EU-recht.

4. Lidstaten die de uitzondering ten aanzien van het kopiëren voor privégebruik toepassen (alle EU-lidstaten, met uitzondering van het Verenigd Koninkrijk en Ierland), voorzien in een billijke compensatie in de vorm van een heffingstelsel, behalve Malta en Luxemburg. Zoals de Commissie in haar mededeling van 24 mei 2011 heeft aangekondigd, heeft zij de heer António Vitorino, voormalig Commissielid voor Justitie en binnenlandse zaken, aangesteld als bemiddelaar om de dialoog van belanghebbenden over heffingen op het kopiëren voor privégebruik in goede banen te leiden. Doel van deze dialoog is de grondslagen te leggen voor een wetgevende maatregel met betrekking tot het opleggen van heffingen op het kopiëren voor privégebruik. De voorgenomen wijzigingen in het Nederlandse stelsel laten de bovenbeschreven plannen onverlet.