Gepubliceerd op vrijdag 17 januari 2025
IEF 22475
Rechtbank Rotterdam ||
19 dec 2024
Rechtbank Rotterdam 19 dec 2024, IEF 22475; ECLI:NL:RBROT:2024:13041 (Eiser tegen gedaagde), https://delex.nl/artikelen/artikel-over-confrontatie-tussen-eiser-en-gedaagde-moet-vervangen-worden-videobeelden-mogen-online-blijven

Artikel over confrontatie tussen eiser en gedaagde moet vervangen worden, videobeelden mogen online blijven

Vzr. Rb. 19 december 2024, IEF 22475, IT 4747; ECLI:NL:RBROT:2024:13041 (Eiser tegen gedaagde). Tussen eiser en gedaagde heeft er een voorval plaatsgevonden, dat door gedaagde is gefilmd. Deze videobeelden heeft gedaagde samen met een artikel gepubliceerd op haar website. De website ControleAltDelete.nl plaatste het artikel en de videobeelden ook op diverse sociale media-accounts. Eiser maakt bezwaar tegen deze publicaties en vordert in dit kort geding dat gedaagde het artikel en de videobeelden van haar website moet verwijderen en Controle Alt Delete zou verzoeken hetzelfde te doen. Aan de vorderingen legt eiser naast de schending van de persoonlijke levenssfeer, ook schending van het portretrecht ten grondslag.

De voorzieningenrechter oordeelt dat eiser onvoldoende spoedeisend belang heeft bij een voorlopige voorziening, omdat het artikel al sinds oktober 2023 online stond en eiser pas in augustus 2024 bezwaar heeft gemaakt. Bovendien is er al een bodemprocedure gepland voor 13 januari 2025. Desondanks wijst de rechter de vorderingen van eiser niet volledig af, omdat partijen tijdens de mondelinge behandeling overeenstemming bereikten over een tijdelijke aanpassing van het artikel. De voorzieningenrechter besluit dan ook dat de tekst van het artikel op de website van gedaagde moet worden aangepast om de herleidbaarheid naar de partijen te verminderen. Gedaagde moet ook Controle Alt Delete verzoeken om het artikel op hun website aan te passen. De videobeelden hoeven niet verwijderd te worden. De voorzieningenrechter constateert dat de kwaliteit van de beelden, in combinatie met de hoek waaruit deze zijn genomen, meebrengt dat eiser voor een buitenstaander niet goed herkenbaar is.

3.7. Er is sprake van een botsing tussen grondrechten, aan de ene kant het recht op vrijheid van meningsuiting van [gedaagde] en aan de andere kant het recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer van [eiser]. Portretrecht is een wezenlijk onderdeel van dat laatste recht en houdt het recht van de persoon in om het gebruik en de publicatie van zijn portret te controleren (zie Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) d.d. 7 februari 2012, Axel Springer AG v. Germany en Von Hannover II, en EHRM d.d. 21 februari 2002, no. 42409/98, Schüssel/Oostenrijk). De voorzieningenrechter moet alle relevante omstandigheden van het geval afwegen om te bepalen welke van deze rechten in dit geval zwaarder weegt. Bij deze afweging geldt als uitgangspunt dat aan geen van beide rechten voorrang toekomt. Bovendien brengt het oordeel dat één van beide rechten zwaarder weegt dan het andere recht mee dat de inbreuk op het andere recht voldoet aan de noodzakelijkheidstoets van artikel 8 lid 2 EVRM, dan wel artikel 10 lid 2 EVRM. Als gebruik wordt gemaakt van herkenbare beelden – zoals in deze zaak volgens [eiser] het geval is – is in het kader van deze afweging niet van belang dat, naast de schending van de persoonlijke levenssfeer, dat/of ook schending van het portretrecht aan de vordering ten grondslag wordt gelegd (Hoge Raad 5 oktober 2012, ECLI:NL:HR:2012:BW9230).