Gepubliceerd op donderdag 9 augustus 2018
IEF 17908
Rechtbank Midden-Nederland ||
8 aug 2018
Rechtbank Midden-Nederland 8 aug 2018, IEF 17908; ECLI:NL:RBMNE:2018:3715 (Wärtsilä tegen Aegir Marine), https://delex.nl/artikelen/auteursrechtinbreuk-op-constructietekeningen-staken-maar-onvoldoende-maatregelen-getroffen-om-van-be

Uitspraak ingezonden door Gregor Vos en Rutger Stoop, Brinkhof; Niels Mulder en Lotte van Schuylenburch, DLA Piper.

Auteursrechtinbreuk op constructietekeningen staken, maar onvoldoende maatregelen getroffen om van bedrijfsgeheim te spreken

Rechtbank Midden-Nederland 8 augustus 2018, IEF 17908; ECLI:NL:RBMNE:2018:3715 (Wärtsilä tegen Aegir Marine) Auteursrecht. Bedrijfsgeheimen. Constructietekeningen zijn auteursrechtelijk beschermd werken, maar worden beperkt door functionele eisen, algemene normen en gebruik van hetzelfde computerprogramma. Op de constructietekeningen staat vermeld dat deze niet verder mogen worden verspreid en er zijn geheimhoudingsbedingen in arbeidsovereenkomsten, dit draagt wel bij, maar baat Wärtsilä onvoldoende voor een beroep op bescherming van bedrijfsgeheimen. Van de gelaagde structuur als barrière blijft niet veel over. Onvoldoende is gebleken dat voldaan is aan het - voor bescherming als bedrijfsgeheim gestelde- vereiste dat Wärtsilä c.s. alle redelijke maatregelen heeft getroffen om haar informatie (constructietekeningen en overhaalijsten) geheim te houden. In het incident verbiedt de rechtbank AMPS voor de duur van het geding elke inbreuk op de auteursrechten en afschrift te verstrekken van alle documenten. In reconventie vervalt het gelegde bewijsbeslag voor zover deze meer hebben getroffen dan de constructietekeningen en overhaallijsten; Wärtsilä erkent dat ze alleen de bescherming van de constructietekeningen inroept en niet van ontwerptekeningen.

3.19. Naar het voorlopig oordeel van de rechtbank zijn de constructietekeningen van Wärtsila c.s. te kwalificeren als auteursrechteljk beschermd werk. Weliswaar:
• worden de kecizes bij de vormgeving van dergelijke tekeningen beperkt door functionele eisen (namelijk dat deze geschikt moeten zijn om te gebruiken voor het produceren van het getekende onderdeel),
• worden deze keuzes ook beperkt door algemene normen die gelden voor het maken van constructietekeningen, en
• wordt bij het maken van tekeningen alom gebruik gemaakt van hetzelfde computerprogramma, maar dat laat onverlet dat er voldoende creatieve ruimte over is om keuzes terzake van de vormgeving te maken. Dat wordt bevestigd door de hierna weergegeven vergelijking tussen de door (rechtsvoorgangers van) Wirtsiht c.s. en door andere ondernemingen gemaakte constructietekeningen van hetzelfde onderdeel (naafhuis).

3.20. Uit deze vergelijking blijkt dat de constructietekeningen van Wärtsilä c.s. een gestileerdere indruk maken dan die van de andere ondernemingen. Bij deze andere ondernemingen zijn de tekeningen verdeeld in 5 of 6 duidelijke ‘blokken’ van ongeveer dezelfde grootte, waarin doorsnedes van het onderdeel zijn opgenomen, terwijl bij de tekeningen van Wirtsili c.s. - door de ontwerpkeuzes die Wärtsiläc.s. heeft gemaakt - de doorsnedes op meer organische wijze in de tekening zijn verwerkt. Ook maken de tekeningen van de andere ondernemingen meer de indruk dat deze met de computer zijn vervaardigd dan bij Wirtsiki c.s. Ten slotte zorgt in de tekening van Wärtsilä c.s. de algemene weergave van het onderdeel dat met de tekening kan worden gemaakt (op de tekening hiervoor in de rechterbovenhoek), ervoor dat de tekeningen van Wärtsilä c.s.
aantrekkelijker ogen.

3.2 1. Naar het voorlopig oordeel van de rechtbank is voldoende aannemelijk geworden dat AMPS inbreuk heeft gemaakt op het attteursrecht van Wärtsilä c.s. op haar constructietekeningen.

3.29. De omstandigheid dat op de constructietekeningen staat vermeld dat deze niet (verder) mogen worden verspreid en de eventuele geheimhoudingsbedingen in arbeidsovereenkomsten van werknemers kunnen op zichzelf bezien wel bijdragen aan het oordeel dat sprake is van de bedoelde redelijke maatregelen, maar dat baat Wärtsilä c.s. onvoldoende. Die vermelding heeft immers geen betrekking op de verspreiding aan degene tot wie die vermelding is gericht. Bovendien geldt dat in de praktijk die vermelding en die bedingen kennelijk niet verhinderen dat bedrjfsgegevens naar buiten komen, in zodanige mate (zie hiervoor) dat niet op voorhand duidelijk is dat de gestelde maatregelen van Wärtsilä c.s., mede gezien de overige omstandigheden van dit geval, hier als redelijk zijn aan te merken.

3.30. Onder deze omstandigheden blijft van de door Wärtsilä c.s. gestelde “gelaagde structuur” als barrière niet veel over.