Bloem der Natie (3)
Kamervragen met antwoord. Nr. 2040518690. Antwoord van staatssecretaris Rutte op vragen van het lid Vergeer (SP) over ongestraft plagiaat plegen door Studenten, ingezonden 21 juli 2005 (eerder bericht hier).
Het pleit voor de staatsecretaris dat de (waardeloze) analyse dat plagiaat zo veelvuldig voorkomt doordat ze niet weten dat plagiaat niet is toegestaan ook hem bevreemd. Waarbij hij aantekent "dat er in het bijzonder bij mensen die plagiaat geoorloofd achten verschil kan zijn tussen hetgeen zij zeggen en hetgeen zij weten."
Opvallend, en wellicht tekenend voor het normen en waarden-beleid van dit kabinet, is dat hij zich verder niet uitlaat over zaken als auteursrecht, maar alleen wijst op de morele ontoelaatbaarheid van plagiaat. " Ik ben van mening dat plagiaat in strijd is met essentiële waarden van samenleving en wetenschap. Niet alleen de door u genoemde waarden zijn in het geding, maar eerst en vooral het betrouwbare omgaan met elkaar. Plagiaat is een vorm van bedrog, en als zodanig niet alleen in strijd met de academische maar ook met de algemene maatschappelijke ethiek."
"Naar mijn oordeel zijn de uitkomsten van het onderzoek zeer verontrustend. Het onderwijs bereidt leerlingen en studenten voor op hun toekomstige functioneren in samenleving en beroep. In zo’n kader is plagiaat in welke vorm dan ook uit den boze...Tegen plagiaat op de gesignaleerde schaal acht ik doeltreffende maatregelen noodzakelijk.
Het kader voor het sanctiebeleid wordt gevormd door art. 7.12 lid 4. van de WHW (De examencommissie stelt regels vast met betrekking tot de goede gang van zaken tijdens de tentamens en met betrekking tot de in dat verband te nemen maatregelen). Ik heb momenteel geen informatie die er op wijst dat deze bepaling ontoereikend is. Het onderzoek en uw vragen zijn voor mij echter wel aanleiding om de vraag in het kader van de nieuwe wet WHOO aan de instellingen voor te leggen…Het uitsluiten van een student van onderwijs, tentamens en examens zie ik als potentieel onderdeel van sanctiebeleid". Lees alle antwoorden van de staatsecretaris hier.