Gepubliceerd op dinsdag 28 maart 2017
IEF 16680
Rechtbank Amsterdam ||
28 mrt 2017
Rechtbank Amsterdam 28 mrt 2017, IEF 16680; ECLI:NL:RBAMS:2017:1873 (boekrecensie Volkskrant), https://delex.nl/artikelen/boekrecensie-complotdenkers-met-aandacht-voor-eiser-niet-gerectificeerd

Boekrecensie Complotdenkers met aandacht voor eiser niet gerectificeerd

Vzr. Rechtbank Amsterdam 28 maart 2017, IEF 16680; ECLI:NL:RBAMS:2017:1873 (boekrecensie Volkskrant) Mediarecht. Over een boek over complotdenkers, waarin aandacht aan eiser is besteed, is een recensie verschenen in de Volkskrant. Eiser wil dat de Volkskrant een rectificatie plaatst. Zijn bezwaren zijn met name gericht op de woorden "bizarre club rond kletskous [eiser]", "paranoïde gekkies", "[eiser] is de ongekroonde koning van dit gekkenhuis" en "gekkie". Eiser meent dat er geen grond is voor deze uitlatingen. Daarnaast wordt zijns inziens met deze uitlatingen afbreuk gedaan aan zijn geloofwaardigheid als journalist. De vordering wordt afgewezen. Het gaat om waardeoordelen, in een recensie, die niet excessief zijn of geen enkele basis hebben. Bovendien kan eiser worden aangemerkt als publieke figuur en die heeft meer kritiek te dulden dan de gemiddelde persoon die zich niet in het openbaar debat begeeft. Voor zover eiser als journalist niet serieus zou worden genomen, is niet aannemelijk dat dit een gevolg is van de recensie.

4.4. Volgens vaste rechtspraak zijn waardeoordelen in beginsel vrij. Alleen als een waardeoordeel geen enkele basis heeft, kan het excessief en daarom onrechtmatig zijn. Uit de onder 2.1 geciteerde passages uit het gerecenseerde boek volgt dat [eiser] volgens [de auteur van het boek] complottheorieën aanhangt, extreme en ongefundeerde uitlatingen doet en dreigementen uit. Niet gezegd kan dan ook worden dat de waardeoordelen van [de recensent] geen enkele basis hebben.

4.5. Met zijn stelling dat het boek van [de auteur van het boek] geen aanleiding geeft voor de door [de recensent] gebruikte kwalificaties, miskent [eiser] de regels voor recensies en andere opiniërende (niet-feitelijke) publicaties. Voor dergelijke publicaties zijn stijlmiddelen als overdrijven en bewust eenzijdig belichten geoorloofd. Bovendien geeft het boek, zoals hiervoor onder 4.4 al aan de orde is gekomen, voldoende aanleiding voor de door [de recensent] geuite waardeoordelen.

4.6. [eiser] stelt – in reactie op het eerder in tussen partijen gevoerde correspondentie – dat zijn eigen kwalificaties van anderen geen rol spelen bij de beoordeling van deze zaak. Daarmee miskent [eiser] dat volgens rechtspraak van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) voorafgaand gedrag van de persoon om wie het gaat een omstandigheid is die een rol speelt bij de beoordeling van de vraag of een publicatie onrechtmatig is. [eiser] heeft niet betwist dat hij in zijn publicaties onder meer [de premier] “Pedo-premier” heeft genoemd, [minister] “Hoer-[minister]” en [de recensent] “Sonderkommando [de recensent] ”, zoals de Volkskrant heeft geschreven in haar e-mail van 7 december 2016, zodat er vooralsnog van zal worden uitgegaan dat hij zich in publicaties inderdaad in die bewoordingen heeft uitgelaten over de genoemde personen. Daarmee mengt hij zich op zeer felle wijze in het publieke debat en kan zich er minder snel over beklagen dat er over hem ook in felle bewoordingen, zij het van een ander kaliber, uitlatingen worden gedaan. Bovendien kan hij, door zijn extreme theorieën waarvoor hij zelf de aandacht van het grote publiek vraagt, worden aangemerkt als een publieke figuur. Publieke figureren hebben meer kritiek te dulden dan de gemiddelde persoon die zich niet in het openbaar debat begeeft.

4.7. [eiser] acht het buitengewoon schadelijk dat hij als “gek” wordt weggezet omdat daarmee afbreuk wordt gedaan aan zijn geloofwaardigheid als journalist. Op grond van vaste rechtspraak van het EHRM kan een klacht over reputatieverlies echter niet worden gebaseerd op het recht op bescherming van eer en goede naam als dat reputatieverlies het voorzienbare gevolg is van het eigen handelen van de betrokkene. Vooralsnog wordt het er voor gehouden dat, voor zover [eiser] als journalist niet serieus zou worden genomen, dat niet het gevolg is van de recensie, maar van de vergaande en vooralsnog ongefundeerde beschuldigingen over allerlei personen die [eiser] al jaren in niet mis te verstane bewoordingen onder de aandacht van het publiek brengt.