Gepubliceerd op dinsdag 5 oktober 2010
IEF 9131
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Een afgesplitste aanvrage

Reinier Wijnstra, EP&C: Noot bij EPO, Grote Kamer van Beroep, 27 september 2010, G 0001/09, Sony Deutschland

“De grote kamer van beroep van het EOB heeft een beslissing genomen in zaak G 0001/09, waardoor het mogelijk wordt een afgesplitste aanvrage in te dienen nadat de betreffende moederaanvrage is afgewezen. Deze uitkomst is prettig voor aanvragers. Zelfs voor het EOB zelf is dit niet per sé vervelend, ook al gaat deze uitspraak in tegen de "Guidelines for Examination" en  een "Notice of the EPO" uit 2002.
 
(…) Dankzij deze beslissing kunnen octrooigemachtigden een bekende voorzorgsmaatregel afschaffen. In het verleden diende men wel een afgesplitste aanvrage in, vlak voor de mondelinge behandeling van een (moeder)aanvrage. Als dan de moederaanvrage werd afgewezen, had men nog de afgesplitste aanvrage om mee door te gaan. Als de moederaanvrage wel werd toegekend, werd de afsplitsing verlaten. Nu is dit niet meer nodig. Dit bespaart de aanvrager de kosten en moeite van een voorzorgsafsplitsing. Het EOB was niet gelukkig met dergelijke voorzorgsafsplitsingen, dus ook zij kan blij zijn met deze beslissing.”

Lees de gehele noot hier.