Gepubliceerd op donderdag 9 mei 2024
IEF 22036
Rechtbanken ||
12 apr 2024
Rechtbanken 12 apr 2024, IEF 22036; ECLI:NL:RBAMS:2024:2240 (Eisers tegen Westinvest), https://delex.nl/artikelen/eisers-hebben-geen-auteurs-en-persoonlijkheidsrechten-op-the-rock

Eisers hebben geen auteurs- en persoonlijkheidsrechten op The Rock

Vzr. Rb. Amsterdam 12 april 2024, IEF 22036; ECLI:NL:RBAMS:2024:2240 (Eisers tegen Westinvest). Kort geding. Eiser 2 is architect en is bestuurder en enig aandeelhouder van Eiser 1. Dit bedrijf houdt zich onder meer bezig met het geven van adviezen op het gebied van architectuur en stedenbouw. Westinvest is een Duitse vastgoedbelegger. Op 30 maart 2012 is Westinvest eigenaar geworden van het kantoorgebouw The Rock aan de Zuidas te Amsterdam dat op dat moment werd verhuurd aan advocatenkantoor De Brauw Blackstone Westbroek. Deze huurovereenkomst is inmiddels tot een einde gekomen en de door Westinvest ingeschakelde makelaar heeft aan Eiser 2 geïnformeerd over aankomende aanpassingen aan het gebouw. Eiser 2 meent echter dat er met de voorgenomen werkzaamheden inbreuk gemaakt wordt op zijn auteursrechten en persoonlijkheidsrechten, nu hij moet worden aangemekrt als de architect van het iconische The Rock gebouw. Eiser 2 vordert in dit kort geding een staking van alle werkzaamheden tot er een beslissing in de bodemprocedure genomen wordt. Westinvest voert als verweer dat eisers niet-ontvankelijk zijn in hun vorderingen, nu zij niet kunnen worden aangemerkt als de maker van The Rock in de zin van de Aw. Hierdoor zou eisers geen beroep toekomen op de door hen ingeroepen exploitatie- en persoonlijkheidsrechten. Dit verweer slaagt. Westinvest heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat een andere (inmiddels failliete) rechtspersoon de ontwerper is van The Rock. Dit blijkt onder andere uit de opdrachtbevestiging en de website van dit bedrijf. Eisers kunnen dus niet als houders van de exploitatie- en persoonlijkheidsrechten worden aangemerkt. Hierop stuit toewijzing van alle vorderingen af, en hoeven de werkzaamheden rondom The Rock niet stilgelegd te worden. 

4.2.

Dit verweer slaagt. Westinvest heeft voorshands voldoende aannemelijk gemaakt dat de failliete en inmiddels ontbonden rechtspersoon [bedrijf] (die gebruik maakte van de handelsnamen [bedrijf] en [bedrijf] -architecten) als ontwerper/ maker van The Rock (in de zin van artikel 8 Aw en/of artikel 7 Aw) moet worden aangemerkt. Dit blijkt uit de opdrachtbevestiging van 21 februari 2007 van Mahler4 VOF aan [bedrijf] (zie 2.4). Ook blijkt dit uit de ontwerptekeningen van The Rock waarop het logo van [bedrijf] staat vermeld alsmede de handelsnaam [bedrijf] . Tot slot blijkt dit uit de website van [bedrijf] (www. [bedrijf] -architects.com) die Westinvest heeft kunnen terugvinden via de zogenoemde Waybackmachine en waarop foto’s van The Rock te zien zijn met het logo van [bedrijf] . Uit het bestek van 22 augustus 2008 (zie 2.5) volgt dat [bedrijf] ook (in opdracht van De Brauw) de maker is van het interieur van The Rock. Dit alles duidt erop dat [bedrijf] op grond van artikel 8 Aw als maker kan worden aangemerkt. [bedrijf] heeft immers de werken als van haar afkomstig openbaar gemaakt, zonder een natuurlijke persoon als maker daarvan te vermelden. Eisers hebben niet aangevoerd dat [bedrijf] dit op onrechtmatige wijze heeft gedaan. Verder heeft Westinvest voldoende aannemelijk gemaakt dat de ontwerpen zijn gemaakt door meerdere architecten die in dienst waren van [bedrijf] en van wie het de functie was om dergelijke ontwerpen te vervaardigen. [bedrijf] kan dan ook op grond van artikel 7 Aw als maker van de werken worden aangemerkt.