Eurocommissaris De Gucht: ACTA-brief IV
Na een kamerdebat en eerdere brieven, voegt Eurocommissaris Karel de Gucht de volgende woorden toe die de geheimhouding juridisch ondersteund:
Indien de onderhandelingspartners negatief antwoorden, kunnen we helaas geen inzage verlenen tot deze voorgaande versies zonder onze internationale engagementen te breken.
Onder EU-recht zijn wij immers verplicht desgevallend publieke openbaarheid van deze documenten te weigeren. Die weigering vindt haar oorsprong in een van de uitzonderingen uiteengezet in EU Verordering 1049/2001 betreffende toegang van het publiek tot documenten. Artikel 4.I.a. stelt dat de Commissie toegang tot documenten kan weigeren wanneer openbaarheid zou leiden tot het ondermijnen van de bescherming van onze internationale betrekkingen.
Dit zou zeker het geval zijn indien we deze documenten zouden vrijgeven tegen de wil in van een of meerdere ACTA-partijen, wat mogelijks toekomstige onderhandelingen zou bezwaren.
Ingeval er een negatief antwoord volgt, ben ik dus niet bij machte de toegang tot dergelijke documenten toe te staan en dit is, in het licht van boven vermelde uitzonderingsclausule, juridisch te onderbouwen.
Er is bovendien geen precedent te vinden voor een dergelijk verzoek tot openbaring van alle voorbereidingen in gemengde akkoorden of akkoorden onder exclusieve bevoegdheid. Er zijn talloze vrijhandelsakkoorden, partnerschaps- en samenwerkingsakkoorden en andere die door Nederland getekend en geratificeerd werden zonder een dergelijk verzoek.