Gepubliceerd op dinsdag 28 februari 2023
IEF 21266
Rechtbank Rotterdam ||
21 okt 2022
Rechtbank Rotterdam 21 okt 2022, IEF 21266; ECLI:NL:RBROT:2022:11978 (eiser01 tegen gedaagde01), https://delex.nl/artikelen/gedaagde-heeft-inbreuk-gemaakt-op-het-auteursrecht-van-eiser

Gedaagde heeft inbreuk gemaakt op het auteursrecht van eiser

Rechtbank Rotterdam 21 oktober 2022, IEF 21266; ECLI:NL:RBROT:2022:11978 (eiser01 tegen gedaagde01) Eiser01 is auteursrechthebbende op de foto 'hockey' (hierna: 'De Foto') en gedaagde01 heeft De Foto op de website van zijn webshop geplaatst zonder bronvermelding. De kantonrechter heeft vastgesteld dat eiser01 de maker is van De Foto en dat gedaagde01 dit zonder toestemming op haar website heeft geplaatst, wat een inbreuk op het auteursrecht van eiser01 oplevert en onrechtmatig is. De kantonrechter oordeelt dat zelfs als de inbreuk niet opzettelijk was, er nog steeds sprake is van een inbreuk op het auteursrecht. Daarom is gedaagde01 schadevergoedingsplichtig. De kantonrechter stelt dat de schadevergoeding minimaal gelijk moet zijn aan de licentievergoeding die de gedaagde had moeten betalen als zij toestemming had gevraagd voor het gebruik van De Foto. Eiser01 heeft gesteld dat hij een vergoeding van € 350 per jaar per website hanteert voor het gebruik van De Foto met naamsvermelding. Dat gedaagde01 De Foto korter dan een jaar op zijn website heeft geplaatst, leidt er niet toe dat hij niet de gehele licentievergoeding zou zijn verschuldigd. Ook heeft eiser01 (immateriële) schade geleden door het ontbreken van een naamsvermelding bij De Foto.

4.1. De kantonrechter stelt voorop dat als onbetwist vast staat dat [eiser01] De Foto zelf (althans in zijn opdracht door een van zijn werknemers) heeft gemaakt. Niet in geschil is daarom dat [eiser01] als maker van deze foto dient te worden aangemerkt (op grond van artikel 7 of artikel 8 Auteurswet). Verder staat vast dat [gedaagde01] De Foto zonder toestemming van [eiser01] op haar website heeft geplaatst.

4.2. Daarmee staat tevens vast dat [gedaagde01] een inbreuk heeft gemaakt op het auteursrecht van [eiser01] en aldus onrechtmatig jegens hem heeft gehandeld. De kantonrechter wil wel aannemen dat [gedaagde01] niet opzettelijk het auteursrecht van [eiser01] heeft geschonden, maar dat speelt geen rol van betekenis. Zelfs het per ongeluk schenden van andermans auteursrecht levert wettelijk gezien een inbreuk op het auteursrecht op. Van een exploitant van een webshop mag bovendien verwacht worden dat hij zich ervan gewist of de foto (’s) die hij op zijn website wil plaatsen en aldus openbaar wil maken, auteursrechtelijk is/zijn beschermd en wie de maker is van de betreffende foto (’s), aan welke onderzoekplicht hij, zoals hij zelf heeft aangegeven, niet heeft voldaan.

4.3. [gedaagde01] is daarom schadevergoedingsplichtig. Het uitgangspunt bij de begroting van de schade is dat [eiser01] tenminste aanspraak kan maken op een schadevergoeding gelijk aan de licentievergoeding die [gedaagde01] verschuldigd zou zijn geweest als gevraagd was om toestemming voor de openbaarmaking. [eiser01] heeft onbetwist gesteld dat hij een vergoeding hanteert van € 350,- per foto met naamsvermelding, per jaar, per website. Dat [gedaagde01] De Foto korter dan een jaar op zijn website heeft geplaatst, leidt er niet toe dat hij niet de gehele licentievergoeding zou zijn verschuldigd. [eiser01] verstrekt namelijk alleen licentievergoedingen voor een jaar, zodat niet relevant is hoe lang De Foto online heeft kunnen staan. Nu onbestreden is aangevoerd dat [eiser01] naast het mislopen van de gebruikelijk gehanteerde licentievergoeding (immateriële) schade heeft geleden door het ontbreken van een naamsvermelding bij de foto, acht de kantonrechter de additionele vergoeding van 50% van de licentievergoeding van € 350,- redelijk.