DOSSIERS
Alle dossiers
Gepubliceerd op woensdag 5 juli 2023
IEF 21545
Rechtbank Midden-Nederland ||
14 jun 2023
Rechtbank Midden-Nederland 14 jun 2023, IEF 21545; ECLI:NL:RBMNE:2023:2646 (Eiser/Gedaagden), https://delex.nl/artikelen/gedaagden-veroordeeld-wegens-onrechtmatige-uitlatingen

Gedaagden veroordeeld wegens onrechtmatige uitlatingen

Rechtbank Midden-Nederland 14 juni 2023, IEF 21545, ECLI:NL:RBMNE:2023:2646 (Gedaagden) In dit vonnis moet de rechtbank zich uitlaten over de gestelde onrechtmatigheid van de uitingen van gedaagden. Gedaagden hebben een online show waarin zij stelden dat de zoon van eiser zijn ex-partner een vuistslag had gegeven en de getuigen daarvan zou hebben omgekocht. In diezelfde uitzending van deze online show hebben gedaagden gezegd dat zij bewijs hadden van dit vermeende voorval. Eiser vordert een verklaring voor recht dat gedaagden onrechtmatig hebben gehandeld en een schadevergoeding voor de gedane uitingen. 

Eiser onderbouwt zijn eis met de stelling dat feitelijke onderbouwing voor de uitlatingen ontbreekt. Verweerders stellen dat zij bewijs hebben, dat zij het gewraakte deel al uit de uitzending hebben geknipt en dat eiser geen schade zou hebben geleden. De rechtbank maakt een overweging tussen het recht op vrijheid van meningsuiting van gedaagden en het recht op eerbiediging van de goede naam van eiser. Daarvoor wordt gekeken naar het aangedragen feitenmaterialen voor de litigieuze uitingen. Opgemerkt wordt dat gedaagden niet hebben voldaan aan de betwisting van de stellingen van eiser. Ook geeft de rechter aan dat gedaagden niet hebben voldaan aan de journalistieke eisen van hoor en wederhoor. De rechtbank komt daarom tot de conclusie dat de uitlatingen onrechtmatig zijn. Daarbij wordt wel opgemerkt dat eiser niet duidelijk heeft gemaakt hoe zijn persoonlijke belangen concreet zijn geraakt. De rechtbank verlaagt daarom de gevorderde schadevergoeding naar een passender bedrag. 

5.14 De Uitlatingen zijn niet zomaar beschuldigingen. De Uitlatingen impliceren namelijk een beschuldiging van een strafbaar feit (beïnvloeding van getuigen). De aard van de Uitlatingen is dus ernstig. Ook de toonzetting van de Uitlatingen en de grievende woorden die [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] daarbij hebben gebruikt zijn ernstig. Hoewel [eiser] als een publiek persoon zich in zekere mate ook blootstelt aan kritiek en publiciteit, bestaat voor deze beschuldiging geen rechtvaardiging. Daarnaast weegt mee dat [onlineprogramma] – in Nederland – een bekend online programma is en een groot bereik heeft. De Uitlatingen zijn dus breed gedeeld. Aan de andere kant weegt de rechtbank mee dat [eiser] in de processtukken in algemene zin is ingegaan op zijn zakelijke en privé belangen. Maar tot welke concrete gevolgen de Uitlatingen voor [eiser] hebben geleid, heeft [eiser] niet gesteld. Dat sprake is van ernstige gevolgen die [eiser] hebben geraakt, kan de rechtbank daarom niet vaststellen. Naar het oordeel van de rechtbank gaat het hier daarom om onrechtmatige uitlatingen die hebben geleid tot een beperkte aantasting van de eer en goede naam van [eiser] . Hierbij past niet het gevorderde bedrag van € 27.500,00. Alles afwegend acht de rechtbank een immateriële schadevergoeding van € 5.000,00 billijk. De gevorderde wettelijke rente over dit bedrag is toewijsbaar vanaf de datum van de Uitzending, 13 april 2022, tot de dag waarop de schadevergoeding volledig is betaald.