7 jun 2023
Ijskasten doen relatie bekoelen
Rechtbank Amsterdam 7 juni 2023, IE 21503; ECLI:NL:RBAMS:2023:3498 (Health Food Wall/Maas International) In deze zaak daagt Health Food Wall B.V. (hierna: HFW) haar tegenpartij Maas International B.V. (hierna: Maas) voor de rechter. Het geschil is ontstaan uit een verzuurde samenwerking tussen de twee partijen, die van plan waren om zogenaamde 'smart fridges' te exploiteren die de naam 'The Treat' dragen. Bij deze samenwerking is een non-disclosure agreement en een intentieverklaring getekend. Maas geeft tijdens het onderhandelingsproces aan dat zij geen vertrouwen meer hebben in het concept en staakt de samenwerking. Na deze beëindiging brengt Maas een soortgelijk concept op de markt, onder de de naam 'The Taste'. HFW deelt aan Maas mee dat zij daarmee inbreuk maakt op het (gedeelde) auteursrecht op het concept 'The Treat'. Ook stelt HFW dat Maas de onderhandelingen ten onrechte heeft afgebroken en dat er inbreuk wordt gemaakt op de non-disclosure agreement. HFW vordert staking van de inbreuk op de auteursrechten, nakoming van de non-disclosure agreement, overdracht van het merk 'The Treat', alles onder last van dwangsom.
Ten grondslag aan al deze vorderingen ligt de stelling van HFW dat Maas inbreuk maakt op het gedeelde auteursrecht op 'The Treat', danwel dat Maas deze met haar concept 'The Taste' slaafs nabootst. Ook stelt zij dat Maas inbreuk heeft gemaakt op de non-disclosure agreement tussen partijen en dat de onderhandelingen onrechtmatig zijn afgebroken. Ten aanzien van de eerste stelling betwist Maas dat er een auteursrecht op het concept 'The Treat' rust. De elementen die HFW aandraagt om aan te geven dat 'The Treat' een originele schepping is, zijn volgens Maas overgenomen van andere 'smart fridges'. De rechtbank komt tot het oordeel dat 'The Treat' geen auteursrechtelijk beschermd werk is, omdat de keuzes die zijn gemaakt in het ontwerp van een dermate banale aard zijn dat er geen sprake is van een werk met een eigen, origineel karakter, noch van een persoonlijke stempel.
Ten aanzien van de slaafse nabootsing stelt de rechtbank dat nabootsing onrechtmatig kan zijn als door deze nabootsing verwarring bij het relevante publiek moet worden geducht. Nu HFW deze stelling slechts summier onderbouwd heeft, wijst de rechtbank deze vordering af. Hetzelfde lot is de vordering ten aanzien van het beeldmerk van 'The Treat' beschoren. Maas heeft zich zelfs bereid verklaard en getoond om het merk aan HFW over te dragen, voor een symbolisch bedrag. Dat HFW dit merk nog niet heeft ontvangen is aan haar eigen schuld te wijten. Hierdoor heeft HFW geen belang bij deze vordering.
De rechtbank geeft HFW in beginsel gelijk waar het gaat om een inbreuk op de non-disclosure agreement. De informatie die HFW met Maas deelde was in de sector al breed bekend en levert daarom geen inbreuk op de geheimhoudingsplicht op.
Ten aanzien van de afgebroken onderhandelingen stelt de rechtbank dat deze slechts onrechtmatig is als er gerechtvaardigd vertrouwen tussen de partijen heerste dat er een overeenkomst tot stand zou komen. Hoewel partijen een langdurige samenwerking beoogden is er ook in de intentieverklaring al rekening gehouden met de mogelijkheid dat deze pilot wel eens niet zou kunnen werken. HFW heeft niet voldoende onderbouwd dat zij een gerechtvaardigd vertrouwen had op het slagen van de onderhandelingen met Maas. Daarnaast heeft Maas ook altijd met enige terughoudendheid gehandeld in het onderhandelingsproces. Er kan daarom niet worden aangenomen dat er sprake is van gerechtvaardigd vertrouwen. Ook deze laatste vordering wordt afgewezen.
4.9 Dat, zoals ook door HFW aangevoerd, door HFW en Maas in het kader van The Treat aan die smart fridge groene kleuren, witte letters en botanische elementen zijn toegevoegd, maakt evenmin dat HFW wordt gevolgd in haar stelling dat de in The Treat gebruikte smart fridge een gezamenlijke intellectuele schepping van HFW en Maas is. Allereerst is daarbij van belang dat, zoals door Maas aangevoerd, in de LOI het artwork voor de wrapping van de smart fridge is opgedragen aan Maas en niet aan HFW. Niet in geschil is dat Maas de vormgeving vervolgens heeft opgedragen aan reclamebureau The Crazy Ones. De door HFW genoemde keuzes als groene kleuren, witte letters en botanische elementen zijn dus door The Crazy Ones bedacht en niet door HFW of Maas. Dat uit de door HFW overgelegde productie 35 blijkt dat HFW desgevraagd een tekening met daarin de hoogte, breedte en diepte van de smart fridge heeft doorgestuurd naar The Crazy Ones, doet daar niet aan af. Met het louter doorgeven van die technische gegevens is HFW niet medeontwerper van de wrapping geworden. Hetzelfde geldt voor de keuze om gezond of vegan voedsel in de smart fridge aan te bieden. Die keuze is naar het oordeel van de rechtbank te banaal om The Treat daarmee te kunnen aanduiden als een eigen intellectuele schepping van HFW en of Maas. De conclusie is dan ook dat The Treat geen auteursrechtelijk beschermd werk is. De vraag of door Maas met The Taste een inbreuk wordt gemaakt op het auteursrecht op The Treat, kan daarmee onbesproken blijven. Hieruit volgt dat het door HFW onder A gevorderde bevel niet toewijsbaar is.
4.13 Geoordeeld wordt dat HFW tegenover voormelde gemotiveerde betwisting door Maas onvoldoende heeft onderbouwd dat The Taste tot verwarring bij het relevante publiek leidt. Daarbij is met name van belang dat HFW tegenover de gemotiveerde betwisting door Maas onvoldoende heeft onderbouwd dat de smart fridge die in The Treat werd gebruikt ten opzichte van de op de relevante markt reeds aanwezige smart fridges, een eigen gezicht inneemt. De vordering van HFW uit hoofde van de gestelde slaafse nabootsing door Maas, is daarmee niet toewijsbaar.
4.20 HFW heeft voorts onvoldoende onderbouwd dat zij, vanwege de diverse scenario’s over samenwerking die met Maas na het sluiten van de LOI zijn besproken, ondanks de tegenvallende resultaten toch mocht vertrouwen op het slagen van de onderhandelingen over een samenwerkingsverband. Al vanaf eind mei 2021 heeft Maas, in reactie op de vraag van HFW wanneer een voorstel rond de samenwerking kon worden verwacht, aan HFW meegedeeld dat de pilot verliesgevend was en heeft Maas bij HFW eerst aangestuurd op verbetering (zie 2.10). Omdat Maas vond dat er nadien geen zichtbare verbetering plaatsvond, is vervolgens eind juli 2021 door Maas aan HFW meegedeeld dat Maas geen interesse meer had in overname van HFW (2.13). HFW is daarna nog wel blijven aansturen op een voorstel van Maas over samenwerking, maar toen dat voorstel uitbleef heeft HFW in de e-mail van 10 september 2021 zelf aan Maas gemeld dat als er op 1 oktober 2021 geen voorstel van Maas zou zijn, dat HFW dan genoodzaakt was om de pilot te beëindigen en met het concept op een andere manier verder te gaan (2.16). In de daarop volgende e-mails van Maas van 13 september 2021 en 16 september 2021 heeft Maas meegedeeld dat zij geen voorstel ging doen omdat er sprake was van een verlieslatende business case en is aangestuurd op ontvlechting van de samenwerking (2.17 en 2.18). HFW heeft vervolgens in de e-mail van 23 september 2021 herhaald dat als Maas in verzuim zou blijven met een voorstel, dat HFW dan een andere partner zou gaan zoeken voor het project (zie 2.19). Bij e-mail van 30 september 2021 heeft Maas de samenwerking per 1 november 2021 beëindigd omdat uit de pilot-fase was gebleken dat het concept verliesgevend was.