Kritische vragen Eerste Kamer over toezichtbeleid
Uit de VOI©E-nieuwsbrief: De Eerste Kamer heeft naar aanleiding van het richtlijnvoorstel over toezicht op collectief beheer en multiterritoriale muzieklicentieverlening kritische vragen gesteld over de Nederlandse inzet.
Zorgen over concurrentiepositie van Nederlandse cbo’s. Zo vindt de VVD-fractie dat het Nederlandse wetsvoorstel toezicht op onderdelen verder gaat dan het richtlijnvoorstel. Daarmee is het wetsvoorstel op deze onderdelen te beschouwen als een zogenaamde nationale kop. De leden van de VVD-fractie zijn daar geen voorstander van. Het wetsvoorstel toezicht heeft daardoor een negatieve invloed op de concurrentiepositie van Nederlandse cbo’s.
Ook de leden van de D66-fractie vragen het kabinet aandacht voor de concurrentiepositie van Nederlandse cbo’s en voor een gelijk Europees speelveld.
Met betrekking tot de Europese plannen voor multiterritoriale muzieklicentieverlening vraagt de D66-fractie of niet het gevaar bestaat dat voor bepaald repertoire, bijvoorbeeld met een beperktere doelgroep, of bepaalde cbo’s, met name in de kleinere landen, de kosten relatief toenemen, waardoor zij op termijn uit de markt gedrukt worden? Dit is niet in het belang van de rechthebbenden of cbo’s en kan uiteindelijk ten koste gaan van een veelzijdig cultuuraanbod. Dit is volgens de D66-fractie bepaaldelijk van betekenis voor Nederland, omdat Nederlandse cbo’s en het Nederlandse repertoire vanwege het kleine taalgebied een moeilijkere concurrentiepositie innemen.
Lees hier de brief van de Eerste Kamer aan minister Opstelten.