Naar aanleiding van Gaspedaal.nl
Dirk Visser (Klos Morel Vos & Schaap): Doorzoekalledatabanken.nl. Enkele opmerkingen over zoekmachines, open-content-databanken, auteursrecht en databankenrecht. Gepubliceerd in de Dommering-bundel, p.359-367, Cramwinckel, Amsterdam 2008.
Online publicatie naar aanleiding van Rechtbank ’s-Gravenhage, 11 februari 2009, IEF 7570 (Gaspedaal.nl) en Webwereld.nl, 13 februari 2009, "Gaspedaal-vonnis bedreigt fundamenten van het web" (hier), waarin Christiaan Alberdingk Thijm (Solv) in reactie op het vonnis stelt “Ik vraag me af: als je overal waar nu Gaspedaal staat Google voor in de plaats zet, krijg je dan niet precies dezelfde uitkomst?" en ook Bernt Hugenholtz (IViR) wordt geciteerd: "Als je het databankenrecht zo gaat oprekken dat het cumulatieve effect van zoekacties geacht wordt te zijn het overnemen van een substantieel deel van een databank, dan geldt dat natuurlijk ook voor de non-dedicated search engines. Dus ook voor Google. Een uiterst onwenselijk resultaat waardoor het world wide web in zijn fundamenten wordt aangetast.", maar "Laten we niet in paniek raken, het is maar lagere rechtspraak.”
Joris van Manen, de Brauw Blackstone Westbroek en raadsman van Wegener in deze zaak, is een andere mening toegedaan. “Hier is een duidelijk antwoord gegeven op de vraag: Hoe ver mogen zoekmachines gaan? “Google werkt heel anders dan Gaspedaal. Google is een wegwijzer op internet. Google is geen concurrent van aanbieders op internet, maar zorgt juist voor extra bezoek.”
Visser geeft aan dat het verschrikkelijk moeilijk is om een grens te trekken. “Welke rechtsgrond je ook gebruikt (databankenrecht of onrechtmatige daad), het probleem is dat we waarschijnlijk allemaal vinden dat Google (en misschien Zoekallehuizen.nl) wel 'moeten kunnen', en Gaspedaal niet (en de zoekmachine bij één online databank van een ander zeker niet).” Het artikel in de Dommering-bundel is een poging om de grens te bepalen.
“Om het door mij voorgestelde onderscheid tussen dedicated zoekmachines onder woorden te brengen zou de volgende formulering gekozen kunnen worden. Producenten van databanken waarin substantieel is geïnvesteerd, kunnen zich verzetten tegen opvraging en hergebruik van een substantieel gedeelte van hun databank. Tegen het aanbieden van een zoekmachine bij hun databank kunnen zij zich verzetten voorzover hun databank een substantieel gedeelte vormt van het door die zoekmachine ontsloten aanbod. Dit derde substantialiteits-criterium in het databankrecht voor zoekmachines zou m.i. het juiste evenwicht kunnen brengen. Of deze regel en dit onderscheid in de praktijk uitvoerbaar is en inderdaad het gewenste evenwicht brengt, zou evenwel moeten blijken.”
Lees het volledige artikel hier.