3 aug 2021
Namen van begrafenisondernemers voldoende verschillend
Rechtbank Den Haag 3 augustus 2021, IEF 20156; ECLI:NL:RBDHA:2021:9309 (Eiser tegen gedaagde) Eiser en gedaagde zijn beide uitvaartondernemingen, waarbij gelijksoortige woordcombinaties in de handelsnamen gevoerd worden. Eiser gebruikt 'Stijl & Traditie', gedaagde 'Sober & Stijl'. Beide ondernemingen verlenen soortgelijke diensten in heel Nederland. Eiser vordert staking van gebruik van de handelsnaam. Primair ten grondslag aan deze vordering ligt dat gedaagde met haar handelsnaam onrechtmatig handelt jegens eiser door haar handelsnaam na te bootsen. Hierdoor zou nodeloos verwarring optreden. Er wordt geoordeeld dat niet kan worden vastgesteld dat 'stijl' het meest kenmerkende of dominante woord is. De andere helft van de woordcombinatie in de handelsnamen van beide uitvaartondernemingen, 'sober' en 'traditie' lijken weinig op elkaar. De rechtbank wijst de vorderingen af.
5.3.5. De verschillen zijn dat in de S&T Handelsnamen het woord ‘stijl’ voorop staat waarbij dat woord in de S&S Handelsnamen als laatste wordt genoemd en dat de woorden waarmee het wordt gecombineerd op geen enkele wijze met elkaar overeenkomen. Het woord ‘traditie’ en het woord ‘sober’ verschillen wat klank betreft, in lengte en wat betreft de betekenis. ‘Traditie’ is een zelfstandig naamwoord dat verwijst naar gewoontes binnen een bepaalde groep. Het woord kan, zoals [gedaagde] onbestreden heeft aangevoerd, een chique gevoelswaarde hebben. ‘Sober’ is een bijvoeglijk naamwoord dat in de buurt komt van woorden als ‘eenvoudig’ en ‘bescheiden’. Deze verschillen leiden tot het voorlopig oordeel dat de S&S Handelsnamen in meer dan geringe mate afwijken van de S&T Handelsnamen en geen verwarringsgevaar te duchten is. Het op grond van artikel 5 Hnw gevorderde verbod kan daarom niet worden toegewezen.