10 jun 2016
Onmiddellijke opzegging distributieovereenkomst terwijl bodemrechter 6 maanden opzegtermijn heeft bevolen
Vzr. Rechtbank Gelderland 10 juni 2016, IEF 16127; ECLI:NL:RBGEL:2016:3897 (Ro-ad tegen Doosan)
Verhouding kort geding-bodemrechter. Opzegging distributieovereenkomst voor graaf- en grondverzetmachines met onmiddellijke ingang, terwijl de bodemrechter heeft overwogen dat een opzegtermijn van zes maanden in acht moet worden genomen. Dit betekent dat de distributieovereenkomst tussen partijen nog steeds van kracht is voor alle drie de rayons. Vordering tot nakoming, het versturen van een rectificatiebrief en betaling van schadevergoeding vanwege niet inachtneming opzegtermijn. In reconventie toewijzing van gebod tot aanpassing website en van gebod tot staken verkoop producten door Ro-ad.
4.25. In de rechtspraak wordt wat betreft de opzegging van distributieovereenkomsten uitgegaan van een redelijke opzegtermijn die ligt tussen enkele maanden en drie jaar. Gelet op het voorgaande, met name op (aan de ene kant) de langdurige samenwerking tussen partijen waarbij Ro-Ad voor haar omzet in belangrijke mate afhankelijk is van Doosan , en (aan de andere kant) de belangen van Doosan bij het doorvoeren van haar nieuwe business model en het feit dat Ro-Ad al geruime tijd rekening heeft kunnen houden met het feit dat Doosan de distributieovereenkomst niet zonder meer zou voortzetten, is de rechtbank van oordeel dat Doosan ingeval van opzegging van de distributieovereenkomst op dit moment, een opzegtermijn van zes maanden in acht moet nemen.
4.26. Het voorgaande brengt met zich dat de in de tweede plaats gevorderde verklaring voor recht zal worden toegewezen, in die zin dat Doosan bij opzegging van de distributieovereenkomst een opzegtermijn van zes maanden behoort te hanteren.
5.4. Ro-Ad vordert in deze zaak kort gezegd nakoming van de distributieovereenkomst, het versturen van een rectificatiebrief, betaling van een bedrag van € 138.348,50, alsook een voorschot op schadevergoeding. Ro-Ad legt aan haar vordering tot nakoming ten grondslag dat Doosan zonder inachtneming van de door de rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht, in haar vonnis van 13 april 2016 bepaalde opzegtermijn de distributieovereenkomst heeft opgezegd, hetgeen haar schadeplichtig maakt. Kernvraag in dit kort geding is of de opzegging van 12 mei 2016 tot beëindiging van de distributieovereenkomst heeft geleid.
5.7. Dit betekent dat de distributieovereenkomst tussen partijen nog steeds van kracht is voor alle drie de rayons. De vraag is vervolgens of Doosan onder de gegeven omstandigheden dient te worden veroordeeld tot nakoming van de overeenkomst. In een bodemprocedure dient de rechter die constateert dat tussen partijen een overeenkomst bestaat op vordering van een partij de andere partij ingevolgde artikel 3:296 lid 1 BW te veroordelen tot nakoming van die overeenkomst. In kort geding kan een veroordeling tot nakoming op grond van een belangenafweging achterwege blijven (vgl. HR 15 december 1995, NJ 1996, 509).
Indien Doosan zou worden veroordeeld tot nakoming van de overeenkomst in de rayons noord en zuid zou dat betekenen dat STAAD en Anema na reeds jaren werkzaam te zijn als exclusief distributeur hun werkzaamheden gedurende zes maanden (ervan uitgaande dat Doosan de overeenkomst alsnog zal opzeggen met inachtneming van de opzegtermijn van zes maanden) zouden moeten staken, hetgeen niet alleen bezwaarlijk is voor deze distributeurs maar ook voor Doosan zelf. Doosan heeft immers een overeenkomst met STAAD en Anema die hun rayons dan tijdelijk niet kunnen bedienen. Bovendien zal hierdoor ook bij klanten verwarring ontstaan. Onder deze omstandigheden dient een belangenafweging er dan ook toe te leiden dat een veroordeling tot nakoming van de distributieovereenkomst achterwege dient te blijven. Tijdens de nog te plannen comparitie van partijen in de bodemprocedure bij de rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht, dienen partijen vervolgens nader te spreken over de (hoogte van de) schade die hierdoor bij Ro-Ad ontstaat en die Doosan aan haar dient te vergoeden.