Ontwerpresolutie inzake uitvoering en gevolgen Volgrechtrichtlijn
De Volgrechtrichtlijn is met een tweeledig doel in het leven geroepen: enerzijds om ervoor te zorgen dat de auteurs van werken van grafische of beeldende kunst in economisch opzicht in het succes van hun werken delen en anderzijds om de toepassing van het recht in de hele EU te harmoniseren.
De Commissie komt in haar verslag over de tenuitvoerlegging en de effecten van de richtlijn tot de slotsom dat er geen eenduidig verband kan worden vastgesteld tussen het verlies van het aandeel van de EU in de wereldmarkt voor moderne en hedendaagse kunst en de harmonisatie van de bepalingen betreffende de toepassing van het volgrecht in de EU per 1 januari 2006. Evenmin kan eenduidig worden vastgesteld dat de verkoop van kunstwerken binnen de EU systematisch verschuift van de lidstaten die in 2006 het volgrecht hebben ingevoerd voor werken van levende kunstenaars, naar andere lidstaten. De Commissie erkent evenwel dat de Europese kunstmarkten in alle prijsklassen en zowel bij veilingverkopen als bij verkopen via een handelaar, onmiskenbaar onder druk staan.
Bovendien stelt de Commissie vast dat het volgrecht lang niet overal in de EU even goed wordt gehandhaafd. Daardoor kunnen voor wie aan de onderkant van de markt zit de lasten bijzonder hoog zijn, aangezien zij verhoudingsgewijs zwaarder door de handhavingskosten van het volgrecht worden getroffen.
Uw rapporteur wijst op het feit dat de kunstmarkt in 2010 naar schatting een omvang had van 10 miljard USD en in 2012 van 12 miljard USD en is om die reden van mening dat kunstenaars en hun erfgenamen recht hebben op een billijke beloning.
Verder lijken de gegevens in het Commissieverslag en de marktgegevens erop te wijzen dat het volgrecht geen negatieve gevolgen heeft voor de locatie van de kunstmarkt en de omzet. De Commissie wordt verzocht om nauw met de belanghebbende partijen samen te werken teneinde de positie van de Europese kunstmarkt te versterken en een aantal problemen, zoals bijvoorbeeld het "cascade-effect", te verhelpen.
17. meent dat het te vroeg is om al in 2014 de richtlijn opnieuw onder de loep te nemen, zoals voorgesteld door de Commissie, en stelt voor dat dit onderzoek in 2015 wordt gedaan (d.w.z. vier jaar na de evaluatie van december 2011);
18. verzoekt de Commissie om in haar volgende evaluatieverslag te onderzoeken in hoeverre de toepasselijke tarieven, de drempels en de indeling van de begunstigden in de richtlijn voldoen;
19. verzoekt de Commissie om nauw met de belanghebbende partijen samen te werken teneinde de positie van de Europese kunstmarkt te versterken en een aantal problemen, zoals het "cascade-effect" en de administratieve problemen die kleinere en gespecialiseerde veilinghuizen en handelaren ondervinden, te verhelpen;