DOSSIERS
Alle dossiers
Gepubliceerd op woensdag 11 maart 2020
IEF 19075
Rechtbank Den Haag ||
4 mrt 2020
Rechtbank Den Haag 4 mrt 2020, IEF 19075; ECLI:NL:RBDHA:2020:1885 (Juul Labs tegen Mr-Joy), https://delex.nl/artikelen/opheffing-conservatoire-derdenbeslagen

Opheffing conservatoire derdenbeslagen

Rechtbank Den Haag 4 maart 2020, IEF 19075; ECLI:NL:RBDHA:2020:1885 (Juul Labs tegen Mr-Joy) Partijen brengen beide elektronische sigaretten en accessoires voor elektronische sigaretten in de handel. Mr-Joy pleegt merkinbreuk en maakt tevens inbreuk op de Gemeenschapsmodelrechten van Juul Labs. Mr-Joy heeft een onthoudingsverklaring getekend en komt haar verplichtingen niet na, waarop Juul Labs beslag legt. Mr-Joy vordert in het incident dat de opgelegde conservatoire derdenbeslagen opgeheven worden, omdat Mr-Joy aan Juul Labs voldoende zekerheid zal verstrekken door middel van een bankgarantie. Juul Labs stelt dat de aangeboden zekerheid ontoereikend is.
De conservatoire derdenbeslagen worden opgeheven, onder de opschortende voorwaarde dat de opheffing pas intreedt als een bankgarantie is afgegeven conform het NVB-model dat uitkeert i) op eerste verzoek en ii) op vertoon van een originele grosse van een in kracht van gewijsde gegaan vonnis of arrest in de hoofdzaak, met daarin een veroordeling tot betaling van een bepaald bedrag aan schadevergoeding.

4.7. De rechtbank verwerpt dit verweer. Door de voorzieningenrechter is bij beschikking van 9 juli 2019 verlof verleend om verhaalsbeslag te leggen voor de inbreukvordering zoals door Juul Labs Inc c.s. aan de voorzieningenrechter voorgelegd en voor het door Juul Labs Inc c.s. zelf begrote bedrag (inclusief rente en kosten) van € 50.000,-. Dat bedrag kan Juul Labs Inc c.s. derhalve maximaal uitwinnen onder het gelegde beslag, zodat een vervangende zekerheid die voor € 50.000,- verhaal biedt, volstaat. Dat Juul Labs Inc c.s. bij dagvaarding in de hoofdzaak tevens andere vorderingen heeft ingesteld dan waarvoor beslag is gelegd (waaronder de volgens Juul Labs Inc c.s. verschuldigde boetes op grond van de Onthoudingsverklaring en schade wegens ander onrechtmatig handelen dan inbreuk op merk- en modelrechten) en deels tegen andere partijen dan de gerekwestreerden in het beslagrekest (waaronder de vorderingen op basis van bestuurdersaansprakelijkheid jegens [gedaagde sub 8] en [gedaagde sub 9] ), betekent niet dat een vervangende zekerheid voldoende moet zijn om ook al die vorderingen te dekken. Dat geldt evenzo voor het stellen van zekerheid - ten aanzien van de inbreukvordering waarvoor het beslag wel geldt - voor een hoger bedrag dan door Juul Labs Inc c.s. is begroot en door de voorzieningenrechter is toegewezen als verzocht. Dat betekent dat de vordering tot opheffing kan worden toegewezen, onder de voorwaarde dat door Mr-Joy BV, Mr-Joy Verkoopvestigingen en Mr-Joy Holdings zekerheid wordt gesteld voor een bedrag van € 50.000,-.

4.9. Of een bankgarantie volgens het NVB-model voldoende zekerheid biedt, is afhankelijk van de omstandigheden van het geval. Zoals uit de arresten van het gerechtshof ‘s-Hertogenbosch van 14 april 20156 en het gerechtshof Den Haag van 9 februari 20167 volgt, maakt het enkele feit dat de garantie pas kan worden uitgewonnen in geval van een vonnis dat de kracht van gewijsde heeft, nog niet dat de zekerheid in de zin van artikel 705 lid 2 Rv onvoldoende is. Een bankgarantie biedt immers ook voordelen boven conservatoir beslag, zoals in de situatie van faillissement van de schuldenaar (waarbij conservatoir beslag van rechtswege vervalt, maar de bankgarantie zekerheid blijft bieden), of de situatie dat meerdere schuldeisers cumulatief beslag leggen op hetzelfde goed. Bovendien heeft Juul Labs c.s. geen uitvoerbaarheid bij voorraad van haar vorderingen in de hoofdzaak gevorderd, zodat het gestelde nadeel van de voorwaarden van het NVB-model zich in casu niet voordoet: Juul Labs Inc c.s. moet ook bij voortduring van het huidige beslag wachten met uitwinnen totdat een toewijzend vonnis kracht van gewijsde heeft.