Pilot voor afwijkend procesreglement Hof 's-Hertogenbosch
Procesrecht. Sinds 1 januari 2013 is voor civiele dagvaardingszaken bij het gerechtshof ’s-Hertogenbosch in het kader van een pilot dit procesreglement van toepassing, dat afwijkt van het Landelijk procesreglement en geldt voor alle bij het gerechtshof ’s-Hertogenbosch aanhangige en aanhangig gemaakte civiele zaken. De afwijkingen beogen de doorlooptijd van de procedure sterk te bekorten. De pilot duurt in beginsel 1 jaar.
De belangrijkste aanpassingen
1. Kortere termijnen, minder mogelijkheden tot uitstel: zie de artikelen 2.10, 2.11-2.14, 2.17, 2.20, 2.22, 2.24, 4.5 en 6.4.
2. Alle termijnen worden ambtshalve gehandhaafd, ook de termijnen voor het nemen van de gewone memories. Partijperemptoir stellen is in beginsel niet meer aan de orde.
3. De termijnen voor het verrichten van proceshandelingen worden in beginsel niet onderbroken voor betaling van griffierecht, behandeling bezwaar tegen eiswijziging en behandeling van de meeste incidenten: zie de artikelen 2.3, 2.9 en 2.14.
4. Minder mogelijkheden tot het nemen van aktes: zie de artikelen 2.9 en 2.23.
5. Pleidooi in beginsel binnen 3 maanden na datum verzoek: zie artikel 4.1.
6. Fourneren voor arrest vervalt. Overleggen procesdossier eerste aanleg bij aanbrengen zaak en uitspraak op griffie dossier; zie artikelen 3.1 en 5.1.
Enkele artikelen
2.11 Uitstel voor memories
Van de in 2.10 genoemde termijnen wordt nog eenmaal een uitstel verleend van vier weken en in kort geding van twee weken.2.12 Nader uitstel
Behoudens in de elders in dit reglement genoemde gevallen, wordt nader uitstel alleen verleend:
a. op eenstemmig verzoek van partijen of op verzoek van een of meer partijen op grond van klemmende redenen
b. Een dergelijk verzoek wordt ingediend, behandeld en beslist overeenkomstig het bepaalde in artikel 1.9 van dit reglement. De termijn van dit uitstel, indien verleend, is in beginsel niet langer dan de laatst verleende termijn voor het verrichten van de betreffende proceshandeling.
4.5 Schriftelijk pleidooi
Op eenparig verzoek van partijen kan het hof schriftelijk pleidooi toestaan. Met de keuze voor het schriftelijk doen bepleiten van de zaak wordt afstand gedaan van het recht op mondeling pleidooi. Indien schriftelijk wordt gepleit, geldt voor het overleggen van de pleitnota’s één termijn van zes weken en in kort geding vier weken. (...)6.4 Geen nieuwe advocaat gesteld
Indien zich op de in artikel 6.2 genoemde roldatum geen andere advocaat stelt, vervalt het recht van de partij om de proceshandeling waarvoor deze staat te verrichten en kan de wederpartij verzoeken in de zaak arrest te wijzen.
Indien zich op deze roldatum geen andere advocaat stelt en de wederpartij niet verzoekt in de zaak arrest te wijzen of de proceshandeling waarvoor zij staat op deze datum niet wordt verricht, wordt de zaak ambtshalve doorgehaald.