9 mei 2018
Publicist krijgt contactverbod, moet rectificeren en privéfoto's verwijderen
Vzr. Rechtbank Noord-Holland 9 mei 2018, IEF 17705; ECLI:NL:RBNHO:2018:3898 (rechtiskrom.nl) Mediarecht. Aan een publicist die op zijn website artikelen heeft geplaatst waarin hij eiser beschuldigt van betrokkenheid bij dan wel van het zijn van getuige van de moord op X, wordt een contactverbod opgelegd. Daarnaast dient hij een aantal artikelen van zijn website te verwijderen en verwijderd te houden. Bij diverse artikelen zijn foto’s geplaatst waarop eiser en vrienden van hem herkenbaar zijn afgebeeld, gedaagde dient de vakantiefoto’s en andersoortige foto's uit de privésfeer eveneens te verwijderen. De beschuldigingen aan het adres van eiser zijn ook vervat in een boek. Verdere publicatie en te koop aanbieden van dit boek wordt gedaagde verboden. Daarnaast dient gedaagde op zijn website een rectificatie te plaatsen.
4.19. Aan de vordering om [gedaagde] te veroordelen om foto’s van [eiser] van zijn website en facebookpagina te verwijderen en [gedaagde] te verbieden enig portret van [eiser] te gebruiken, legt [eiser] ten grondslag dat [gedaagde] onrechtmatig handelt omdat hij geen toestemming had om deze foto’s openbaar te maken. Ter onderbouwing heeft [eiser] aangevoerd dat voor de foto die bij het artikel ‘Wraking van de wrakingskamer’ is geplaatst geldt dat dit een portret in opdracht betreft waarvoor toestemming nodig was als bedoeld in artikel 19 en 20 van de Auteurswet. Voor de overige foto’s die [gedaagde] heeft gebruikt geldt dat [eiser] een redelijk belang als bedoeld in artikel 21 van de Auteurswet heeft om openbaarmaking daarvan te voorkomen aangezien dit allemaal vakantiefoto’s en andersoortige foto’s uit de privésfeer betreffen. Publicatie van deze foto’s heeft slechts tot doel om [eiser] niet alleen bij naam maar ook qua uiterlijk herkenbaar te maken met als doel hem ertoe te bewegen een verklaring af te leggen, zo heeft [eiser] naar voren gebracht.
4.20. Tegen deze vordering is geen verweer gevoerd. De vordering komt de voorzieningenrechter ook overigens niet onrechtmatig of ongegrond voor. Integendeel, het plaatsen van foto’s waarop [eiser] herkenbaar is afgebeeld kan naar het oordeel van de voorzieningenrechter geen enkel in redelijkheid te respecteren belang dienen. De vordering zal worden toegewezen.