Slechts een toegangsregeling
Vzr. Rechtbank Utrecht, 12 mei 2010, LJN: BM4200, Regionale omroepen (ROOS) tegen Eredivisie C.V.
Auteursrecht. Flitsenregeling. Nieuwsexceptie. Citaatrecht. De (mediarechtelijke) flitsenregeling geeft alleen toegang tot beeldmateriaal en geeft geen recht om dat beeldmateriaal ook uit te zenden; geen van de bestaande auteursrechtelijke excepties is van toepassing. De regionale omroepen hebben niet het recht om flitsen van beeldmateriaal van eredivisiewedstrijden uit te zenden. In citaten:
4.5. ROOS c.s. stelt zich, met een beroep op het in punt 2.7. deels weergegeven
artikel 5.4 Mediawet 2008, op het standpunt dat Eredivisie C.V. c.s. verplicht is om haar desgevraagd flitsen van beeldmateriaal van eredivisiewedstrijden te verstrekken.4.9. Het is voorts de vraag of de regionale omroepen de flitsen van het door hen verkregen beeldmateriaal van de eredivisiewedstrijden, zonder daarvoor de toestemming te hebben van de houder(s) van het auteursrecht en het naburige recht, mogen uitzenden.
4.21. Uit het voorgaande (4.18. tot en met 4.20.), in onderlinge samenhang bezien, kan worden opgemaakt dat de omstandigheid dat een omroeporganisatie met een beroep op artikel 5.4 Mediawet 2008 van een andere omroeporganisatie kan verlangen dat zij haar flitsen van beeldmateriaal verstrekt nog niet betekent dat deze omroeporganisatie ook gerechtigd is om deze flitsen uit te zenden. Het is aannemelijk dat daarvoor is vereist dat
de rechten van de oorspronkelijke auteursrechthebbende en de rechthebbende op het naburige recht zich daartegen niet verzetten. Artikel 5.4 Mediawet 2008 behelst derhalve naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter slechts een toegangsregeling en niet ook een gebruiksrecht. Dit hoeft niet te betekenen dat artikel 5.4 Mediawet 2008 een zinloze bepaling is. De meerwaarde van de in dit artikel neergelegde flitsenregeling is zoals kan worden opgemaakt uit Nota naar aanleiding van het verslag van 6 mei 2009 en het
e-mailbericht van een ambtenaar van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (mevrouw [A]) van 27 januari 2010 gelegen in de keuze en kwaliteit van de flitsen van het beeldmateriaal.
4.22. ROOS c.s. kan gezien het voorgaande op voorhand dan ook niet worden gevolgd in haar – door Eredivisie C.V. c.s. betwiste – stelling dat artikel 5.4 Mediawet 2008 moet worden aangemerkt als een wettelijke beperking op het auteursrecht en het naburige recht.
Nieuwsberichten: 4.25. Artikel 15 Aw en artikel 10 sub a WNR beogen aan persmedia toe te staan berichten over actuele onderwerpen zonder toestemming en vergoedingsvrij over te nemen uit andere persmedia. Deze artikelen stellen onder meer als vereiste dat het overnemen geschiedt in een radio- of televisieprogramma of ander medium dat “een zelfde functie vervult” als het medium waaruit wordt overgenomen.
4.26. De regionale omroepen wensen in haar nieuwsuitzendingen flitsen van het door Eredivisie Media & Marketing als omroeporganisatie uitgezonden beeldmateriaal van eredivisiewedstrijden uit te zenden. Eredivisie Media & Marketing zendt op de website “www.eredivisie.nl” en het televisiekanaal “Eredivisie Live” de eredivisiewedstrijden integraal en live uit. Deze uitzendingen hebben hoofdzakelijk de bedoeling om kijkers te amuseren en te entertainen en kunnen dan ook niet worden aangemerkt als “nieuwsuitzendingen”. Er wordt dan ook niet voldaan aan het in artikel 15 Aw en artikel 10 sub a WNR neergelegde vereiste dat het overnemen geschiedt in een radio- of televisieprogramma of ander medium dat een zelfde functie vervult als uit het medium waaruit wordt overgenomen. Reeds om deze reden kan niet worden geconcludeerd dat sprake is van de wettelijke beperking zoals is neergelegd in artikel 15 Aw en artikel 10 sub a WNR.
Citaatrecht. 4.28. Op grond van artikel 15a Aw en artikel 10 sub b WNR geldt dat als inbreuk op het auteursrecht op een werk van letterkunde, wetenschap of kunst en het naburige recht niet wordt beschouwd het citeren uit een eerder rechtmatig openbaar gemaakt werk in een aankondiging, beoordeling, polemiek, wetenschappelijke verhandeling of voor een uiting met een vergelijkbaar doel.
4.29. Het beschermde werk waaruit de regionale omroepen willen citeren betreft de “reportage(s)” van de eredivisiewedstrijd(en). Het is onvoldoende aannemelijk dat de regionale omroepen deze beeldcitaten zullen uitzenden in de context van een aankondiging, beoordeling, polemiek of wetenschappelijke verhandeling of een soortgelijk doel. Het is namelijk voldoende gebleken dat de regionale omroepen deze beeldcitaten in haar “nieuwsuitzendingen” willen uitzenden en dat deze beeldcitaten dienen ter ondersteuning van informatie over bijvoorbeeld i) doelpunten die zijn gemaakt, ii) laakbare overtredingen die zijn gemaakt, iii) de kwaliteit van de scheidsrechter, en iv) rellen en spreekkoren, als die er zijn geweest. De beeldcitaten worden dan ook niet gebruikt om het beschermde werk “de reportage(s)” van de eredivisiewedstrijd(en) aan te kondigen, te beoordelen of anderszins aan de orde te stellen. Van “citeren” in de zin van bovengenoemde artikelen is dan ook geen sprake.
Reportage-execeptie: 4.31. Als inbreuk op het auteursrecht op een werk van letterkunde, wetenschap of kunst wordt niet beschouwd een korte opname, weergave en mededeling ervan in het openbaar in een foto-, film-, radio- of televisiereportage voor zover zulks voor het behoorlijk weergeven van de actuele gebeurtenis welke het onderwerp van de reportage uitmaakt, gerechtvaardigd is en mits voor zover redelijkerwijs mogelijk, de bron, waaronder de naam van de maker, duidelijk wordt vermeld (Artikel 16a Auteurswet). Artikel 10 sub d WNR kent voor de naburige rechten een gelijkluidende bepaling.
4.32. Deze zogenaamde “reportage-execeptie” dient ertoe om media in staat te stellen opnamen te maken van een actuele gebeurtenis. Er dient daarbij een onderscheid te worden gemaakt tussen het beschermde werk (in dit geval de beeldreportage(s) van de eredivisiewedstrijd(en)) en het onderwerp van het beschermde werk (in dit geval de eredivisiewedstrijd(en) zelf). De gebeurtenissen tijdens de eredivisiewedstrijd(en) zijn nieuws, niet de reportage(s) van deze wedstrijd(en). Er is daarom geen sprake van dat de door ROOS c.s. gewenste uitzending van flitsen (zoal als reportage in de genoemde wettelijke zin aan te merken) een korte opname, weergave of mededeling van het beschermde werk (de van de wedstrijden gemaakte beeldreportage) inhouden. Het overnemen van (een deel) van de reportage(s) van de eredivisiewedstrijd(en) valt dan ook niet onder de reikwijdte van de reportage-exceptie. Het voorgaande leidt ertoe dat er ook geen sprake is van de wettelijke beperking zoals is neergelegd in artikel 16a Aw en artikel 10 sub d WNR.
4.33. De slotsom is dat het vooralsnog onvoldoende aannemelijk is dat de regionale omroepen zonder de toestemming van de rechthebbenden op het auteurs- en naburige recht van de reportage(s) van de eredivisiewedstrijd(en) gerechtigd zijn om flitsen van deze reportage(s) uit te zenden. Dit brengt mee dat – zonder nadere toelichting, die ontbreekt – niet valt in te zien dat de regionale omroepen een rechtens te respecteren belang hebben bij het verkrijgen van flitsen van beeldmateriaal; het is immers gezien het voorgaande aannemelijk dat zij dit beeldmateriaal toch niet mogen uitzenden. De vorderingen van ROOS c.s. zullen dan ook worden afgewezen.
Lees het vonnis hier.