Tegenbewijs toegestaan tegen schending exclusiviteitsafspraken pizzarette
Rechtbank Overijssel 10 juli, HZ ZA 11-900 (Trebs B.V. tegen Food & Fun B.V. c.s.)
Uitspraak ingezonden door Eelco Bergsma, Deterink N.V..
Wanprestatie. Onrechtmatig handelen. Uitleg overeenkomst. Zie eerder IEF 12815 en IEF 12663.
Trebs vordert op grond van wanprestatie en onrechtmatig handelen een verklaring voor recht dat Food & Fun toerekenbaar tekort komt in de nakoming van de overeenkomst door de exclusiviteit van Trebs binnen het Territoir niet te respecteren alsmede door Nearbor als inkoop- en handelskantoor voor de inkoop van al hun producten te omzeilen.
Food & Fun c.s. beroept zich op de vernietiging van de overeenkomst wegens (wederzijdse) dwaling en subsidiair op de ontbinding daarvan wegens niet-nakoming door Trebs. De rechtbank volgt Food & Fun daarin niet. Naar het oordeel van de rechtbank is onvoldoende gesteld of gebleken dat de Chinese patentenkwestie causaal is geweest voor het sluiten van de onderhavige overeenkomst, zodat die uitspraken als in zoverre irrelevant het beroep op dwaling hoe dan ook niet kunnen dragen. De rechtbank staat Food & Fun toe tegenbewijs te leveren tegen de schendingen van de exlusiviteitsafspraken en feiten en/of omstandigheden waaruit volgt dat de - na het sluiten van de overeenkomst - verrichte leveringen buiten de overeenkomst vielen.
4.3. (...) Naar het oordeel van de rechtbank is echter onvoldoende gesteld of gebleken dat bedoelde Chinese patentenkwestie - wat daar verder van zij - causaal is geweest voor het sluiten van de onderhavige overeenkomst, zodat die uitspraken als in zoverre irrelevant het beroep op dwaling hoe dan ook niet kunnen dragen. Niet zonder grond wijst Trebs er daarbij op de Food & Fun ook bij het aangaan van de overeenkomst al van mening was dat de Comfortcook Pizzaoven een illegaal product was. Het door Food & Fun in dit verband benadrukte onderscheid tussen het geschil omtrent auteursrecht (in Nederland) en het patent (in China) kan aan een en ander niet afdoen.
4.4. Ook het subsidiaire beroep van Food & Fun in de conclusie van dupliek op de (integrale) ontbinding van de overeenkomst wegens niet-nakoming van de artikelen 1.2, 2.3 en 4.1 van de overeenkomst faalt. Het overleg voor het 'vaststellen van de primaire en secondaire arbeidsvoorwaarden'(artikel 1.2) voor het in dienst treden van Smedema bij Trebs heeft klaarblijkelijk niet tot overeenstemming geleid, zonder dat uit het daartoe door Food & Fun gestelde kan worden geconcludeerd dat Trebs hiervan een - de ontbinding van de overeenkomst rechtvaardigend - verwijt is te maken.
4.6. Wat de verplichting van Trebs aangaat tot het betalen van commissie van USD 2,00 per verkochte pizzaoven (artikel 4.1) heeft Trebs zich op opschorting beroepen. In hoeverre Trebs daartoe bevoegd is, dient te worden bezien in het licht van de door Trebs aan Food & Fun gemaakte verwijten, die thans door de rechtbank zullen worden besproken.
4.12. (...) De partij die zich beroept op de rechtsgevolgen van een bepaalde uitleg van een overeenkomst draagt op grond van de hoofdregel van artikel 150 Rv de bewijslast van de feiten en omstandigheden die de door haar bepleite uitleg ondersteunen. De rechtbank zal Food & Fun - op wie te dezen de bewijslast rust - toelaten tot dit bewijs, in voege als is het dictum omschreven.5. De beslissing
De rechtbank
5.1. laat Food & Fun toe tot het bewijs van feiten en/of omstandigheden waaruit volgt dat artikel 2 van de overeenkomst moet worden uitgelegd in de door haar voorgestane zin, te weten dat de door Food & Fun na het sluiten van de overeenkomst verrichte leveringen aan Trade2Go en Broszio buiten de overeenkomst vielen;5.2. laat Food & Fun toe tot het leveren van tegenbewijs tegen de - daargelaten voormelde leveringen aan Trade2Go en Broszio - voorhands voldoende aannemelijk te achten schendingen van de exclusiviteitsafspraken die Trebs aan haar vorderingen ten grondslag heeft gelegd;