Tropische dependance
Sommige zaken leveren ook nog wat voor de rechters op. In Havana is namelijk de strijd losgebarsten om de vraag wie de rechten heeft van de hits van de Buena Vista Social Club. De zaak begon in Londen, maar toen de Engelse rechter in Cubaanse getuigen wilde horen gooide een defecte satellietverbinding roet in het eten. Daarop trok rechter Lindsay naar Havana. In deze Cubaanse dependance van het Engelse Hooggerechtshof dragen rechter en advocaten geen dikke gewaden en pruiken, gelet op de tropische omstandigheden.
Internationale muziekuitgever Peer Corporation zegt dat een Cubaanse firma, Editoral Musical de Cuba (EMC), zich de liedjes die in 1997 plotseling wereldberoemd werden, heeft toegeëigend. Volgens Peer hebben zij al sinds de jaren dertig de rechten.
Peer’s advocaat stelt dat zijn cliënt de componisten van een groot deel van de liedjes van de Buena Vista Social Club royalties heeft betaald tot de Cubaaanse revolutie in 1959, todat het Amerikaanse handelsembargo verdere uitbetalingen verbood. Het niet uitbetaalde geld zou zijn ondergebracht in een fonds waaruit betalingen zijn verricht, toen de VS de boycot van Cuba in 1994 versoepelden.
De advocaat van EMC zegt dat Peer de Cubanen destijds eigenlijk heeft afgescheept met een paar pesos en een maatje rum. Bovendien gaat het de nabestaanden van de Cubaanse componisten niet om het geld, maar om het eigenaarschap van het culturele erfgoed.
Het betreft hier een testcase waarvan de uitkomst bepalend is voor de auteursrechten van duizenden Cubaanse liedjes.
(Bron: Het Parool, 27/09/2005)