21 aug 2024
Uitspraak ingezonden door Josine van den Berg, Mount Law.
Uitzending niet onrechtmatig omdat het berust op feiten
Rb. Amsterdam 21 augustus 2024, IEF 22294, IT 4632; ECLI:NL:RBAMS:2024:5230 (Eiser tegen Noordkaap). Eiser is een ondernemer en verkoopt onder andere boten. Noordkaap produceert het programma 'Undercover in Nederland', waarbij misstanden aan de kaak gesteld worden. De aflevering waarin een item over eiser ging, heeft tot een geschil geleid. In de uitzending is eiser geconfronteerd met een koper van een boot die niet door hem was geleverd. In deze uitzending kwamen meerdere personen aan het woord die een tekortkoming van eiser aankaartten. Eiser is in deze aflevering, die in 2022 werd uitgezonden, niet herkenbaar in beeld gebracht. In hetzelfde jaar heeft Noordkaap nogmaals opnames gemaakt van eiser, ditmaal omdat eiser een scooter had gekocht maar niet betaald. Dit beeldmateriaal is in 2023 uitgezonden, waarbij drie andere personen aan het woord kwamen. In deze uitzending is eiser herkenbaar in beeld gebracht en wordt hij door de presentator meerdere keren een oplichter genoemd.
Eiser vordert dat Noordkaap wordt bevolen het beeld- en geluidsmateriaal van de aflevering van 2023 te verwijderen en eveneens te vernietigen. Daarnaast wil hij een verbod op de uitspraak dat hij een oplichter zou zijn, evenals op het gebruik van zijn portret op social media of elders. Ook vordert eiser een rectificatie, een verklaring voor recht van onrechtmatig handelen en een schadevergoeding. Hij stelt hiertoe dat hij in de uitzending ten onrechte van oplichting wordt beschuldigd en dat hiermee zijn eer en goede naam zijn aangetast. Noordkaap beroept zich op haar vrijheid van meningsuiting en meent dat zij zich kritisch moet kunnen uitlaten om de samenleving voor misstanden te waarschuwen. Aangezien een belangrijk bezwaar van eiser is dat hij ten onrechte een oplichter genoemd wordt, beoordeelt de rechter de feitelijke juistheid van deze bewering van Noordkaap. Uit de overgelegde stukken en de verklaringen van de personen in de aflevering van Undercover in Nederland kan niet worden geconcludeerd dat eiser zich niet schuldig heeft gemaakt aan oplichting. De door Noordkaap gebezigde aanduiding ‘oplichter’ vindt onder deze omstandigheden voldoende steun in het beschikbare feitenmateriaal. Dat eiser tot dusver niet strafrechtelijk voor oplichting is veroordeeld, doet daar niet aan af. Al het gevorderde wordt daarom afgewezen.
4.13. Uit het geheel van ervaringen van verschillende personen die zich bij Noordkaap hebben gemeld en de daaraan ten grondslag gelegde bewijsstukken rijst het beeld op van een persoon die onwaarheden spreekt, dan wel niet goed in staat is de gevolgen van zijn daden te overzien, en met regelmaat omvangrijke verplichtingen aangaat die hij niet kan nakomen, met alle schadelijke gevolgen van dien voor leveranciers en afnemers. Bovendien bedient [eiser] zich regelmatig van leugens en gebruikt hij bewijsstukken die niet overeenstemmen met de waarheid. Dit alles heeft niets van doen met zakelijke geschillen die een jonge ondernemer kan overkomen, zoals [eiser] nadrukkelijk heeft gesteld.
4.14. De gedragingen van [eiser] leiden tot schade van de personen die over hem melding hebben gemaakt bij Noordkaap. Die personen hebben te kennen gegeven zich benadeeld te voelen en zich door [eiser] opgelicht te voelen. In die zin is het gebruik van de term ‘oplichting’ door die personen, en ook door de presentator van het televisieprogramma Undercover in Nederland, niet het strafbare feit als bedoeld in artikel 326 lid 1 Wetboek van Strafrecht maar een in het dagelijkse taalgebruik gangbare uitdrukking over de handelswijze van mensen die zo handelen of zich zo gedragen zoals [eiser] jegens die personen heeft gehandeld dan wel zich jegens hen zo heeft gedragen.