Gepubliceerd op vrijdag 20 februari 2015
IEF 14502
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Verslag jurisprudentielunch Merken-Modellen-Auteursrecht

Verslag gemaakt door Arnoud Martens, Masterstudent Radboud universiteit en voorzitter V.I.E.R.. Donderdag 20 november jongstleden werd de halfjaarlijkse jurisprudentielunch Merken-, modellen-, en Auteursrecht door deLex georganiseerd. Binnen drie uur werd je door prof. mr. T. Cohen Jehoram (merkenrecht), prof. mr. Ch. Gielen (modellenrecht) en mr. J. Van Manen (auteursrecht) volledig bijgepraat over de nieuwste en zeer recente ontwikkelingen.

Merkenrecht
Mr. T. Cohen Jehoram beet de spits af en deed dat meteen met een wel zeer recent arrest van het Hof van Beroep Brussel inzake Louboutin/Van Haren (IEF 14389). Het hof vernietigt het vonnis van de voorzieningenrechter waarin het merk van Louboutin nietig werd verklaard. Het hof stelt vast dat het geen zuiver vormmerk en geen zuiver kleurmerk is. De rode zool van Louboutin geniet bescherming op basis ! van een beeldmerk dat op significante wijze afwijkt van de norm wat in de betrokken sector gangbaar is. De inbreukvordering wordt toegewezen op grond van art 2.20 lid 1 sub a BVIE. Daarna werd het arrest Hauck/Stokke (IEF 14209) van het HvJ EU behandeld. In dit arrest gaf het Hof aan de begrippen aard van de waar en wezenlijke waarde van de waar een ruimere uitleg dan waar in Nederland altijd van uit werd gegaan. Zo vallen onder de aard van de waar niet alleen natuurlijke en gereguleerde waren, men denke aan de vorm van een bananenhouderbakje, maar ook vormen waar van de wezenlijke kenmerken inherent zijn aan de generieke functies van de waar waarnaar de consument zoekt. Cohen Jehoram wees erop dat dit een wezenlijk ruimere toepassing is dan wij in de Benelux gewend zijn. Ook is deze uitleg ruimer dan de guidelines van het OHIM. Over de wezenlijke waarde oordeelde het HvJ het volgende. Deze is niet beperkt to! t esthetische elementen ( het alom bekende voorbeeld van een vaas) maar strekt ook tot andere wezenlijke functionele kenmerken. Om dit vast te stellen dient men met alle omstandigheden rekening te houden. Bijvoorbeeld met de reclamestrategie; wordt de vormgeving aangeprezen, dan is dit een sterke indicatie dat de vorm de wezenlijke waarde van de waar is.

Modellenrecht

Na een korte koffiepauze was het de beurt aan prof. mr. Ch. Gielen en het modellenrecht. Gielen begon met het arrest Karen Millen v Dunes van het Hof van Justitie (IEF 13959). Waar de hoge raad in de Apple v Samsung (IEF 12714) zaak oordeelde dat bij beoordeling van het eigen karakter er naar meerdere modellen uit de prior art samen gekeken mag worden, is het Hof van oordeel dat het eigen karakter slechts beoordeeld dient te worden door te kijken naar de algemene indruk die wordt gewekt door een ouder model en niet door een combinatie van afzonderlijke kenmerken van meerdere oudere modellen. Conclusie is aldus dat bij beoordeling van het eigen karakter men niet zogenaamd mag mozaïeken. Nu rijst de vraag of men bij de beoordeling van de beschermingsomvang ook niet mag mozaïeken. Prof. mr. Gielen gaf aan dat deze vraag wellicht ontkennend beantwoordt dient te worden. In de zaak Cocoon tables van het Hof Den Haag (IEF 13771) oordeelt het hof dat Karen Millen niet dwingt tot eenzelfde aanpak voor de beschermingsomvang als voor de beoordeling van het eigen karakter van een model. Daarnaast sprong de zaak Burgers v Basil van het Hof Den Haag (IEF 14060) in het oog. In deze zaak werd voor rieten fietsmanden een beroep gedaan op het modellenrecht en het auteursrecht. Inbreuk op een niet ingeschreven gemeenschapsmodel werd aangenomen omdat de inbreukmakende mand slechts op enkele details verschilde van de beschermde fietsmand. Echter, men kon geen beroep doen op het auteursrecht omdat de auteursrechtelijke ondergrens niet haalde. De beschermingsdrempel in het auteursrecht is aldus hoger en daarmee lijkt het modellenrecht in praktische relevantie toe te nemen.

Auteursrecht
Als laatste behandelde Joris Van Manen de meest in het oog springende auteursrechtelijke zaken van afgelopen half jaar. Zo behandelde hij de uitspraak van het Hof van Justitie over de discriminerende Suske en Wiske parodie, waarin het Hof de uitgangspunten van de parodie uitzondering voor Europa in kaart heeft gebracht. De nationale rechter dient de vrijheid van meningsuiting (die het recht to shock, disturb and offend omvat) af te wegen tegen de belangen van de auteursrechthebbende. Ook passeerde het zeer opmerkelijke BestWater arrest van het HvJ EU (IEF 14315) de revue. Eerder dit jaar besliste het Hof in het Svensson arrest (IEF 13540) dat een werk dat met toestemming van de auteur op het internet openbaar wordt gemaakt en ver volgens een andere website doormiddel van een embedded link naar dit werk linkt, deze embedded link niet openbaar maakt aan een nieuw publiek. Immers, de eerste openbaarmaking is een openbaarmaking aan het hele internetpubliek. In het BestWater arrest bevestigt het Hof dat ook voor framed linken dezelfde ballon opgaat. : reeds de eerste openbaarmaking is voor het gehele internetpubliek. Framed linken maakt niet openbaar aan een nieuw publiek. Opmerkelijk aan dit arrest is dat het hof volledig voorbij gaat aan de stelling van BestWater die stelt dat de Het is in deze zaak niet duidelijk of de eerste openbaarmaking niet met toestemming van de rechthebbende geschiedde. was en aldus onrechtmatig is. Het hof kijkt alleen naar het feit dat het (via YouTube) op internet beschikbaar is, niet naar de vraag hoe het op YouTube terechtgekomen is (met of zonder toestemming van de auteur). openbaar gemaakt is. Daarnaast werden uitspraken over het uitlenen van e-books en uitputting van e-books besproken. Ook was er aandacht voor het arrest van de Hoge Raad inzake Rubiks Cube (IEF 14212). De Hoge Raad laat het arrest van hof Arnhem in stand. De kubus zonder kleuren is niet beschermd. De oneindige mogelijkheden aan kleurencombinaties komt ook niet in aanmerking voor bescherming. De combinatie van de zes kleuren verdeeld over zes vlakken is wel een auteursrechtelijk beschermd werk. Ten slotte werd stilgestaan bij de nieuw in de Auteurswet opgenomen verweesde werken.

Arnoud Martens