Vingerafdruk geen intellectueel eigendom
Rechtbank Utrecht 25 mei 2012, LJN BW6545 (eiser tegen burgemeester van Utrecht)
Als vrijdagmiddagbericht. De aanvraag van het paspoort van eiser is buiten behandeling gelaten vanwege het niet afgeven van vingerafdrukken. Eiser heeft gewetensbezwaren opgeworpen, onder andere dat eiseres vanwege haar persoonlijke levensovertuiging bezwaar heeft, echter met artikel 8 EVRM is geen strijd.
De rechtbank volgt het betoog van eieser niet dat de wetgeschiedenis is achterhaald aangezien de oorspronkelijk beoogde langdurige opslag van vingerafdrukken inmiddels is komen te vervallen. Dat betekent niet dat de wetsgeschiedenis van de Paspoortwet is achterhaald. Tot slot heeft eiseres een beroep gedaan op art. 17 van het Handvest. Echter de rechtbank is van oordeel dat vingerafdrukken niet kunnen worden aangemerkt als een intellectueel eigendom in de zin van dat artikel.
Wetsgeschiedenis achterhaald
22. De rechtbank volgt eiseres evenmin in haar betoog dat de wetsgeschiedenis van de Paspoortwet inmiddels is achterhaald aangezien de oorspronkelijk beoogde langdurige opslag van vingerafdrukken in een reisdocumentenadministratie inmiddels, per 23 juni 2011, is komen te vervallen. Uit de wetsgeschiedenis blijkt dat met de wijzigingen van de Paspoortwet is beoogd om het aanvraag- en uitgifteproces van reisdocumenten betrouwbaarder te maken. Zowel uit de wetsgeschiedenis als uit de totstandkoming van de Verordening blijkt dat de opslag van vingerafdrukken in een paspoort leidt tot een betrouwbaarder verband tussen de houder en het paspoort. Onder deze omstandigheden valt niet in te zien dat het feit dat de wetgever inmiddels heeft besloten om af te zien van een systeem van langdurige opslag van vingerafdrukken gevolgen heeft voor de relevantie van de wetsgeschiedenis voor de onderhavige zaak. De rechtbank is overigens van oordeel dat ook uit de totstandkoming van en de onder 14 genoemde jurisprudentie over de Verordening reeds kan worden afgeleid dat de verplichte afgifte van vingerafdrukken ten behoeve van opslag in het paspoort niet in strijd is met artikel 8 van het EVRM.
Artikel 17 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie
25. Eiseres heeft betoogd dat verweerder met het afnemen van de vingerafdrukken een inbreuk maakt op haar recht op eigendom, zodat hij haar op grond van artikel 17 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (hierna; het Handvest) een financiële compensatie had moeten aanbieden. Ook dit betoog slaagt niet. De rechtbank is van oordeel dat vingerafdrukken niet kunnen worden aangemerkt als een (intellectueel) eigendom in de zin van artikel 17 van het Handvest, zodat reeds daarom voor een (aanbod voor een) financiële compensatie geen noodzaak is.