15 apr 2022
Wob-verzoeken gaan boven Auteurswet
Rb. Den Haag 15 april 2022, IEF 20711; ECLI:NL:RBDHA:2022:3612 (NEN en ISO tegen minister van Volksgezondheid) De Stichting Rookpreventie Jeugd (SRJ) heeft op grond van een Wob-verzoek informatie bij de minister van Volksgezondheid opgevraagd inzake de standaardnormen voor tabaksproducten. De minister heeft de gevraagde informatie ten dele openbaar gemaakt. NEN en ISO vinden gezamenlijk dat er teveel informatie is openbaar gemaakt, terwijl de SRJ (derde-partij) juist vindt dat er te weinig informatie is geopenbaard. De rechtbank verwerpt het beroep van eisers. Hierbij benadrukt zij dat in casu het besluit omtrent de Wob-verzoeken van SRJ centraal staan, waardoor het procesbelang van eisers is beperkt tot die documenten die binnen dit Wob-verzoek vallen. Primair verwerpt de rechtbank het beroep van eisers dat bedrijfs- of fabricagegegevens in de documenten zouden zijn genoteerd evenals het beroep op onevenredige benadeling. Interessant in deze argumentatie is dat de rechtbank Den Haag stelt dat een Wob-verzoek voor gaat op de Auteurswet en dat indien sprake is van een auteursrechtelijk werk, dit nog niet ervoor zorgt dat er sprake is van onevenredige bevoor- of benadeling. Overige vorderingen van eisers falen eveneens.
7.1. De rechtbank stelt voorop dat het in deze procedure gaat om een rechtmatigheidsbeoordeling van het besluit van verweerder voor zover daarbij op de Wob-verzoeken van SRJ is beslist. Anders dan waarvan eisers lijken uit te gaan, kunnen aan deze beoordeling geen algemene regels voor de openbaarmaking van (ontwerpversies van) standaardnormen in brede zin worden ontleend. Het procesbelang van eisers is beperkt tot de documenten die binnen de reikwijdte van de Wob-verzoeken vallen. De vraag of er nog procesbelang is, beantwoordt de rechtbank bevestigend nu eisers aannemelijk hebben gemaakt dat, ook al gaat het om stukken over de periode van 2012 tot en met 2018, openbaarmaking daarvan nog gevolgen kan hebben.
9.2 De rechtbank stelt voorop dat verweerder rekening heeft gehouden met de belangen van eisers door de definitieve normen en de ontwerpversies, met uitzondering van de allereerste ontwerpversies, niet openbaar te maken. De verwijzing naar de uitspraak van het Gerecht van de EU slaagt niet, omdat dat arrest ingaat op de openbaarmaking van vastgestelde en definitieve normen en niet op ontwerpversies. Uit het arrest kan niet worden afgeleid dat ontwerpversies niet openbaar gemaakt mogen worden.
Verweerder stelt terecht dat er geen reden is de Wob-verzoeken te toetsen aan de algemene voorwaarden van NEN, ISO Policy en POCOSA omdat het daarbij niet gaat om wetten in formele zin of bijzondere regelingen die uitputtend van aard zijn en waarvoor de Wob moet wijken. Ook gaat de Wob voor op de Auteurswet. De enkele omstandigheid dat een werk auteursrechtelijk wordt beschermd, maakt nog niet dat dat reeds daarom sprake is van onevenredige bevoor- of benadeling. Voor zover eisers hebben bedoeld te stellen dat het auteursrecht onderdeel moet zijn van de belangenafweging heeft verweerder het belang van openbaarmaking zwaarder kunnen laten wegen. Eisers hebben niet onderbouwd dat concurrenten hun voordeel met de informatie uit de ontwerpversies kunnen doen en hebben evenmin inzichtelijk gemaakt en geconcretiseerd dat hun verdienmodel in gevaar komt. Uit het verhandelde ter zitting is gebleken dat de sector tabak relatief weinig concurrenten heeft en dat het om een zeer gereguleerde markt gaat. Eisers hebben niet aannemelijk gemaakt dat het verdienmodel van NEN/ISO onevenredig wordt geschaad of dat de continuïteit van het normalisatieproces in gevaar komt. De rechtbank heeft geen reden om te twijfelen aan het standpunt van verweerder dat bij publicatie van ontwerpversies steeds duidelijk zal zijn dat het niet om definitieve versies gaat.