Als er een fuif is
Rechtbank Rotterdam, 9 november 2006, LJN: AZ3045 Duyvis Production tegen Dutch-Nut-Group
Inbreuk beeld/vormmerken en merkrecht op verpakking en kostenveroordeling.
Sinds 1983 brengt Duyvis ‘tijgernootjes’ op de markt. DNG heeft rond maart 2006 onder de naam ‘Poemanoten bacon-kaas’ en ‘Kenia mix met poemanoten’ (een notenmix met) gecoate noten op de markt gebracht.
Duyvis vordert onder meer dat DNG het gebruik van de benamingen ‘poema’, ‘poemanoten’ en ‘Kenia mix’ staakt. Duyvis legt aan haar vordering ten grondslag dat DNG met de productie van en de handel in de ‘poemanoten’ op grond van het bepaalde in artikel 2.20 BVIE inbreuk maakt op de aan haar toekomende merkrechten. Duyvis stelt daartoe dat DNG inbreuk maakt op haar woordmerken ‘tijger’, ‘tijgernootjes’ en ‘Africa mix’, op haar beeld/vormmerken op de ‘tijger-nootjes’, zowel ieder nootje afzonderlijk als tezamen, alsmede op haar merkrecht op de verpakkingen.
"Naar voorlopig oordeel is hiervan in het onderhavige geval echter geen sprake. Het woordmerk ‘tijger’ is niet sterk onderscheidend voor noten en niet aannemelijk is dat het publiek onmiskenbaar een verband zal leggen tussen het teken ‘poema’ en het merk ‘tijger’. Daarbij is van belang dat er op de markt meer-dere zoutjes zijn met namen van katachtige roofdie-ren. Voorts is er naar voorlopig oordeel geen sprake van (begripsmatige) overeenstemming tussen het woordmerk ‘Africa mix’ en het teken ‘Kenia mix’, nu ook in dat kader niet aange-nomen kan worden dat het publiek onmiskenbaar een verband zal leggen tussen teken en merk, enkel omdat de benaming van de notenmix van DNG een verwijzing inhoudt naar een land dat deel uitmaakt van het continent Afrika. Dat er sprake zou zijn van auditieve en vi-suele overeenstemming tussen ‘Africa mix’ en ‘Kenia mix’, op grond waarvan de consu-ment die met het teken wordt geconfronteerd een verband legt tussen teken en merk, acht de voorzieningenrechter evenmin aannemelijk. Daarbij is in ogenschouw genomen dat er meerdere zoutjes en notenmixen op de markt zijn met een vergelijkbare dan wel een zelfde benaming."
Ten aanzien van de gestelde inbreuk op de beeld/vormmerken van Duyvis oordeelt de rechter het volgende: "Geoordeeld moet worden dat de ‘poemanoten’ op deze wijze waargenomen een grote mate van overeenstemming vertonen met de ‘tijgernootjes’. Daarbij is mede van belang dat bij die waarneming niet een afzonderlijk exemplaar, maar een grotere hoeveelheid in het desbetreffende zakje, in een schaaltje of in de hand wordt gezien. Gevaar voor verwarring moet dan ook aannemelijk worden geacht." Op grond hiervan dient ook het gebruik van de afbeeldingen van de poemanoten op de verpakking van de 'poemanoten bacon-kaas' onrechtmatig te worden geacht. Dit geldt niet voor de verpakking van de 'Kenia mix met poemanoten' nu op die verpakking de 'poemanoten' niet prominent staan afgebeeld.
Het voorgaande leidt er toe dat de vordering van Duyvis strekkende tot het staken van de handel in ‘poemanoten’ en in de verpakkingen ‘poemanoten bacon-kaas’ zal worden toegewezen, als ook de vordering tot terugneming door DNG van vorenbedoelde inbreukmakende noten en verpakkingen en/of het reclamemateriaal voor die noten.
De rechtbank wijst de gevorderde advocaatkosten toe voor een (gematigd) bedrag van EUR 25.000,--.
Lees het vonnis hier.