Gepubliceerd op vrijdag 18 juni 2021
IEF 20029
Rechtbank Noord-Holland ||
16 jun 2021
Rechtbank Noord-Holland 16 jun 2021, IEF 20029; ECLI:NL:RBNHO:2021:4846 (Kinderwens MC tegen Dijklander Ziekenhuis), https://delex.nl/artikelen/centrum-voor-kinderwens-geen-inbreuk-op-medisch-centrum-kinderwens

Centrum voor Kinderwens geen inbreuk op Medisch Centrum Kinderwens

Vzr. Rechtbank Noord-Holland 16 juni 2021, IEF 20029; ECLI:NL:RBNHO:2021:4846 (Kinderwens MC tegen Dijklander Ziekenhuis) Kort geding. Deze zaak gaat over de vraag of het Dijklander Ziekenhuis door het gebruik van de naam ‘Centrum voor Kinderwens’ en de domeinnaam www.centrumvoorkinderwens.nu - voor de op 1 februari 2021 door haar geopende IVF-kliniek - inbreuk pleegt op de handelsnaam ‘Medisch Centrum Kinderwens’, die sinds 2006 wordt gebruikt voor de IVF-kliniek van Kinderwens MC (dan wel van een aan haar gelieerde onderneming) alsmede op het woord/beeldmerk dat voor laatstgenoemde kliniek wordt gebruikt. Naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter is er geen sprake van inbreuk op handelsnaam- of merkrechten omdat er geen direct dan wel indirect verwarringsgevaar valt te duchten. ‘Medisch Centrum Kinderwens is namelijk een volledig beschrijvende handelsnaam, waaraan in beginsel geen onderscheidend vermogen toekomt. De Handelsnaamwet biedt in dat geval geen dan wel slechts geringe bescherming, tenzij kan worden gesproken van inburgering. Inburgering wordt niet aangenomen. Geoordeeld wordt dat het relevante publiek meer oplettend zal zijn dan het normaal oplettende consumentenpubliek. Dat publiek zal zich er van bewust zal zijn dat er aanbieders zijn met sterk gelijkende handels- en/of domeinnamen of aanbieders die zich met de zoekterm ‘kinderwens’ willen laten vinden, zodat zij bijzonder oplettend zullen zijn met welke kliniek zij concreet van doen hebben. De voorzieningenrechter oordeelt dan ook dat het relevante publiek de verschillen tussen ‘Medisch Centrum Kinderwens’ en Centrum voor Kinderwens’ eenvoudig zal opmerken en neemt geen handelsnaaminbreuk aan. Ook inbreuk op het woord/beeldmerk wordt niet aangenomen omdat de aanduidingen die partijen gebruiken onvoldoende met elkaar overeenstemmen. De vorderingen van Kinderwens MC worden afgewezen.

5.12.

Dat betekent dat de Handelsnaamwet in beginsel geen of slechts geringe bescherming biedt aan Kinderwens MC wat betreft haar handelsnaam. Uitzondering daarop zou zijn wanneer het publiek ‘Medisch Centrum Kinderwens’ door de intensiteit van het gebruik ervan is gaan associëren met de Kliniek (inburgering). Daarvan is echter (vooralsnog) onvoldoende gebleken. Kinderwens MC heeft weliswaar gesteld dat door het intensieve gebruik van de handelsnaam vanaf 2006 in combinatie met het beperkte aantal IVF klinieken in Nederland, het publiek de naam is gaan associëren met de Kliniek en dat de handelsnaam sinds 2006 bekendheid heeft verkregen onder het relevante publiek, waaronder de consument, maar ook bij verzekeraars en artsen, maar daarvan is in de door haar overgelegde stukken (productie E23) geen solide onderbouwing te vinden. Deze stukken tonen slechts het gebruik van de naam aan en zeggen niets over de mate van bekendheid daarvan bij het relevante publiek. De omstandigheid dat er slechts een beperkt aantal IVF klinieken is in Nederland en partijen zich richten op hetzelfde publiek, maakt dit niet anders en weegt niet op tegen het algemene belang dat een beschrijvende naam door eenieder in beginsel vrij moet kunnen worden gebruikt.

5.15.

Ook voor de gestelde merkinbreuk als bedoeld in artikel 2:20 lid 1 onder b van het BVIE, is verwarringsgevaar noodzakelijk, waarvoor, zoals uit het voorgaande voortvloeit, Kinderwens MC onvoldoende heeft gesteld en waarvan niet of onvoldoende is gebleken. Daar komt bij dat voorshands wordt geoordeeld dat met het hanteren van (enkel) de naam ‘Centrum voor Kinderwens’ geen inbreuk wordt gemaakt op het Merk omdat geen sprake is van overeenstemmende tekens. Van belang daarvoor is dat niet het woordmerk ‘Medisch Centrum Kinderwens’ is ingeschreven maar een gecombineerd woord/beeldmerk. Voor de beoordeling van de mate van overeenstemming tussen beide aanduidingen wordt als uitgangspunt genomen het merk zoals het is ingeschreven. Bij de beoordeling van een mogelijke inbreuk gaat het vervolgens om de totaalindruk die door het merk en teken worden opgeroepen, waarbij rekening dient te worden gehouden met de onderscheidende en dominerende bestanddelen van het merk. Weliswaar kan van het ingeschreven Merk worden gezegd dat het dominante bestanddeel de tekst ‘Medisch Centrum Kinderwens’ is, maar deze tekst heeft geen of slechts zeer beperkt onderscheidend vermogen. Het Dijklander Ziekenhuis heeft terecht aangevoerd - kort gezegd - dat een niet geregistreerd beschrijvend woordmerk, waarvan het twijfelachtig is of dat zou kunnen worden beschermd, vanwege het gebrek aan onderscheidend vermogen, via een achterdeur alsnog bescherming zou kunnen krijgen door er bepaalde beeldelementen aan toe te voegen. Bij de beoordeling van de mate van overeenstemming speelt de tekst binnen het beeldmerk daarom in dit geval een beperkte rol. Gebruikmaking van (alleen) de woorden ‘Centrum voor Kinderwens’ zonder het beeldelement bestaande uit concentrische cirkels en in een ander lettertype dan het gedeponeerde beeldmerk, levert tegen die achtergrond onvoldoende overeenstemming op met het Merk. De op het merkenrecht gebaseerde vorderingen stuiten daarop dan ook af. Dat Kinderwens MC op grond van inburgering als woordmerk zou kunnen worden beschermd heeft Kinderwens MC niet aannemelijk gemaakt. Een merkdepot van alleen het woordelement op grond van inburgering heeft ook niet plaatsgevonden.