Gepubliceerd op donderdag 3 mei 2018
IEF 17680
HvJ EU ||
26 apr 2018
HvJ EU 26 apr 2018, IEF 17680; ECLI:EU:C:2018:292 (Mitsubishi tegen Duma c.s.), https://delex.nl/artikelen/conclusie-ag-debranding-en-rebranding-is-geen-merkgebruik

Conclusie AG: Debranding en rebranding is geen merkgebruik

Conclusie AG HvJ EU 26 april 2018, IEF ; IEFbe (Mitsubishi tegen Duma c.s.) Parallelimport, Debranding, Rebranding, marktpraktijken, vergoeding. Conclusie AG:

Vormt geen gebruik van een merk in de zin van artikel 5 van [UniemerkRl], de verwijdering, door een derde, zonder de toestemming van de merkhouder, van de op waren aangebrachte tekens wanneer:
– die waren niet eerder zijn verhandeld in de Europese Economische Ruimte, aangezien zij zijn geplaatst onder douane-entrepot, tijdens hetwelk zij wijzigingen hebben ondergaan om ze in overeenstemming te brengen met de technische voorschriften van de Unie; en
– de tekens zijn verwijderd met het oog op de invoer of het in de handel brengen van die waren in de Europese Economische Ruimte onder een (nieuw) merk, dat verschilt van het oorspronkelijke merk.

Gestelde vragen [IEFbe 2093 en eerder IEFbe 67]:

1) a) Omvatten artikel 5 van richtlijn 2008/95/EG en artikel 9 van verordening (EG) nr. 207/2009 van de Raad [...] het recht voor de merkhouder om zich te verzetten tegen de verwijdering, door een derde, zonder de toestemming van de merkhouder, van alle op de waren aangebrachte aan de merken gelijke tekens (debranding), wanneer het gaat om nooit eerder in de Europese Economische Ruimte verhandelde waren, zoals waren geplaatst onder douane-entrepot, en wanneer de verwijdering door die derde geschiedt met het oog op de invoer of in de handel brengen van die waren in de Europese Economische Ruimte?
b) Maakt het een verschil uit voor de beantwoording van de voormelde vraag a) of de invoer of het in de handel brengen in de Europese Economische Ruimte van die waren geschiedt onder een eigen onderscheidingsteken aangebracht door die derde (rebranding)?

2) Maakt het voor de beantwoording van de eerste vraag een verschil indien de aldus ingevoerde of in de handel gebrachte waren, naar hun uiterlijke verschijning of model door de relevante gemiddelde consument nog steeds worden geïdentificeerd als afkomstig van de merkhouder?