Gepubliceerd op woensdag 22 mei 2024
IEF 22053
Rechtbank Den Haag ||
15 mei 2024
Rechtbank Den Haag 15 mei 2024, IEF 22053; ECLI:NL:RBDHA:2024:7250 (Coty tegen Prestige), https://delex.nl/artikelen/goederen-met-t1-status-niet-in-de-handel-gebracht

Goederen met t1-status niet in de handel gebracht

Rechtbank Den Haag 15 mei 2024, ECLI:NL:RDBHA:2024:7250 (Coty tegen Prestige) Coty verhandelt parfumflessen voorzien van bekende merken. Prestige is een Nederlandse onderneming die zich bezig houdt met de wereldwijde import en export van originele parfums, waaronder parfums van de Coty-merken. Prestige heeft een groot aantal flessen parfum voorzien van Coty-merken verkocht en geleverd aan Romscent, een in Roemenië gevestigde internationale groothandel in parfums en cosmetica. Coty meent dat Prestige inbreuk zou hebben gemaakt op de Coty-merken door parfumflessen te verkopen en te leveren aan Romscent terwijl deze parfumflessen niet door Coty voor het eerst in de EU op de markt zijn gebracht en dus niet zijn uitgeput en vordert onder meer de rechtbank voor recht te verklaren dat Prestige inbreuk maakt op de merken van Coty, waardoor Prestige schadeplichtig is. De rechtbank oordeelt dat Prestige met de door haar overgelegde final loading lists en begeleidingsdocumenten heeft aangetoond dat zij de parfumflessen op T1-status aan Romscent heeft verkocht en geleverd en dus voldoende gemotiveerd heeft betwist dat zij deze in de EU in de handel heeft gebracht. Daarbij impliceert het aanbieden, verkopen en leveren van de parfumflessen op T1-status niet noodzakelijkerwijs dat deze in de EU in de handel worden gebracht, zodat niet is voldaan aan het Class-criterium. Met betrekking tot de door Prestige aangeboden demonstratiemodellen die voorzien zijn van Coty-merken, oordeelt de rechtbank dat dit wel een inbreuk is op de merkenrechten van Coty. De aanbiedingenlijst die Prestige heeft verstuurd vormt namelijk een ongeclausuleerd aanbod dat mede is gericht op de verkoop.

4.6. De rechtbank is van oordeel dat Prestige met de door haar overgelegde final loading lists (2.9.1) en begeleidingsdocumenten (2.9.2) heeft aangetoond dat zij de parfumflessen op T1-status aan Romscent heeft verkocht en geleverd en dus voldoende gemotiveerd heeft betwist dat zij deze in de EU in de handel heeft gebracht. Dat de facturen die Prestige aan Romscent heeft gestuurd geen T1-status vermelden en dat Prestige Romscent niet op de hoogte zou hebben gebracht van enig douanerechtelijk voorbehoud doet hier niets aan af en is ook niet vereist. 

4.7. Bovendien is de rechtbank in dit geval van oordeel dat het aanbieden, verkopen en leveren van de parfumflessen op T1-status niet noodzakelijkerwijs impliceert dat deze (toch) in de EU in de handel worden gebracht, zodat niet is voldaan aan het Class-criterium. Het enkele feit dat Prestige de parfumflessen heeft aangeboden, verkocht en geleverd aan een partij die in de EU is gevestigd (Le Fragrance / Romscent) is daartoe onvoldoende. Le Fragrance en Romscent verkopen weliswaar producten direct aan Roemeense c.q. Europese consumenten, maar dit betekent niet automatisch (impliceert niet noodzakelijkwijs) dat zij de parfumflessen die zij van Prestige heeft gekocht, in de EU in de handel zouden brengen. In dit geval is zelfs gebleken dat dit niet is gebeurd; Romscent heeft de parfumflessen immers – als internationale parallelhandelaar – op T1-status doorverhandeld aan JTG B.V. en F.C.T. B.V. Het is niet aan Prestige om toe te zien of haar afnemer of de schakel daarna de producten op T1-status doorverkoopt of invoert in de EU in de handel brengt.

4.12. De rechtbank is van oordeel dat het versturen van deze aanbiedingenlijst kwalificeert als inbreukmakend gebruik van de Coty-merken. Uit de lijst blijkt immers niet dat de demonstratiemodellen worden aangeboden op uitsluitend douanestatus T1, noch dat deze uitsluitend bestemd zijn voor de niet-EER markt en niet in de EU mogen worden aangeboden of verkocht. Wanneer niet dergelijke voorbehouden zijn gemaakt, is sprake van een aanbod dat mede is gericht op verkoop in de EU.6 De aanbiedingenlijst die Prestige heeft verstuurd vormt een dergelijk ongeclausuleerd aanbod, zodat met dit aanbod inbreuk wordt gemaakt op de merkrechten van Coty. Dat dit niet heeft geleid tot een daadwerkelijke verkoop en levering van een demonstratiemodel (op T1 dan wel T2), doet hier niet aan af. De in artikel 9 lid 3 aanhef en sub b UMVo opgesomde inbreukmakende handelingen omvatten immers ook ‘aanbieden’, zodat het enkele aanbieden van inbreukmakende (want niet-uitgeputte) producten op de vrije markt in de EU al een voorbehouden handeling is. Voor vaststelling van de schade is uiteraard wel van belang of daadwerkelijk in de EER is geleverd naar aanleiding van het aanbod.