In afwachting van
Rechtbank ’s-Gravenhage, 9 mei 2007, HA ZA 05-1504. VBI Ontwikkeling B.V. tegen Beton Son B.V.
Wel eerder gemeld, maar nog niet besproken. Europees Octrooi voor betonnen vleugelvloerelementen. Zaak wordt aangehouden in afwachting van een oppositie bij het EOB.
Betonson is houder van het Europees octrooi betreffende een betonnen vleugelvloerelement. VBI is houdster van het Nederlands octrooi dat een kanaalplaat betreft voor het vormen van een vloerveld waarin leidingen kunnen worden opgenomen, alsmede een werkwijze voor het vormen van een vloerveld. VBI heeft met een beroep op voorrang van de Nederlandse octrooiaanvrage een Europese aanvraag ingediend.
Betonson heeft verschillende betonplaten verhandeld. VBI heeft Betonson laten weten dat het produceren en/of verhandelen van de kanaalplaten inbreuk maakt op de octrooirechten van VBI. Het BIE heeft, na het verzoek om een nietigheidsadvies door Betonson, geconcludeerd dat de eerste drie conclusies van het octrooi van VBI vernietigbaar waren. VBI heeft de conclusies van het octrooi beperkt. Vervolgens heeft Betonson oppositie ingesteld bij het EOB.
In conventie acht de rechtbank het vanuit het oogpunt van goede procesorde gewenst de uitkomst tegen de verlening van het Europees octrooi ingestelde oppositie af te wachten alvorens te beslissen over de geldigheid van dat octrooi en van het Nederlandse octrooi, dat op dezelfde uitvinding betrekking heeft.
Ten aanzien van de reconventionele vordering van VBI, voor zover gericht (tegen het gebruik van) de kanaalplaten van Betonson zonder dwarssleuven maar met een dwarsvleugel (het oordeel ten aanzien van de kanaalplaten met dwarssleuf wordt geschorst totdat de uitkomst van de oppositieprocedure bekend is), oordeelt de rechtbank dat er geen sprake is van directe of indirecte inbreuk door Betonson.
Lees het vonnis hier.