Gepubliceerd op woensdag 19 februari 2020
IEF 19021
Rechtbank Den Haag ||
11 dec 2019
Rechtbank Den Haag 11 dec 2019, IEF 19021; ECLI:NL:RBDHA:2019:13703 (Graco tegen gedaagden), https://delex.nl/artikelen/inbreukvordering-graco-wordt-deels-toegewezen

Inbreukvordering Graco wordt deels toegewezen

Rechtbank Den Haag 11 december 2019, IEF 19021; ECLI:NL:RBDHA:2019:13703 (Graco tegen gedaagden) Graco is wereldwijd actief op het gebied van materiaalbehandelsystemen en -componenten. Graco houdt een aantal Graco-merken die zijn ingeschreven bij het Benelux merkenbureau. Gedaagden drijven beide een eenmanszaak die zich gezamenlijk bezighouden met verkoop van materialen en gereedschap voor wand- en plafondafwerking en verhuur en reparatie van wand- en plafondafwerkingsmachines. Graco stelt dat gedaagden inbreuk maken op haar intellectuele eigendomsrechten. De vorderingen van Graco jegens gedaagde 2 worden bij gebrek aan belang afgewezen. De vorderingen van Graco jegens gedaagde 1 worden wel toegewezen.

4.2. De onder 2.8 bedoelde transactie waarbij [gedaagde 2] betrokken was en de onder 2.9 bedoelde aanprijzing op de Facebookpagina van [eenmanszaak B] betreffen Airless-verfmachines van het type EP310 respectievelijk EP450 TX. Dat zijn andere verfmachines dan de ‘Inbreukmakende Producten’ waarop de vorderingen van Graco zien. Graco, die [gedaagde 2] en [gedaagde 1] over één kam scheert door te spreken van ‘gedaagden’, heeft verder geen concrete verwijten geformuleerd aan het adres van [gedaagde 2] . Daarmee is het lot van de vorderingen tegen [gedaagde 2] gegeven: zij dienen te worden afgewezen, met veroordeling van Graco als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten. Deze worden berekend volgens het reguliere liquidatietarief, nu [gedaagde 2] geen proceskostenveroordeling op de voet van artikel 1019h Rv heeft gevorderd. De proceskosten worden bepaald op € 1.681 (€ 291 aan griffierecht en € 1.390 aan advocatenkosten (2 punten tarief II).

4.9. Met het aanbieden en verkopen van de Airless-producten en spraytips voorzien van het ULTRAteken, het G-teken en het CR⋀CO-teken, heeft [gedaagde 1] inbreuk gemaakt op het ULTRA-merk, het G-merk, het Graco-beeldmerk en het GRACO-woordmerk. Deze merkinbreuken (hierna ook: ‘de merkinbreuken’) zien op tekens die zijn aangebracht op de door Graco als inbreukmakend bestempelde Airless-producten en toebehoren. Gesteld noch gebleken is welk belang Graco heeft bij beoordeling van de andere door haar gestelde merkinbreuken, die alle zien op het aanbieden en verkopen van de Airless-producten en toebehoren. De mogelijk op grond daarvan toe te wijzen vorderingen 1. 3 en 4. hebben dezelfde reikwijdte als het verbod, de opgave en de afgifte die moet plaatshebben op grond van de hiervoor vastgestelde merkinbreuken. Verder is gesteld nog gebleken dat de andere door Graco gestelde merkinbreuken leiden tot meer of andere schade of winstafdracht dan de hiervoor vastgestelde merkinbreuken. De andere door Graco gestelde merkinbreuken blijven daarom verder onbesproken.