2 mei 2024
Uitspraak ingezonden door Joris Vos en Herwin Roerdink, Vondst Advocaten.
L1 maakt geen inbreuk op het merkenrecht van De Limburger
Rb. Limburg 2 mei 2024, IEF 22032; ECLI:NL:RBLIM:2024:2312 (De Limburger tegen L1). Mediahuis Limburg (hierna: De Limburger) is uitgever van onder meer de krant De Limburger. Stichting Omroep Limburg (hierna: L1) en De Limburger zijn een samenwerkingsverband aangegaan voor het opzetten van een nieuwssite (1Limburg.nl). Deze samenwerking is in 2019 beëindigd aan de hand van een vaststellingsovereenkomst. L1 heeft ervoor gekozen verder te gaan met een nieuwsapp. De Limburger stelt dat het nieuwe logo dat L1 gebruikt voor haar nieuwsapp te veel lijkt op het logo dat De Limburger gebruikt voor haar eigen nieuwsapp en hiermee in strijd is met artikel 2.20 lid 2 sub b BVIE. Bovendien stelt de Limburger dat L1 ook inbreuk maakt op de merkrechten van De Limburger in de zin van artikel 2.20 lid 2 sub c BVIE. Ook zou L1 in strijd handelen met de auteursrechten van De Limburger en de vaststellingsovereenkomst. De Limburger vordert bij deze kortgedingprocedure het gebruik van betreffend logo door L1 te staken en gestaakt te houden.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat L1 niet in strijd handelt met artikel 2.20 lid 2 sub b BVIE, omdat geen sprake is van verwarringsgevaar. De totaalindrukken van de logo’s zijn immers duidelijk verschillend. Indien De Limburger bescherming zou krijgen voor de kleurcombinatie die zij gebruikt, zou dit betekenen dat zij deze combinatie monopoliseert, waar geen juridische grondslag voor is. Een combinatie van blauw en wit is immers een gebruikelijke combinatie en wordt in vergelijkbare nieuwsapps veelvuldig gebruikt. Omdat geen sprake is van vergelijkbare totaalindrukken, gaat de stelling dat in strijd wordt gehandeld met de Auteurswet ook niet op. Evenmin wordt in strijd met de vaststellingovereenkomst gehandeld, omdat deze enkel afspraken bevat over het voormalige logo en geen afspraken over de door L1 te hanteren huisstijl. De voorzieningenrechter wijst de vorderingen af.
4.4. Met L1 is de voorzieningenrechter van oordeel dat niet aangenomen kan worden dat sprake is van verwarringsgevaar, nu de totaalindruk van de bedoelde logo's duidelijk verschillend is. Weliswaar bestaan beide apps uit een vierkante, blauwe achtergrond in gra- daties van blauw die niet veel van elkaar verschillen en bestaat de voorgrond bij beide logo's uit witte symbolen, maar in (de vorm van) die witte symbolen zit naar het oordeel van de voorzieningenrechter het wezenlijke verschil tussen de bedoelde logo's, die maken dat de totaalindruk duidelijk verschillend is, ook indien de apps op een mobiele telefoon worden getoond.
4.6. De voorzieningen merkt op dat De Limburger kennelijk niet zozeer bezwaar heeft tegen de door L1 gebruikt symbolen (de letter L en het cijfer 1), maar meer tegen de kleur waarin deze zijn afgebeeld in combinatie met de kleur van de achtergrond. De Limburger stelt immers2: "Zoals hiervoor ook toegelicht, heeft De Limburger uitdrukkelijk geen be- zwaar tegen het vernieuwde L1-logo in de kleur geel/donkerblauw, zoals dit ook is opgeno- men onder randnummer 24 (zie onder 2.8. van dit vonnis, de voorzieningenrechter) en op de gevel van L1 prijkt. Het gezochte verbod strijkt zich dus niet daartoe uit, maar slechts tot het "blauw/witte Nieuwsapp Logo." Dat komt er echter op neer dat De Limburger, zoals L1 ook heeft betoogd, op die manier het gebruik van een combinatie van witte symbolen op een blauwe achter monopoliseert en daarvoor bestaat geen juridische grondslag. Een dergelijke combinatie van blauw en wit is, zoals L1 heeft aangetoond, een gebruikelijke combinatie die veelvuldig in vergelijkbare nieuwsapps wordt gebruikt.