4 mrt 2019
Uitspraak ingezonden door Dmitry Grobokopatel, JPR.
Merk- en handelsnaam Bincx komt te zeer overeen met Binx Smartility
Ktr Rechtbank Gelderland 4 maart 2019, IEF 18282; ECLI:NL:RBGEL:2019:1091 (Binx smartility tegen Bincx). Binx Smartility is een joint-venture waarin twee bouwbedrijven deelnemen. Zij hebben het Binx Smartility dan ook als woordmerk gedeponeerd. Verweerder drijft ook een bouwbedrijf en heeft aangekondigd haar handelsnaam te gaan wijzigen in Bincx. Binx Smartility heeft Bincx gevraagd het (voorgenomen) gebruik te staken. Bincx geeft hieraan geen gehoor. Binx Smartility is hierop naar de rechter gestapt. De woordmerken Binx Smartility en Bincx verschillen vrijwel niet van elkaar op zowel auditief als visueel vlak. Er is dus sprake van een merkinbreuk op grond van artikel 2.20 lid 1 sub b BVIE. Voorts vordert Binx Smartility het staken en gestaakt houden van het voeren van de handelsnaam Bincx. Beide ondernemingen bieden hetzelfde soort diensten aan, en zijn actief in hetzelfde geografische gebied. Binx Smartility heeft ter zitting voldoende duidelijk weten te maken dat er sprake is van te duchten verwarring. De vordering strekkende tot staking zal derhalve worden toegewezen. Daarnaast vordert Binx Smartility nog dat de website van Bincx aan haar wordt overgedragen. Nu aangenomen moet worden dat Bincx niet de eigenaar is van deze domeinnaam kan geen overdracht worden toegewezen, Bincx wordt verboden deze domeinnaam nog te gebruiken. Bincx wordt veroordeelt in de proceskosten.
4.6 De voorzieningenrechter is van oordeel dat (het onderscheidende en dominerende bestanddeel van) het woordmerk BINX Smartility en het teken Bincx auditief overeenstemmen. Binx gebruikt namelijk het woord BINX, dat nagenoeg identiek is aan het teken BINCX, met daarachter een toevoeging. Niet in geschil is dat het woordmerk Binx Smartility en het teken Bincx op dezelfde wijze worden uitgesproken. Enkel de letter C ontbreekt in het woordmerk ten opzichte van het teken en niet in geschil is dat het woordmerk en het teken daardoor bij hardop uitspreken exact dezelfde klank hebben. Ook in visueel opzicht verschillen het woordmerk en het teken vrijwel niet van elkaar. Het woordmerk BINX Smartility wordt zoals gezegd met slechts de letter C minder op exact dezelfde wijze als het teken BINCX gespeld en het merk en het teken ogen daardoor vrijwel hetzelfde. De enkele toevoeging van het element Smartility maakt dit niet anders, omdat hiervoor al is overwogen dat door het relevante publiek doorgaans meer aandacht wordt besteed aan het begingedeelte van een merk of teken dan aan het eindgedeelte daarvan. Aangenomen moet worden dat dit eens te meer geldt indien het toegevoegde element als enigszins beschrijvend kan worden aangemerkt, zoals hier het geval zou kunnen zijn voor de diensten die Binx Smartility aanbiedt, door een samenvoeging van de Engelse woorden ‘smart’ en ‘utility’. Geconcludeerd moet dan ook worden dat het woordmerk en het teken (globaal beoordeeld) dezelfde totaalindruk maken. Dit betekent dat bij het in aanmerking komende publiek, in dit geval derden die een (groot) project zonder woonbestemming willen laten bouwen, verwarring tussen beide ondernemingen kan ontstaan, althans dat de beide ondernemingen soortgelijke diensten verrichten. Indien het woordmerk en het teken in zodanige mate overeenstemmen als in het onderhavige geval, is verwarringsgevaar in beginsel gegeven. Aangenomen moet daarom worden dat aan alle vereisten voor merkinbreuk op grond van artikel 2.20 lid 1 sub b BVIE is voldaan en dat genoegzaam is gebleken dat Bincx door gebruik van het teken BINCX in strijd met het merkrecht van Binx Smartility handelt. De vordering tot staking van dit inbreukmakend handelen zal dan ook worden toegewezen.
4.11 Omdat beide ondernemingen (in overwegende mate) dezelfde soort diensten aanbieden, te weten kort gezegd de bouw van projecten zonder woonbestemming in de maatschappelijke, agrarische en industriële sector, is de aard van beide ondernemingen nauw verwant. Daarnaast is voldoende aannemelijk geworden dat beide partijen zijn gevestigd en in ieder geval actief zijn in hetzelfde geografische gebied, namelijk midden Nederland. Bovendien zijn beide ondernemingen door heel Nederland actief als gevolg van het gebruik van (een) website(s) op internet. Dat daarmee ook zonder meer verwarring is te duchten bij het relevante publiek, kan enkel op basis daarvan nog niet worden aangenomen. Het beoordelingskader daarvoor is niet hetzelfde als voor het merkrecht. Binx Smartility heeft in dat verband ter zitting echter voldoende aannemelijk gemaakt dat het publiek dat van de bouwkundige expertise en ervaring van partijen gebruik wenst te maken gemakkelijk de onderneming van Binx Smartility met die van Bincx kan verwarren. Partijen zijn beiden in Gelderland gevestigd en zij zijn ook beiden al eens in het vaktijdschrift Cobouw genoemd als zijnde opdrachtnemer van dezelfde soort bouwprojecten. Het ligt daarom voor de hand dat derden die een aannemer voor hun bouwproject zoeken Binx Smartility en Bincx met elkaar verwarren of aannemen dat zij ten minste op een bepaalde wijze aan elkaar zijn gelieerd. In dat verband speelt ook een rol dat het logo van Binx Smartility aanzienlijke gelijkenis vertoont met het logo van Bincx, in die zin dat de logo’s beiden donkerblauw van kleur zijn, (nagenoeg) hetzelfde lettertype hebben en eenzelfde soort accenten op individuele letters leggen. Daarbij komt dat het vanwege de auditieve overeenstemming van handelsnamen van partijen op dit moment voor derden niet mogelijk is om radioreclames voor de ene of de andere onderneming aan die specifieke onderneming te linken, zodat ook op basis daarvan gerede kans op verwarring tussen Binx Smartility en Bincx bestaat. Bincx heeft dit standpunt van Binx Smartility naar het oordeel van de voorzieningenrechter niet afdoende betwist. Daarom dient voorshands te worden aangenomen dat (ook) sprake is van verwarringsgevaar als bedoeld in artikel 5 Hnw, zodat aannemelijk is dat aan de eisen voor handelsnaaminbreuk is voldaan en de vordering strekkende tot staking van dat gebruik zal worden toegewezen.
4.12 Binx Smartility vordert verder veroordeling van Bincx tot overdracht van de domeinnaam www.bincx.nl aan haar. Bincx heeft zich tegen deze vordering verweerd door aan te voeren dat niet zij, maar haar moedermaatschapppij houder van deze domeinnaam is. Een vordering strekkende tot overdracht zou volgens Bincx daarom niet tegen haar, maar haar moeder moeten worden ingesteld. Binx Smartility heeft de juistheid van dit standpunt niet weersproken. Daarom moet worden aangenomen dat Bincx geen houder van de domeinnaam www.bincx.nl is en niet in staat is deze aan Binx Smartility over te dragen. De vordering strekkende daartoe zal dan ook worden afgewezen. Wel bestaat gelet op de aangenomen merk- en handelsnaaminbreuk aanleiding Bincx te verbieden de domeinnaam www.bincx.nl te gebruiken. Dit verbod zal als hierna te melden worden toegewezen.