20 dec 2023
Namaakparfums verkocht op Marktplaats
Rb. Den Haag 20 december 2023, IEF 21976; ECLI:NL:RBDHA:2023:20435 (Coty tegen gedaagden). Coty is een parfum- en cosmeticabedrijf en heeft van de houders van diverse merken (onder andere “BOSS” en “CHLOE”) exclusieve licenties verkregen voor het produceren en verhandelen van parfums met gebruikmaking van die merken. Coty constateerde met behulp van een onderzoeker dat namaakparfums werden verkocht op Marktplaats.nl onder het Uniemerk “BOSS” en “CHLOE”. Coty vordert in onderhavige zaak onder meer staking van de inbreuk. Gedaagden betwisten dat zij bij de bewuste verkopen betrokken zijn geweest, zij zouden zelf geen inbreuk hebben gepleegd. De rechtbank deelt deze mening niet. Uit onderzoeksrapport II volgt dat de betaling is verricht door het voldoen aan een betaalverzoek ten behoeve van een bankrekening op naam van gedaagde en de parfums zijn overhandigd in een auto. Het verweer dat onderzoeker het kenteken van de auto verkeerd kan hebben opgeschreven én dat gedaagde zijn auto op de bewuste dag had uitgeleend, wordt verworpen. De rechtbank volgt gedaagde evenmin in haar betoog dat het betaalverzoek kan zijn doorgestuurd door iemand anders en dat daarom niet zou zijn aangetoond dat zij bij de verkoop was betrokken. Gedaagden hebben de gemotiveerde stellingen van de merkhouder niet geloofwaardig en met een concrete onderbouwing bestreden. De vorderingen tot staking, opgave en vernietiging worden toegewezen. De dwangsomvordering wordt toegewezen.
4.4. Met betrekking tot de eerste testaankoop overweegt de rechtbank dat uit het betreffende onderzoeksrapport I (zie hiervoor onder 2.4 en 2.5) volgt dat de verkoper die op Marktplaats handelde onder de naam ‘ […] ’, via Whatsapp parfums voorzien van tekens gelijk aan het Uniemerk ‘CHLOE’ en parfums voorzien tekens gelijk aan het Uniemerk ‘BOSS’ heeft aangeboden. Die aanbieding heeft uiteindelijk geleid tot een daadwerkelijke levering aan de onderzoeker van een parfum met de naam ‘Hugo Bos – The scent’. Uit het onderzoeksrapport volgt verder dat [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] laatstgenoemd parfum aan de onderzoeker hebben afgeleverd. De betwisting (van de inhoud van onderzoeksrapport I) door [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] , waaronder het verweer dat de onderzoeker het kenteken van de auto verkeerd kan hebben opgeschreven én dat [gedaagde sub 2] zijn auto op de bewuste dag had uitgeleend, moet worden verworpen. Naar het oordeel van de rechtbank hebben [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] hun betoog, bij afwezigheid van een concrete onderbouwing daarvan, geenszins aannemelijk gemaakt in het licht van de met het onderzoeksrapport I onderbouwde stellingen van Coty en de bij onderzoeksrapport I gevoegde bijlagen. Die bijlagen bevatten onder meer schermafbeeldingen van tussen de verkoper en de onderzoeker gevoerde Whatsappgesprekken waaruit bijvoorbeeld blijkt dat het parfum, ter keuze van de koper, kon worden overhandigd in [plaats 2] , de woonplaats van [gedaagde sub 2] , of in [plaats 1] , de woonplaats van [gedaagde sub 1] .
4.16. De gevorderde dwangsommen zullen – als stimulans tot naleving van de hiervoor besproken en toe te wijzen vorderingen – worden toegewezen. De rechtbank zal de hoogte van de dwangsommen matigen en maximeren. De gevorderde hoofdelijkheid van de dwangsomveroordeling zal worden afgewezen. Coty heeft het verbod en de opgave ten opzichte van [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] ieder afzonderlijk gevorderd en zo zal het ook worden toegewezen. Er is geen grond waarop [gedaagde sub 1] respectievelijk [gedaagde sub 2] verantwoordelijk kunnen worden gehouden voor de niet-naleving van verplichtingen die in dit vonnis aan de ander zijn opgelegd.