Niet gehouden actief recherche te plegen
Vzr. Rechtbank Noord-Nederland 24 mei 2013, KG ZA 13-102 (Eiser tegen Fysiosupplies B.V.)
Uitspraak ingezonden door Diederik Donk, The Legal Group.
Handelsnaamrecht. Bij tussen partijen gewezen vonnis d.d. 19 maart 2013 heeft de voorzieningenrechter eiser veroordeeld tot het staken van de handelsnaam Fysiosupplies onder last van een dwangsom. Volgens de voorzieningenrechter heeft eiser inbreuk gepleegd op het handelsnaamrecht van FysioSupplies B.V.. Eiser vordert thans schorsing van executie van voormeld vonnis, tot het moment dat in eerste aanleg is beslist.
Volgens de voorzieningenrechter strekt het bestreden dictum niet zover dat eiser gehouden was en is om actief recherche te plegen naar oude vermeldingen op websites van derden die, naar eigen beweging, de inbreukmakende handelsnaam van eiser hebben opgenomen. Eiser heeft derhalve tijdig voldaan aan het bestreden vonnis, waardoor hij geen dwangsommen heeft verbeurd. De voorzieningenrechter wijst de gevorderde voorlopige voorzieningen toe en de onrechtmatige executie van het vonnis van 19 maart 2013 wordt geschorst totdat in een bodemprocedure over de zaak is beslist.
4.5. Het voorgaande in aanmerking genomen brengt een redelijke uitleg van de onder 2.1. aangehaalde veroordeling naar het oordeel van de voorzieningenrechter in dit kort geding mee dat Windhorst het actief gebruik van de handelsnaam 'FysioSupplies' acht dagen na betekening van het desbetreffende vonnis diende te staken en gestaakt te houden. De bewoordingen wijzen slechts op het zelf staken en gestaakt houden van dat gebruik. Anders dan FysioSupplies stelt, brengt een redelijke uitleg van die veroordeling niet mee dat Windhorst ook gehouden was op te treden tegen ieder gebruik van de handelsnaam 'FysioSupplies' door derden, bijvoorbeeld in de vorm van de vermelding op internet van die handelsnaam door derden die daartoe eigener beweging zijn overgegaan. Naar voorlopig oordeel strekt het dictum van het desbetreffende vonnis niet zover dat Windhorst gehouden was en is om actief recherche te plegen naar - zonder zijn toedoen tot stand gekomen - oude vermeldingen op websites van derden die de naam van Windhorst op basis van eigen onderzoek naar leveranciers in een bepaalde branche in hun site hebben opgenomen. In de overwegingen van het desbetreffende vonnis zijn ook geen aanknopingspunten te vinden die op het tegendeel wijzen.
4.7. Ten aanzien van het gebruik door Windhorst van een invallende tekst 'All4Fysiobraces en andere fysiosupplies kopen' overweegt de voorzieningenrechter het volgende. Windhorst is bij het meerbedoeld vonnis in het licht van het bepaalde in artikel 5 Hnw veroordeeld tot het staken en gestaakt houden van de handelsnaam 'FysioSupplies'. In dit verband kan het gebruik van fysiosupplies als beschrijvende term (bijvoorbeeld in de aangehaalde zin 'braces en andere fysiosupplies') voor de producten die Windhorst verkoopt, hem niet worden tegengeworpen. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter valt dat gebruik niet onder de veroordeling in het vonnis. Immers, dat gebruik is niet aan te merken als gebruik als handelsnaam, zodat dat reeds daarom niet valt onder de bescherming die artikel 5 Hnw biedt. Weliswaar vermeldt het dictum van het vonnis 'ieder gebruik', doch dat moet vanzelfsprekend worden bezien in het licht van de bescherming die artikel 5 Hnw biedt.
4.8. Gelet op het voorgaande en nu enig ander actief gebruik van de vermelding 'FysioSupplies' na de in het vonnis genoemde termijn niet is gebleken, wordt voorshands aangenomen dat Windhorst tijdig heeft voldaan aan het vonnis d.d. 19 maart 2013 van de voorzieningenrechter van de rechtbank Oost-Nederland, zittingsplaats Arnhem (nr. C/05/238883/KG ZA 13-40) en dat Windhorst - naar voorlopig oordeel - geen dwangsommen heeft verbeurd.
Er bestaat dan ook alle aanleiding om de tenuitvoerlegging te schorsen totdat in de bodemprocedure zal zijn beslist.
De vordering wordt dan ook toegewezen.