Gepubliceerd op donderdag 21 juli 2016
IEF 16131
Rechtbank Den Haag ||
20 jul 2016
Rechtbank Den Haag 20 jul 2016, IEF 16131; ECLI:NL:RBDHA:2016:8161 (Flooring tegen Innovations4Flooring), https://delex.nl/artikelen/octrooi-op-triplelock-laminaat-niet-nietig

Octrooi op Triplelock laminaat niet nietig

Rechtbank Den Haag 20 juli 2016, IEF 16131; ECLI:NL:RBDHA:2016:8161 (Flooring tegen Innovations4Flooring)
Octrooirecht. I4F heeft het TripleLock-systeem voor het koppelen van vloerpanelen ontwikkeld en is houdster van EP2440724. Flooring vordert vernieting van het Nederlandse deel van het octrooi, het zou nietig zijn vanwege toegevoegde materie, niet nieuw of inventief zijn. De raaklijn aan de kromming van de bovenzijde en tong verloopt weliswaar omlaag, maar een hellend omlaag verlopende bovenzijde van de opwaartse tong is daarin niet aan te wijzen zoals in het nieuwe octrooi. Flooring maakt niet duidelijk waarom de verschilmaatregelen tussen de octrooien triviaal zouden zijn en dat de vakman die routinematig zou implementeren. De gevorderde nietigheid wordt afgewezen.

4.4. Flooring Industries bestrijdt niet dat de aanvrage basis biedt voor de vervanging van een eerste vergrendelelement (a first locking element) en een tweede vergrendelelement (a second locking element) door respectievelijk een uitstulping (bulge) en een uitsparing (recess). Het bezwaar van Flooring Industries gaat uit van de stelling dat de gemiddelde vakman (verder: de vakman) in de aanvrage nergens een uitstulping zal aantreffen die in hoofdzaak star is verbonden (namelijk met de opwaartse tong) maar juist wél en uitsluitend een uitsparing die in hoofdzaak star is verbonden (namelijk met de neergaande flank).

4.5. Dit standpunt wordt verworpen. (...)

4.9. Het voorgaande geldt eveneens voor de ronde bovenzijde 31 in figuur 2 van DE 099 en voor de tong die is afgebeeld in figuur 2 van DE 540. De raaklijn aan de kromming van genoemde bovenzijde en tong verloopt weliswaar omlaag, maar een hellend omlaag verlopende bovenzijde van de opwaartse tong is daarin niet aan te wijzen. Deelkenmerk I.A.1.iii.a en I.B.3.ii.a ontbreken ook in deze documenten.

Nieuwheid ten opzichte van EP 194 en WO 670
4.11. Deelkenmerk I.A.1.iii.a onderscheidt twee vlakken, hiervoor genoemd vlak A en vlak B. Blijkens de hiervoor onder 3.2.12 weergegeven tekeningen merkt Flooring Industries het vlak 220 van figuur 3 van EP 194 (zie ook figuur 3 als opgenomen in 2.9.6 met beter leesbare getallen) aan als deel van vlak B, dat volgens deelkenmerk I.A.1.ii.a is voorzien van een uitstulping, en eveneens als vlak A. Derhalve is geen te onderscheiden vlak A aan te wijzen dan wel – indien vlak 220 moet worden aangemerkt als vlak A – ontbreekt een vlak B volgens deelkenmerk I.A.1.ii.a. EP 194 openbaart derhalve in ieder geval niet deelkenmerk I.A.1.ii.a dan wel deelkenmerk I.A.1.iii.a.

4.12. Het voorgaande geldt evenzeer voor WO 670. Bovendien ontbreekt een complementair deel in de bovenzijde van de neerwaartse groef volgens deelkenmerk I.B.3.ii.a.

4.13. Gezien het voorgaande moet de materie van conclusie 1 van het octrooi nieuw worden geacht.