9 dec 2020
Octrooi voor presentatiesysteem ClickShare niet nieuw en inventief
Rechtbank Den Haag 9 december 2020, IEF 19656, IEFbe 3159; ECLI:NL:RBDHA:2020:12547 (Barco NV tegen Delta Electronics) Octrooirecht. Barco is een onderneming die onder meer presentatiehulpmiddelen op de markt brengt. Barco is daarbij houdster van Europees octrooi EP 668, voor een “Electronic tool and methods for meetings”. In het presentatiesysteem ‘ClickShare’ brengt Barco onderdelen op de markt waarin EP 668 wordt toegepast. Delta NL houdt zich bezig met de ontwikkeling en handel in elektrische systemen en apparaten. Sinds augustus 2017 brengt zij onderdelen van een presentatiesysteem, onder de naam ‘NovoConnect’, op de Europese markt. Net als bij 'Clickshare' maakt het systeem het mogelijk voor deelnemers aan een vergadering om beeldmateriaal op hun computer te delen met andere deelnemers, via een centraal presentatiescherm. Daarnaast heeft Barco het uiterlijk van haar ClickShare Button als Gemeenschapsmodel geregistreerd. Barco vordert een verbod op inbreuk op EP 668 en een verbod op inbreuk op het model. Delta voert verweer en vordert nietigverklaring van het octrooi en doet een beroep op het vormgevingserfgoed. De conclusies van EP 668 zouden in het licht van oudere modellen niet nieuw, althans niet inventief zijn. Geoordeeld wordt dat het oudere systeem de kenmerken van de conclusie 1 van EP 668 al heeft geopenbaard. Het in conclusie 2 geclaimde kenmerk wordt ook afgewezen, omdat het kenmerk niet als uitvinding kan worden aangemerkt. Daarnaast wordt geoordeeld dat het model een andere algemene indruk wekt ten opzichte van het vormgevingserfgoed. Barco wordt als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten veroordeeld, waarvan de hoogte in redelijkheid wordt gematigd tot een bedrag van 160.000,-.
4.10. Anders dan Barco en met Delta is de rechtbank van oordeel dat Katsura het in conclusie 1 van EP 668 geclaimde vergadersysteem anticipeert. In Katsura wordt een beeldprojectiesysteem beschreven, dat een elektronisch vergaderhulpmiddel is voor het draadloos communiceren van arbitraire media-inhoud tijdens een vergadering. In dat
systeem kunnen met een aan een computer (zoals een laptop) van een deelnemer aan de vergadering gekoppelde ‘wireless device 1’ beeldgegevens van die computer worden gestuurd naar een ‘inzage projection device 3’ waarop het verzonden beeld kan worden weergegeven. Daartoe dient de wireless device eerst te worden aangesloten op de ‘remote operation device’. De remote operation device zorgt ervoor dat in de wireless device dezelfde wireless setup information wordt opgeslagen als in de image projection device. De rechtbank is met Delta van oordeel dat Katsura direct en ondubbelzinnig alle kenmerken, en dus ook de in geschil zijnde kenmerken ‘from users’, ‘communications network’, ‘to screen scrape’ en ‘input device’ van conclusie 1 van het octrooi openbaart.4.3 2. De rechtbank volgt Delta in haar standpunt dat het zerofootprint-kenmerk, geformuleerd als een functioneel kenmerk, geen inventiviteit aan conclusie 2 kan verlenen. Volgens de hiervoor genoemde paragrafen van het octrooi kan het effect van de zero footprint namelijk worden bereikt door gebruik te maken van een portable application, in paragraaf [0054] gedefinieerd als een softwareprogramma dat is ontworpen om te worden gedraaid op de computer zonder installatie en dat is opgeslagen op een te verwijderen opslagapparaat zoals een CD, USB-stick, geheugenkaart of floppy, waarbij de programmabestanden, configuratie-informatie en data enkel op het opslagapparaat staan. Nu al volgens de in het licht van Katsura als niet-nieuw beoordeelde conclusie 1 het sereen scrape-programma is opgeslagen op een te verwijderen opslagapparaat, namelijk de peripheral device, is hooguit het verschil tussen Katsura en conclusie 2 dat het sereen
scrape-programma is ontworpen om een zerofootprint achter te laten. Een aanpassing in het ontwerp van een computerprogramma is echter uitgesloten van octrooieerbaarheid op grond van artikel 52 lid 2 aanhef en onder c EOV5. Nu het zerofootprint kenmerk als zodanig niet kan worden aangemerkt als uitvinding, kan ook geen sprake zijn van uitvinderswerkzaamheid.
4.55. Als dan de afbeeldingen van de LauncherPlus (zie 2.12) worden vergeleken met het Model, vallen allerlei wezenlijke verschillen, niet alleen in de vormgeving van de bovenzijde van de behuizing, maar ook in de behuizing van de zijkant bezien, op. Zo beschikt de LauncherPlus niet over een geheel donkerkleurige (zwarte) behuizing, maar is het zwarte vierkante vlak op de bovenzijde omlijst door een roestvrjstaalkleurig rand, die tevens de hele zijkant van de dongle bestrijkt. Als de LauncherPlus wordt bekeken vanaf de zijkant, is geen sprake van bollende lijnen en kleurcontrast, waardoor de zijkant van de behuizing lijkt te bestaan uit meerdere delen. De LauncherPlus beschikt verder niet over een roestvrijstaalkleurige, naar boven bollende, knop in het midden op de bovenkant van de dongle, maar over een zwarte, ronde knop die op gelijke hoogte is met de rest van het bovenvlak van de dongle en daar, ook in kleur, alleen van wordt onderscheiden door een witte ring, die (zie de afbeelding op de doos) kennelijk blauw kleurt bij gebruik. De LauncherPlus wijkt verder af van het Model in het gebruik van de vier genummerde cirkeltjes op de vier (hoek)punten om de witte ring heen. Dit brengt mee dat een groot deel van de kenmerken, waaronder ook de meest in het oog springende, niet, of op geheel andere wijze zijn terug te vinden in de LauncherPlus, zodat de LauncherPlus een andere algemene indruk wekt dan het Model en daarop geen inbreuk maakt. Dat een deel van de kleuren (zwart en roestvrjstaal) ook in de LauncherPlus terug komen, maakt dit niet anders.