Raad voor intellectueel eigendom?
Persbericht van de tegenstanders van octrooiering van in computers geïmplementeerde uitvindingen + reactie van Van Gennip: "Kamer verkeerd ingelicht over onderhandelingen softwarepatenten. Tijdens het kamerdebat van afgelopen 2 juni over softwareoctrooien heeft staatssecretaris Van Gennip de Tweede Kamer verkeerd ingelicht. In antwoord op rechtstreekse vragen van de heer Vendrik (GroenLinks) meldde de staatssecretaris dat de inzet van haar mensen in Brussel is "zich dus te onthouden van een Nederlands standpunt" totdat zij het met de kamer eens is over wat dat standpunt is. In een kamerbrief van 6 juni wordt nogmaals bevestigd dat "Nederland geen inhoudelijk standpunt over de conceptamendementen zal innemen voordat de inzet van het kabinet is afgestemd met uw Kamer."
Uit gedetailleerde verslagen van een vergadering op 27 mei jongstleden van de "werkgroep van de Raad voor intellectueel eigendom" blijkt dit echter niet te kloppen. Nederlandse ambtenaren nemen actief deel aan de gesprekken en nemen daarbij sterke standpunten in, terwijl de kamer uitdrukkelijk nog alle ruimte zou krijgen om een standpunt in te nemen al dan niet op basis van het rapport van de adviescommissie Giskes. Dit rapport werd afgelopen donderdag door de staatssecretaris gepresenteerd.
In het rapport wordt gepleit voor intrekking van de softwarepatenten richtlijn. "Naar verwachting zal geen enkele Richtlijntekst recht kunnen doen aan de door Nederland in de stemverklaring opgenomen uitgangspunten." Ook wordt vastgesteld dat "wel degelijk sprake kan zijn van octrooien op computerprogramma's" en dat er geen onderscheid te maken is tussen verschillende soorten software. Met andere woorden: de veel gehoorde verhullende term "in computers geïmplementeerde uitvinding" is tóch gewoon hetzelfde als "softwarepatent".
Verder wordt in het rapport een ware waslijst aan problemen vastgesteld.
Volgens de adviescommissie is het een feit dat het principe waarlangs het octrooi systeem moet werken geweld aangedaan wordt omdat beschrijvingen van octrooien niet deugen, is het een feit dat er octrooien verleend worden op zaken die niet eens nieuw zijn, is het een feit dat softwarepatenten misbruikt worden en aldus een innovatieremmend effect hebben en is het een feit dat er tóch octrooien verleend worden op methoden van zakendoen.
Secretaris Ante Wessels van van Vrijschrift.org/FFII heeft de nodige kritiek op de inhoud van het rapport:
"De Adviescommissie stelt dat software technisch is en meent dat software om deze reden patenteerbaar moet zijn. Er kan met evenveel recht gesteld worden dat software niet technisch is, dit is een woordenspel.
Belangrijker is dat hiermee het uitgangspunt dat pure software niet patenteerbaar dient te zijn, verlaten wordt. De Adviescommissie steekt de Rubicon over. De politieke vraag is of we dit willen. De vraag is ook of het verstandig is: nooit is aangetoond dat octrooien op software de innovatie bevorderen, terwijl hier reeds verschillende onderzoeken naar gedaan zijn. Het EU onderzoek moet nog beginnen.
En er is een waslijst aan problemen geconstateerd. Er wordt flankerend beleid voorgesteld, met betrekking tot onder andere interoperabiliteit en kwaliteit. Er is geen enkele zekerheid of en wanneer dit flankerende beleid gestalte zal krijgen. Zullen de problemen ooit opgelost worden, of zullen ze onoplosbaar blijken?
Hoeveel jaren zullen de deuren wagenwijd open staan?
Het is te vroeg om de Rubicon over te steken."
Naar de mening van Vrijschrift is het noodzakelijk dat de richtlijn door het Europees Parlement sterk geamendeerd wordt, om te voorkomen dat de Raadsversie binnen enkele maanden van kracht wordt. Ook geeft Vrijschrift de voorkeur aan een richtlijn die de huidige uit de hand gelopen verleningspraktijk sterk indamt boven het niet tot stand komen van een richtlijn. Vrijschrift steunt de amendementen van FFII die de lijn zoals die door het parlement in 2003 is ingezet voortzet.
Verder worden vraagtekens gezet bij de bewering van de staatssecretaris dat alle spelers in de adviescommissie vertegenwoordigd zijn. In een brief aan de staatssecretaris schrijft Vrijschrift dat deze bewering nuancering behoeft:
"Juist het MKB, een belangrijke bron van innovaties en schepper van zo'n 80% van de nieuwe werkgelegenheid in Europa moest vertegenwoordiging in de Adviescommissie ontberen. De Adviescommissie omvatte naast de Voorzitter een Philips-werknemer, een voormalig directeur van een volle Philips-dochteronderneming en een promovendus.",
Bij het tot stand komen van het politiek akkoord op 18 mei 2004 schreef Minister Brinkhorst de kamer dat er "overeenstemming" was tussen Europees Parlement en Ministerraad, terwijl daarvan geen sprake was. De kamer heeft destijds op basis van onjuiste informatie de minister een mandaat gegeven. Enkele dagen daarna meldde de Minister de kamer dat zijn reeds afgegeven stem "om staatsrechtelijke redenen" niet herroepen kon worden, terwijl dat wel degelijk mogelijk is.
Over Vrijschrift -- www.vrijschrift.nl
Stichting Vrijschrift heeft als doel het bevorderen en het beschermen van intellectuele goederen die vrij te verspreiden en aan te passen zijn. Vrijschrift probeert bewustwoording te realiseren van de betekenis van het publieke domein voor de samenleving. Bescherming van het publieke domein is van groot economisch en maatschappelijk belang en vormt een belangrijke activiteit. Internationaal wordt samengewerkt met de Foundation for a Free Information Infrastructure, de Free Software Foundation, Project Gutenberg en vele andere organisaties.
Over FFII -- www.ffii.org
De Stichting voor een Vrije Informatie-infrastructuur (Foundation for a Free Information Infrastructure) is een non-profit organisatie die gevestigd is in München en zich bezig houdt met bewustmaking rond gegevensverwerking. FFII ondersteunt de ontwikkeling van openbare informatiegoederen gebaseerd op auteursrecht, vrije concurrentie en open standaarden. Meer dan 400 leden, 1000 bedrijven en 60.000 sympathisanten hebben FFII de toestemming gegeven hen te vertegenwoordigen in het publieke debat over exclusieve rechten (intellectuele eigendom) op het gebied van software."