Voor zover daarin chipsets zijn geïntegreerd
Rechtbank 's-Gravenhage 20 juni 2012, HA ZA 11-2213 (Samsung tegen Apple) EP 269 LJN BW8964
Uitspraak mede ingezonden door Rutger Kleemans, Freshfields.
In't kort. Octrooirecht. Inbreuk op EP 269? Vervolg op tussenvonnis van 14 maart 2012 (IEF 11039). Octrooizaak. Gedeeltelijke instandhouding (conclusie 1 van) EP 1 188 269, waarop inbreuk door Apple (dwz Apple Sales International) wordt aangenomen. Geen uitputting ter zake baseband chips geleverd door Intel/Infineon (gebruikt in de iPhone 3GS en 4 alsmede de iPad 1 en 2 met 3G functionaliteit). Verwijzing schadestaat en opgaaf. Overige vorderingen Samsung afgewezen. Voorwaardelijke reconventie wordt gedeeltelijk toegewezen. Zie ook LJN BV8871.
Hierna zal blijken dat het in reconventie gevoerde betoog dat conclusie 1 van EP 269 nietig is wegens toegevoegde materie slaagt. Conclusie 1 zal evenwel in stand worden gehouden volgens het door Samsung gedane subsidiaire hulpverzoek (vgl. r.o. 3.4.3.). Bij de beoordeling van de inbreuk zal ook van deze gewijzigde conclusie worden uitgegaan. (r.o. 3.3.1).
3.5.1. Uit het vorenstaande volgt dat EP 269 deels geldig is, zodat de gevorderde vernietiging van het Nederlandse deel van EP 269 deels wordt afgewezen en deels wordt toegewezen. Tegelijkertijd is komen vast te staan dat de door Apple verhandelde producten voor zover daarin chipsets van Infineon of Intel zijn geïntegreerd, onder de beschermingsomvang van het octrooi vallen.
geen twee generatoren?
3.3.3. Apple heeft allereerst aangevoerd dat de Intel-chips niet twee separate generatoren omvatten, hetgeen conclusie 1 van EP 269 volgens haar wel vereist. Dit betoog wordt niet gevolgd. Op zich is juist, zoals ook de Duitse rechter aannam (vgl. r.o. 2.10.), dat de letterlijke tekst van conclusie 1 van EP 269 twee generatoren openbaart waarvan de een basis (bi)orthogonale sequenties verschaft en de ander basis masker sequenties. De conclusie sluit naar het oordeel van de rechtbank evenwel niet uit dat deze generatoren in één onderdeel van de coderingsinrichting zijn geïmplementeerd. Het aanwezig zijn van twee separate elementen is, anders gezegd, niet noodzakelijk.3.3.11. De rechtbank deelt het bezwaar van Apple niet dat door deze interpretatie in feite de onacceptabele situatie zou ontstaan dat het resultaat onder bescherming wordt gesteld. Naar het oordeel van deze rechtbank is nu eenmaal de geoctrooieerde codeerinrichting omschreven aan de hand van technische kenmerken/onderdelen die zijn gedefinieerd door hun functie. Het is de octrooihouder als gezegd om het even hoe die kenmerken/onderdelen er technisch of mechanisch uitzien, zolang ze maar de voor de codering gewenste functie uitoefenen. Er is geen octrooirechtelijke regel die zich tegen een aldus gedefinieerde conclusie, mits octrooieerbaar (waarover hierna), verzet.
3.3.13. De chipsets van Intel en Infineon lezen op de kenmerken van conclusie 1 van EP 269 zodat, voor zover in de tablets en smartphones van Apple van deze chipsets gebruik wordt maakt, de verhandeling van bedoelde producten onder de beschermingsomvang valt van het uitsluitend recht van Samsung.
Lees het vonnis hier (grosse HA ZA 11-2213, LJN BW8964).