Werking in de gehele Unie
HvJ EU, 7 oktober 2010, conclusie A-G Cruz Villalón in de zaak C-235/09, DHL Express France SAS tegen Chronopost (prejudiciële vragen Cour de Cassation (Frankrijk)
Gemeenschapsmerk: Persbericht HvJ: Volgens advocaat-generaal Cruz Villalón heeft de beslissing van een bevoegde nationale rechter die een inbreukmaker verder gebruik van een ingeschreven gemeenschapsmerk verbiedt, werking in de gehele Unie. De nationale rechters van de andere lidstaten moeten de dwangmiddelen die dit verbod garanderen, erkennen en uitvoeren overeenkomstig hun nationaal recht.
In zijn vandaag genomen conclusie is advocaat-generaal Cruz Villalón in de eerste plaats van mening dat een verbod dat is opgelegd door een nationale rechter die optreedt als communautair merkenrechter, in beginsel werking heeft op het gehele grondgebied van de Unie.
Dienaangaande herinnert de advocaat-generaal eraan dat de verordening de bevoegde nationale rechter de mogelijkheid geeft vast te stellen dat in een of meer lidstaten inbreuk op het merk wordt gemaakt, zodat de houder de staking van de inbreuk in verschillende lidstaten voor één enkele rechtbank kan eisen. De inbreukvaststelling betreft een door de Unie verleend merk waarvan de rechterlijke bescherming aan bepaalde nationale rechters van de Unie is opgedragen, en heeft dus in de regel werking over het gehele grondgebied van de Unie.
Wanneer de inbreuk of het antwoord op de inbreuk is beperkt tot een specifiek geografisch of taalgebied, wordt de rechterlijke beslissing evenwel territoriaal beperkt. Aangezien het verbod het natuurlijke gevolg van de inbreukvaststelling is, komt de territoriale werkingssfeer van het verbod in de regel overeen met het gebied waarop de inbreuk is gepleegd.
In de tweede plaats hebben dwangmaatregelen volgens de advocaat-generaal werking op het grondgebied waar de inbreuk is vastgesteld en het verbod is gegeven.
Lees het volledige persbericht hier en de conclusie hier (Nederlandse versie nog niet beschikbaar)