Geknipt, maar niet helemaal geschoren
Rechtbank Zutphen, 10 juli 2007, KG ZA 07-140. Waxx Kappers tegen Maxx Kappers (met dank aan Alma Theunissen, JPR Advocaten).
Apeldoornse merk- en handelsnaamzaak met Zutphense variant op de proceskostenveroordeling.
Eiser exploiteert sinds 1992 een kapsalon onder de handelsnamen Waxx en Waxx Kappers en heeft in 1999 het Benelux woordmerk Waxx geregistreerd. Gedaagde exploiteert sinds begin 2006 een kapsalon met de naam Maxx Kappers.
De voorzieningenrechter oordeelt, met betrekking tot de merkenrechtelijke vordering, dat de aanduidingen visueel en auditief overeenstemmen, dat de grote bekendheid bij het publiek van het merk Waxx niet is betwist, dat partijen binnen een straal van 1,5 kilometer dezelfde diensten aanbieden en dat bovendien “het merk Waxx opvallend is en niet veel voorkomt, zodat deze een groot onderscheidend vermogen heeft.” Dat gedaagde het merk Waxx niet zou kennen is niet relevant.
Met betrekking tot de handelsnamen oordeelt de rechter dat ook hier “bij het publiek verwarring tussen die ondernemingen te duchten is.”
De vorderingen worden toegewezen, hoewel de gedaagde niet veroordeeld wordt tot betaling van de werkelijk gemaakte proceskosten. Aangezien niet gesteld of gebleken is dat gedaagde te kwader trouw handelde en bovendien een kleine onderneming is, worden de werkelijke proceskosten op grond van de billijkheid gematigd tot “de proceskosten zoals in handelszaken gebruikelijk”, dat wil zeggen de forfaitaire proceskosten.
Lees het vonnis hier.