Prioriteitsoctrooi heeft haar rechtsgevolg verloren ex artikel 77 ROW
Hof Den Haag 14 oktober 2014, IEF 14282 (Machinefabriek Duyvis tegen Teckru)
Uitspraak ingezonden door Otto Swens, Vondst. Octrooirecht. . Interessante overwegingen over openbare toegankelijkheid en nieuwheid, met name over de vraag of de voorgestelde gewijzigde conclusies een relevante beperking inhouden ten opzichte van de conclusies zoals verleend. Duyvis is octrooirechthebbende van EP 1 042 961 B1 voor een 'pers voor het scheiden van cacaomassa in cacaokoek en cacaoboter' dat de prioriteit claimt ten opzichte van NL 739. Bij de rechtbank is het NL deel van EP 961 in zijn geheel vernietigd [IEF 9290, eerder IEF 7454, IEF 2975, IEF 2800], maar het onderliggende Nederlandse prioriteitsoctrooi NL 739 in stand gelaten. Het hof bekrachtigt het vonnis in eerste instantie voor zover het betreft de vernietiging van het NL deel van EP 961. Het Hof vernietigt echter het vonnis voor wat betreft de instandhouding van NL 739. Het Hof verklaart voor recht dat NL 739 overeenkomstig artikel 77 ROW met het verstrijken van de oppositietermijn tegen EP 961 haar rechtsgevolg heeft verloren.
10.2. Het is duidelijk dat NL 739, hoe deze thans ook precies luidt, betrekking heeft op de uitvinding waarvoor EP 961 is verleend, terwijl deze de dag van indiening van NL 739 de voorrangsdatum van EP 961 is. Bij deze stand van zaken heeft ingevolge artikel 77 lid 1 Row NL 739 niet meer de in de artikelen 53, 53a, 71 en 73 Row bedoelde rechtsgevolgen vanaf de dag waarop de voor het instellen van oppositie tegen EP 961 vastgestelde termijn is verstreken zonder dat oppositie is ingesteld. Derhalve kan voor recht worden verklaard als door Teckru in hoger beroep een als van de alternatieven is gevorderd. Aan het andere alternatief - de vernietiging - komt het hof nu niet meer toe. Grief 2 van Teckru treft dus doel.