Diversen  

IEF 9011

Moet een bakker zijn eigendomsnaam afplakken?

Kamerstukken Tweede Kamer. Niet-dossierstuk nr.  2010D29881. Verslag van een schriftelijk overleg vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de brief van 21 juni 2010 inzake FIFA en WK Bid 2018/2022: handhaving commerciële rechten.

Vragen en opmerkingen van de SP-fractie: Is het waar dat in agreement 6 wordt geregeld dat adverteren in een straal van 2 kilometer rond een zone van het WK niet meer mag, ook al vindt daar een totaal ander evenement plaats? Hoe ziet de regering dit voor zich? Hoe garandeert de regering dat voor «ambush marketing» geen nieuwe wetgeving zal worden gemaakt, gezien het feit dat in hetzelfde agreement vast staat dat als het nodig is, dit moet worden geregeld bij wet? Is het waar dat de Nederlandse staat zich onderwerpt aan de commerciële belangen van de sponsors boven bijvoorbeeld belangen van het lokale midden- en kleinbedrijf? Moet een bakker zijn eigendomsnaam afplakken als in een straal van 2 kilometer een evenement plaatsvindt? Is promotie voor bijvoorbeeld een buurtbijeenkomst of een andere bijeenkomst die niets te maken heeft met het WK onmogelijk door de eisen in agreement 6? Zo ja, deelt de regering de mening, gezien de opsomming van «events» in de definitie van de agreements onder a tot en met g, dat de soevereiniteit van ons land in de uitverkoop gaat tijdens het evenement? Welk recht heeft een sportorganisatie om een land te dwingen gelegenheidswetgeving te maken?

Vragen en opmerkingen van de PVV-fractie: Deze leden zijn van mening dat om «Zuid-Afrikaanse taferelen» rondom de handhaving van «ambush marketing» te voorkomen zoals dat de «Bavaria girls» is overkomen, er een duidelijke definitie moet komen van het begrip «ambush marketing». Daarvoor bestaat namelijk geen aparte wetgeving en zal worden gedekt door een combinatie van andere bestaande wetgeving op het gebied van onder meer octrooirecht, mededingingsrecht, kopie- en handelsmerk recht. Waar liggen straks de grenzen en hoe wordt ingrijpen? Hoe zou er in Nederland gereageerd zijn op de ludieke en naar onze mening niet de grenzen van «ambush marketing» overschrijdende actie van de «Bavaria girls»? Zouden deze vrouwelijke toeschouwers ook dagen lang vast hebben gezeten in een Nederlandse politiecel met de dreiging van jarenlange gevangenisstraf boven hun hoofd?

Lees het gehele verslag hier.

IEF 9001

Strijd tegen namaak

Strijd tegen namaak: Commissie publiceert jaarrapport over handhaving van intellectuele-eigendomsrechten door EU-douane

In 2009 heeft de EU-douane aan de buitengrenzen van de Unie bij 43 500 controles enkele miljoenen goederen in beslag genomen waarvan zij vermoedde dat ze waren nagemaakt of door piraterij waren verkregen. Deze cijfers heeft de Commissie bekendgemaakt in haar vandaag verschenen jaarrapport over de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten (IER) door de EU-douane. Sigaretten, kleding en merkartikelen vormen het leeuwendeel van de goederen die wegens een vermoedelijke IER-inbreuk door de douane worden tegengehouden. Goederen voor dagelijks gebruik die een risico voor de volksgezondheid inhouden, zoals shampoos, tandpasta, speelgoed, geneesmiddelen of huishoudapparaten, zijn echter ook goed vertegenwoordigd. Het rapport bevat statistisch cijfermateriaal over het soort, de herkomst en de vervoerswijze van IER-inbreukmakende goederen die aan de buitengrenzen zijn tegengehouden.

Lees hier meer.

IEF 8999

Op vaak ontroerende of schokkende wijze

Vzr. Rechtbank Breda. 14 juli 2010, LJN: BN1238, Verzoekers tegen B&W Bergen op Zoom

Bestuursrechtelijke uitspraak waarin de voorzieningenrechter zicht waagt aan een uitleg van het begrip “kunst(object)”: “Het begrip “kunstobject” is niet nader gedefinieerd in dit bestemmingsplan. Verzoekers hebben aangegeven dat onder dit begrip in het normale spraakgebruik wordt verstaan een standbeeld of sculptuur op een sokkel. Een massale overkapping van de straat - wat de kunstboom in feite is - valt volgens verzoekers niet onder het begrip “kunstobject”.

De voorzieningenrechter stelt vast dat onder “kunst” in het Van Dalen Groot woordenboek der Nederlandse taal wordt verstaan “het creatief en origineel tot uiting of voorstelling brengen van gedachten of gevoelens op vaak ontroerende of schokkende wijze”. De kunstboom valt naar het oordeel van de voorzieningenrechter aan te merken als een object van creatieve en originele uiting of voorstelling van gedachten of gevoelens. Daarbij wordt verwezen naar de omstandigheid dat de kunstboom een ontwerp betreft van het kunstenaarscollectief [naam kunstenaarscollectief]. Er is geen aanleiding het begrip “kunstobject” zodanig beperkt uit te leggen dat de onderhavige “kunstboom” daar niet onder zou vallen. Evenmin volgt de voorzieningenrechter verzoekers standpunt dat het begrip “kunstobject” dient te worden uitgelegd als “kunstwerk” in die zin dat daarmee bruggen, tunnels en sluizen worden bedoeld. Voor deze uitleg zijn in het bestemmingsplan geen aanknopingspunten te vinden. Anders dan verzoekers betogen, wordt de kunstboom dan ook aangemerkt als kunstobject in de zin van het bestemmingsplan. De plaatsing van de kunstboom is derhalve niet strijdig met de bestemming “Verkeer”.”

Lees de uitspraak hier

IEF 8988

Hier wringt de schoen volgens de voorzieningenrechter

Vzr. Rechtbank 's-Gravenhage, 19 juli 2010, KG ZA 10-537, Stichting BREIN tegen Ziggo B.V.

Auteursrecht. Persommunique rechtbank: "De voorzieningenrechter van de rechtbank ’s-Gravenhage heeft vandaag de stichting BREIN in het ongelijk gesteld in het kort geding tegen internetprovider Ziggo over de toegang van de abonnees van Ziggo tot de internetsite The Pirate Bay.

De stichting BREIN (Bescherming Rechten Entertainment Industrie Nederland) richt zich op het juridisch handhaven van de intellectuele eigendomsrechten op het gebied van muziek- en filmwerken en computergames op de Nederlandse markt en behartigt de belangen van rechthebbenden die bij haar zijn aangesloten.

BREIN had gevorderd dat Ziggo de toegang van haar abonnees tot The Pirate Bay moet blokkeren. BREIN baseerde zich daarbij primair op de stelling dat Ziggo een tussenpersoon is wier diensten door derden - de abonnees van Ziggo, niet (de beheerders van)The Pirate Bay- worden gebruikt om inbreuk te maken op de auteurs- en naburige rechten van rechthebbenden.

De vraag of een tussenpersoon zelfstandig, en niet in één procedure samen met de gestelde inbreukmaker, kan worden aangesproken voor diensten die door een derde worden gebruikt om inbreuk te maken op een intellectueel eigendomsrecht, dient volgens de voorzieningenrechter bevestigend te worden beantwoord. In beginsel kan dit.

Een noodzakelijk vereiste voor toewijzing van een stakingsbevel aan de tussenpersoon is echter dat vast is komen te staan dat van inbreuk door de derde sprake is. Hier wringt in dit kort geding de schoen volgens de voorzieningenrechter.

De vordering van Brein heeft betrekking op een stakingsbevel voor alle abonnees van Ziggo. Zo’n verstrekkende vordering is op grond van de artikelen 26d Aw (Auteurswet) en 15e Wnr (Wet op de naburige rechten) niet toewijsbaar. Een stakingsbevel gebaseerd op deze artikelen kan slechts betrekking hebben op die 'derden' die de diensten van de tussenpersoon gebruiken om inbreuk te maken. Van het overgrote deel van de bij Ziggo aangesloten abonnees is dat niet komen vast te staan"

Lees hier meer, DomJur 2011-765

IEF 8987

Rechtbank bevestigt vonnis

"Rechtbank bevestigt vonnis The Pirate Bay. De omstreden Zweedse downloadsite The Pirate Bay moet al zijn activiteiten in Nederland staken. Als de beheerders van de illegale website dit weigeren, verbeuren ze dwangsommen van 50.000 euro per dag. Dit heeft de rechtbank in Amsterdam in een bodemprocedure bepaald."

Lees hier meer (Telegraaf).

IEF 8985

De radio's

Rechtbank ’s-Gravenhage, 14 juli 2010,  KG ZA 10-283. Tangent A/S tegen Cool Summer

Merkenrecht. Parallelimport. Radio’s. Eiser Tangent stelt dat gedaagde inbreuk heeft gemaakt op haar merkrechten. Vorderingen gedeeltelijk toegewezen. Uitputting niet aannemelijk gemaakt. Geen belang meer na ex parte beschikkingen (zie: vzr. Rb ’s-Gravenhage, Ex parte beschikkingen van 18 februari, 24 februari en  12 maart 2010, IEF 8702). Wel voldoende spoedeisend belang bij vordering tot opgave van afnemers, aantallen, nummers en afleveradressen. Recall. Rectificatie.

4.3. Het is aan Cool Summer de gestelde toestemming aannemelijk te maken. Bij gebrek aan een deugdelijke onderbouwing van de stelling van Cool Summer en gezien de betwisting daarvan door Tangent, gaat de voorzieningenrechter er voorshands vanuit dat Tangent geen toestemming heeft gegeven voor het in de EER op de markt brengen van de radio’s. Voorlopig oordelend stelt de voorzieningenrechter derhalve vast dat Cool Summer, door de radio’s zonder toestemming van Tangent in Nederland en Duitsland te koop aan te bieden en te leveren, inbreuk maakt op Tangents merken.

4.4. Bij beschikking van 22 februari 2010 is reeds een verbod op merkinbreuk gegeven. Tangent heeft daarom geen belang bij het in deze procedure gevorderde verbod op merkinbreuk. Hetzelfde geldt voor het verbod op inbreuk op het gestelde auteursrecht omdat niet aannemelijk is dat Cool Summer thans nog radio’s kan verhandelen en die, ontdaan van hun merken, in het verkeer zal brengen.

4.7. Tangent heeft wel een voldoende spoedeisend belang bij haar vordering tot opgave van de afnemers van Cool Summer, de aantallen, nummers en afleveradressen. Zij heeft toegelicht dat een doorlopend gevaar van inbreuk op haar merken bestaat zolang haar niet alle afnemers/ wederverkopers van Cool Summer bekend zijn.

4.11. Tangent heeft de gevorderde recall gemotiveerd met de stelling dat op deze wijze verdere inbreuken worden voorkomen zonder dat beslaglegging en dagvaarding in kort geding van afnemers noodzakelijk is. Dit belang is door Cool Summer niet, althans niet gemotiveerd, weersproken. De vordering is toewijsbaar op de wijze als hierna vermeld.

Lees het vonnis hier.

IEF 8977

Alle uitspraken publiceren is verkwisting van belastinggeld

"Den Haag, 13 juli 2010 - Op Rechtspraak.nl staat amper 1 procent van alle uitspraken die rechters jaarlijks doen. Om een betere controle op de rechter mogelijk te maken, pleitten medewerkers van de Universiteit Leiden onlangs voor het publiceren van álle rechterlijke uitspraken op Rechtspraak.nl. Volgens Ronald Philippart, voorzitter van Rechtspraak.nl, leidt dat echter niet tot een betere controle op de rechter, maar tot verkwisting van belastinggeld."

Lees hier meer. IE-uitspraken mogen ten allen tijde gemaild worden aan: redactie@IEForum.nl

IEF 8945

Eerst even voor jezelf lezen

Gerechtshof Amsterdam, 9 februari 2010, LJN: BM9465, Eiser tegen de stichting Stichting Waterwijs & Het Oplaadpunt B.V.
 
Gemeenschapsmerk prevaleert in rangorde boven Benelux-merk. Geen relevant (voor)gebruik. Het enkele aandragen van een aanduiding maakt het depot daarvan als merk door een ander nog niet te kwader trouw. Kostenveroordeling deels volgens liquidatietarief.

Lees het vonnis hier.

Vzr. Rechtbank Utrecht, 23 juni 2010, LJN: BM9448, Eiser tegen Gedaagde ()

Gebruikte domeinnaam en inhoud van de betreffende website onrechtmatig. Het belang van eiser op bescherming van zijn eer en goede naam wegen zwaarder dan het door gedaagde gestelde belang bij handhaving van de website en de uitlatingen daarop. De voorzieningenrecht beveelt daarom de website inclusief inhoud van het internet te verwijderen en verwijderd te houden. 
 
Lees het vonnis hier.

Vzr. Rechtbank Arnhem, 4 juni 2010,  LJN: BM9327, Eiser tegen Gedaagde

Eiser baseert zijn primaire vordering op een inbreuk op artikel 10 van de Auteurswet door de verveelvoudiging en/of openbaarmaking van het bouwontwerp zonder de toestemming van eiser, nu gedaagde het bij brief van (datum) gedane voorstel heeft aanvaard om de samenwerking te beëindigen zonder gebruikmaking van het ontwerp. De grondslag van de primaire vordering van eiser berust op de stelling dat partijen wilsovereenstemming hebben bereikt over de beëindiging van de samenwerking zonder gebruikmaking van het ontwerp. Die grondslag kan niet slagen. De rechtbank leest de grondslag van de subsidiaire vordering zo, dat eiser op grond van de tussen partijen gesloten overeenkomst van opdracht een redelijke vergoeding vordert voor de door hem in opdracht van gedaagde verrichte werkzaamheden. 
 
Lees het vonnis hier.

IEF 8916

I have nothing against intellectual property

Neelie Kroes: Address at Open Forum Europe 2010 Summit: 'Openness at the heart of the EU Digital Agenda' Brussels, 10th June 2010

Interoperability and (ICT) standards.  “(…) everybody who cares about interoperability should care about the financial conditions for the use of standards as well as the indirect constraints imposed on third parties: the fewer constraints the better.  (…)  we must use all opportunities to promote appropriate rules for ex-ante disclosures of essential IPR and licensing conditions in standard-setting contexts.

I have nothing against intellectual property being brought to the standard-setting table, but it must be disclosed. Any economist will tell you that you can only make a rational decision between different options if you can compare their benefits and their costs. And, let's face it, establishing FRAND (Fair, Reasonable and Non-Discriminatory) prices is a hard task over which reasonable people often disagree. Transparency is therefore in everyone's interest - the alternatives are not. Why risk the litigation? Why set a standard in ignorance of the costs of implementation?

In some cases, the choice of a technology in a standard might be obvious in the absence of technical alternatives. Costs and licensing conditions are less relevant in such cases. But in most cases there are competing options and it makes clear sense to also consider this information.

The Commission has already taken an important step by drafting new guidelines (…) The draft, which is currently available for public comment, relies on the well-established concepts of non-discrimination, transparency and availability and specifies minimum requirements that distinguish standard-setting from a cartel.

But I want to do more. Some standard-setting bodies already have ex-ante disclosure rules, so why not all of them? This is a matter of efficiency in my opinion.

Lees de gehele toespraak hier.

IEF 8911

Multatuli contra Van Lennep

Dik van der Meulen:  'Ik heb u den Havelaar niet verkocht.'  Een uitgave over het proces dat Multatuli tegen Jacob van Lennep aanspande om het eigendom van zijn Max Havelaar terug te krijgen, bezorgd en geplaatst in een breed (literair-)historisch perspectief. Bijdragen van Marita Mathijsen, Jan Bank, Dik van der Meulen, David Peeperkorn, René Klomp, Robert Verhoogt, Ika Sorgdrager en Leo Frijda.
 
In 1860 spande Multatuli (Eduard Douwes Dekker) een proces aan tegen Jacob van Lennep over zijn auteursrecht op de Max Havelaar. Multatuli verklaarde op de zitting dat hij het handschrift niet aan Van Lennep had verkocht, maar de rechtbank besliste desalniettemin dat Van Lennep de rechten op het manuscript bezat. Waren de rechters bevooroordeeld of hebben de advocaten misschien een steek laten vallen? Hoe zit het eigenlijk met Multatuli’s rechten op de Max Havelaar? Hoe heeft men in de loop van de tijd tegen dit proces aangekeken?
Vanwege de vragen die het proces tot op de dag van vandaag oproept, worden nu alle processtukken bijeengebracht en voorzien van gezaghebbend commentaar. Dit proces afdoen als een juridische strijd om auteursrecht zou de zaak te kort doen en om die reden zal deze rechtszaak ook worden beschreven vanuit een maatschappelijke en culturele context.

Lees hier iets meer.