DOSSIERS
Alle dossiers

Overig  

IEF 2782

Diario Oficial

oami.bmpSince October 1995, the OHIM’s Official Journal has been published en peper and distributed to a large amount of users via the Pubilcations Office in Luxembourg. The Office has taken the decision to substftute the paper version by an online version which will be made available as from January 2007.

As from January 2007, you will be able to consult free of charge the online version of the OHIM Official Journal. This version is the official and legal version of the Official Journal and will be accessible directly at the following URL: bttp:f/omi.europa.eu/er,/office

OHIM Newsletter Oktober 2006, met o.a: the LEGO decision, Estonia CTM & RCD overviews, RCD deferment, Evidence of disclosure of a prior design, Euroclass,  Luxembourg and BoA case law & Online OHIM forms. Lees hier meer. Handleiding gebruik OHIM-logo hier.

IEF 2696

Geluidsfragment

ccrco.JPGWillem Heemskerk (Shield Mark): Online klankmerken luisteren bij het OHIM

Sinds kort is het mogelijk om bij het OHIM digitaal een geluidsfragment in te dienen bij de aanvraag van een klankmerk. Dit mp3-bestand kan iedereen online beluisteren via het register op de OHIM-website. De volgende geluiden zijn inmiddels ingediend: Een slaapliedje voor o.a. telecommunicatiediensten, een "loeiend hert" voor o.a. alcoholische dranken en een wel erg vreemd babygebrabbel voor o.a. juridische diensten.  Het betreft aanvraagnummers: 004983128, 004928371, 004901658. (zie hier). 

Deze merkaanvragen zijn inmiddels door het OHIM beoordeeld en goedgekeurd op absolute gronden. Anders gezegd: deze aanvragen voldoen dus volgens het OHIM aan de eis van vatbaarheid voor grafische voorstelling. Behalve het geluidsfragment werd er bij deze aanvragen tevens een sonagram ingediend.

Even ter herinnering de vereisten waaraan volgens het Europese Hof een grafische voorstelling van klankmerken (en andere niet-zichtbare merken) dient te voldoen: Volgens het Hof moet de grafische voorstelling "duidelijk, nauwkeurig, als zodanig volledig, gemakkelijk toegankelijk, begrijpelijk, duurzaam en objectief zijn."  Sinds het Für Elise-arrest bestond enkel zekerheid omtrent de acceptatie van een klankmerk wanneer dit teken, kort gezegd, met een notenbalk werd weergegeven. Zie de arresten Sieckmann (HvJEG zaak C 273/00) en Für Elise (HvJEG zaak C-283/01).

De combinatie van een sonagram en een digitaal geluidsfragment voldoet dus volgens het OHIM blijkbaar ook aan bovenstaande vereisten voor een grafische voorstelling.

De goedkeuring van deze combinatie door het OHIM lijkt overigens in het verlengde te liggen van de opvatting van Vincent O'Reilly. Dit OHIM-bestuurslid liet onlangs weten op het Marques congres dat de eis van grafische weergave geschrapt zou moeten worden omdat deze eis afstamt uit de negentiende eeuw waarin alles slechts op papier vastgelegd kon worden. In het huidige tijdperk van digitale registers en bulletins, is de eis van grafische weergave veel minder relevant, aldus O'Reilly.

Als alternatief vereiste stelde hij voor dat een merk voortaan "accurately reproduced" zou moeten kunnen worden. De hiervoor genoemde combinatie lijkt aan dit vereiste te voldoen. Bovendien kan via deze weg nu dus ook op andere klanken dan een melodie (via een notenbalk) bescherming worden verkregen, zoals bij deze aanvragen dus het geluid van een loeiend hert of babygebrabbel.

Bovenstaande procedure is, volgens het OHIM, mogelijk door de implementatie van verordening (EC No. 1041/2005 van 29 juni 2005, zie hier). In deze verordening werd artikel 3 lid 6 van Regulation (EC) No 2868/95 als volgt aangepast:

"6. Where registration of a sound mark is applied for, the representation of the trade mark shall consist of a graphical representation of the sound, in particular a musical notation; where the application is filed through electronic means, it may be accompanied by an electronic file containing the sound. The President of the Office shall determine the formats and maximum size of the electronic file."

Dat een digitaal geluidsfragment uitsluitend in MP3-formaat (en niet groter dan 1 megabyte) mag worden ingediend, vloeit voort uit beslissing no. EX-05-3 (hier) van de president: "Where registration of a sound mark is applied for, one sound file containing the sound may be filed as an attachment to the electronic application form. The sound file shall be in the .mp3 format. Its file size shall not exceed one Megabyte. It shall not allow loops or streaming."

Gelet op bovenstaand verhaal is het misschien een aardig  idee om vandaag, ter gelegenheid van dierendag, allerlei beestengeluiden, zoals brullende leeuwen en kraaiende hanen, aan te vragen.

WH

IEF 2693

Ondertussen op Malta

iammalta.JPGHet Marques-congres op Malta is maar koud voorbij of het Parool bericht: “Malta aan de haal met Amsterdamse slogan. Het nationaal toerismebureau van Malta is aan de haal gegaan met de I amsterdam-kreet waarmee de hoofdstad zich sinds 2004 internationaal op de kaart wil zetten. Het land adverteert deze herfst elke dag vier keer op de Amerikaanse televisiezender CNN met de slogan I am Malta.

(..)Als Amsterdam Partners een inbreuk op het merkenrecht constateert, kunnen er juridische stappen volgen. In dit geval gaat het promotieplatform niet aan de bel trekken bij de Malta Tourism Authority. ''I am mag je overal voor zetten'', zegt Wybenga. ''Alleen als bijvoorbeeld een stad als Amersfoort er I voor zet, zullen we contact gaan opnemen. Maar ik denk niet dat ze dat zullen doen.'' Hij zegt dat Amsterdam Partners ''zich gestreeld voelt'' als anderen de campagne kopiëren.”

Lees hier meer.

IEF 2691

Reductievoorstellen

poa.bmpAmbtelijke operatie. Het overleggen van een volmacht bij het BMB moet worden gezien als een vergunning en het afschaffen van deze vergunningen door de inwerkingtreding van het BVIE  sluit derhalve aan bij (of is wellicht een gevolg van) het “Project  Vereenvoudiging Vergunningen” van het Kabinet, een poging om het aantal vergunningsstelsels te reduceren ('in het kader van een breed pakket aan acties dat het Kabinet onderneemt om de regeldruk terug te dringen en de kwaliteit van de dienstverlening te verbeteren').

“Binnen het Ministerie van Economische Zaken zijn reducties van het aantal vergunningsstelsels mogelijk binnen een vijftal wetten: (...) de Beneluxwetten merken- en modellen (...). Hieronder vindt u een overzicht van de implementatietrajecten per wet.

(…) 5.1. Vergunningen Benelux Merkenwet en Benelux Tekeningen- en Modellenwet. De regeling voor het voeren van een titel door merken/modelgemachtigden is – na ruim 20 jaar – nog niet geregeld omdat er nog geen register is opengesteld door het Benelux Merkenbureau/Benelux-Bureau voor Tekeningen of Modellen (vanaf 1 september 2006 Benelux Bureau voor de Intellectuele Eigendom). De aanvraag voor een dergelijke titel is dan ook niet meegenomen in dit overzicht.

Wel relevant hier is het overleggen van een volmacht bij het Benelux Merkenbureau/Benelux- Bureau voor Tekeningen of Modellen indien een derde namens de deposant handelingen met betrekking tot een registratie van een merk of model/tekening kan verrichten.

5.2. Reductie Eenvormige Beneluxwet op de merken en de Eenvormige Beneluxwet inzake Tekening of Modellen

De Eenvormige Beneluxwet op de merken en de Eenvormige Beneluxwet inzake Tekeningen of Modellen zullen met ingang van 1 augustus 2006 worden vervangen door het Beneluxverdrag inzake intellectuele eigendom (merken en tekeningen en modellen). Dit verdrag bevat geen aparte volmachtregeling meer, een derde kan voortaan zonder overlegging van een volmacht handelingen namens een deposant verrichten. Hiermee komen de twee vergunningsstelsels te vervallen; zowel de volmachtregeling op grond van de Eenvormige Beneluxwet op de merken als de volmachtregeling krachtens de Eenvormige Beneluxwet inzake Tekening of Modellen.

5.2.1. Leges

Met de hierboven genoemde vergunningen op basis van de Eenvormige Beneluxwet op de merken en de Eenvormige Beneluxwet inzake Tekening of Modellen zijn geen leges gemoeid.

5.3. Administratieve Lasten

In de EIM-nulmeting 2002 van de administratieve lasten van EZ worden bij de Benelux Merkenwet en Benelux Tekeningen- of Modellenwet de administratieve lasten aan depots via uitbesteding becijferd op in totaal € 3.136.500,-. Het betreffen hier echter de totale kosten bij inschakeling van derden (‘gemachtigden’). Over het algemeen betaalt de deposant een vast bedrag voor handelingen met betrekking tot een registratie van een merk of model/tekening; het opstellen/overleggen van de vereiste volmacht door de derde/gemachtigde maakt dan onderdeel uit van het vaste bedrag.

In de EIM-nulmeting 2002 van de administratieve lasten van EZ zijn de administratieve lasten van de Eenvormige Beneluxwet op de merken en de Eenvormige Beneluxwet inzake Tekeningen of Modellen becijferd op in totaal € 10.572.590,-. Ook hiervoor geldt dat het hier het totale bedrag aan lasten betreft en niet alleen de inname en controle van de volmachten.

Hoewel er met de inwerkingtreding van dit verdrag twee vergunningsstelsels vervallen, heeft dit weinig invloed op de hoogte van de administratieve lasten omdat de procedure omtrent de volmacht (die met dit verdrag komt te vervallen) maar een zeer gering onderdeel uitmaakt van het indienen/afhandelen van een depot van een merk of tekening/model.

Lees hier en hier meer.

IEF 2656

Nieuwsbrieven

stabilo.bmpAlicante News (OHIM)  - European Trade Marks and Designs Newsletter. Met o.a. “The Stabilo invalidity decision, The  Bugatti Cancellation case,  Loewe vs Vicosta, Luxembourg and BoA case law & Statistical highlights.” Lees hier meer.

Nieuwsbrief Shield Mark, Oktober 2006. Met oa.a. de kleur paars voor Shampoo, cirkels op schoenen en veel .eu domeinnamen. Lees hier meer.

IEF 2652

Uit het beschermde vuistje (4)

boerenkaas.bmpJournaal Warenwet,  editie september 2006, bericht  “Registratie Nederlandse Boerenkaas als traditionele specialiteit naderbij". Na een lange weg van protesten, kamervragen en regeringsinspanning, (eerder berichten hier) is het dan bijna zover.


“Termijn om bezwaar aan te tekenen tegen registraties (…). Derde landen en natuurlijke of rechtspersonen met een rechtmatig belang, die in een derde land gevestigd of woonachtig zijn, kunnen direct bij de Commissie tegen het verzoek bezwaar aantekenen (…). In dit verband begint de periode (…)  op de dag van publicatie van dit bericht voor het volgende verzoek:

Boerenkaas.

Volgens Journaal Warenwet loopt de bezwarenperiode van een half jaar vanaf 31 maart 2006. Lees de aankondiging in het Publicatieblad hier.

IEF 2651

Accuraat gereproduceerd

bhimohim.bmp"The requirement that trade marks in Europe must be "graphically represented" should be scrapped, according to a senior adviser at the Community trade mark office in Alicante.
Vincent O'Reilly, director of IP policy at OHIM, said the requirement – found in Article 2 of the 1988 EU Trade Mark Directive and Article 4 of the 1994 EU Regulation on the Community trade mark – had its roots in the 19th century when trade mark procedure was paper-based. He added that it is less relevant today as registers and bulletins exist electronically rather than in hard copies.

Instead, O'Reilly proposed that there should be a requirement that trade marks be "accurately reproduced". This would mean that, if and when technology becomes available, there would be fewer obstacles to the registration of novel marks such as smells."

Lees hier meer (Managing IP).

IEF 2626

Toch Tien

O.a. het AD komt met het bericht dat Talpa toch de rechten  op de naam ‘Tien’ heeft gekocht van SBS .“insiders vermoeden dat de mediatycoon de naam zal gebruiken voor zijn tweede zender, die hij volgend jaar wil beginnen.

De Mol mocht vorig jaar de met veel bombarie gepresenteerde naam Tien niet gebruiken voor zijn eerste tv-zender. SBS (SBS 6, Net 5 en Veronica) protesteerde met succes bij de rechter, omdat Tien te veel zou lijken op TV10, een merk dat SBS al had gedeponeerd. SBS bood de naam daarop voor 5 miljoen euro te koop aan, maar dat vond De Mol te duur.

De deal tussen SBS en Talpa is onlangs beklonken. Tegelijkertijd hebben beide tv-bedrijven, die elkaar het afgelopen jaar voortdurend in de haren zaten, ook het lange conflict over het realityprogramma Expeditie Robinson geschikt, bevestigt SBS. Over de financiële details van de regeling doet het concern geen mededelingen."

Lees hier meer. Eerdere berichten o.a. hier en hier en hier.

IEF 2594

Juridisch trapezewerk

rbbf.bmpDiverse media berichten over een kort geding tussen Red Bull en Frisdrankenindustrie Winters, afgelopen vrijdag  in Den Bosch. Het Eindhovens Dagblad meldt:

 “De maker van het energiedrankje wil dat Winters zo snel mogelijk stopt met het afvullen van frisdranken van Smart Drinks. Bullfighter is een van die merken van Smart Drinks, dat volgens Red Bull een merkenpiraat is waar het powerdrankje veel last van heeft.

(Advocaat mr. E. Louwers van Winters Louwers) betoogde dat Red Bull in Winters alleen maar een podium ziet om zijn strijd tegen Smart Drinks verder uit te vechten. Het kort geding is niet op zijn plaats, omdat Winters intussen uit voorzorg gestopt is met het afvullen van Bullfighter, geen voorraden meer heeft en wacht totdat de ruzie overtrekt. 

(…) De rechter keeg allerlei blikjes voorgeschoteld met de meest bizarre merknamen. Bullfighter, Pitt Bull, Bad Bull, Red Blue, het hield niet op. „Het enige wat ontbreekt is Bull Shit“, merkte Rullmann droogjes op. (…) Klos en advocaat mr. Th. van Engelen van Smart Drinks leverden urenlang juridisch trapezewerk. Winters stond min of meer buiten die touwtrekkerij, al meende mr. Klos dat Winters met zijn productiewerk ook de rechten van Red Bull schaadt.

Lees hier en hier meer.

IEF 2593

Kritisch en niet mechanisch

Evert van Gelderen (De Gier & Stam): Reactie op Kani c.s. tegen Kane – Geeft de rechtspraak rechters een tunnelvisie? (Eerdere berichten hier en  hier (vonnis).

De voorzieningenrechter van de Rechtbank te Den Haag heeft op 7 september 2006 KANE (B.V.) verboden om nog langer kleding te verkopen met de (band)naam KANE. De verhandeling komt volgens de rechter in strijd met de merkrechten van kledingontwerper KARL KANI. KANE is verbaasd over het vonnis, zo blijkt uit dit bericht op haar website. Het is mij nog onbekend of er hoger beroep is/wordt ingesteld.

De voorzieningenrechter is van mening dat bij het (relevante) publiek verwarring kan optreden met het (oudere) merk van KANI. Bij de beoordeling van het verwarringsgevaar wordt de uit de rechtspraak bekende maatstaf toegepast:

“De te hanteren maatstaf bij de beantwoording van de vraag of sprake is van overeenstemmende tekens is of merk en teken, globaal beoordeeld naar de totaalindruk die beide maken, auditief, visueel of begripsmatig, zodanige gelijkenis vertonen dat daardoor de mogelijkheid bestaat dat bij het in aanmerking komende publiek (waaronder is te verstaan de gemiddelde geïnformeerde, omzichtige en oplettende gewone consument van de betrokken soort producten) verwarring wordt gewekt tussen merk en teken (directe verwarring) dan wel de indruk wordt gewekt dat enig verband bestaat tussen de rechthebbende op merk en teken (indirecte verwarring). Bij de beantwoording van de vraag of sprake is van overeenstemming dienen alle relevante omstandigheden in aanmerking te worden genomen.”

Je kan je ten eerste afvragen of deze maatstaf in deze procedure juist is gehanteerd. Wordt het in aanmerking komende publiek wel verward? Kane richt zich op rockliefhebbers en Kani – zo volgt uit zijn website – op de ‘urbancultuur’. Zijn alle relevante omstandigheden in ogenschouw genomen? Ik lees niet in het vonnis of KANE heeft aangevoerd dat zij grote bekendheid geniet (in de Benelux) en Kani niet/minder en dat om die reden geen gevaar voor verwarring aanwezig zou zijn. De voorzieningenrechter heeft daar in ieder geval niets over gezegd.

Belangrijker vind ik echter dat deze uitspraak aanleiding geeft om in het algemeen de vraag aan de orde te stellen of in de rechtspraak niet te strik vastgehouden wordt aan de in de rechtspraak ontwikkelde maatstaf. In het bijzonder op de onderdelen “auditief, begripsmatige en visuele overeenstemming”. Naar mijn mening is de maatstaf waardevol en biedt deze goede handvatten om inbreuk te beoordelen. Het gaat echter in de kern om de vraag of er sprake is van verwarring! Wordt dat niet uit het oog verloren als we ons blindstaren op de maatstaf in plaats van te kijken naar deze kernvraag?

Als het merk en het beoordeelde teken visueel bijvoorbeeld overeenstemmen, zal er (bij woordmerken) ook al snel sprake zijn van auditieve overeenstemming. In een dergelijk geval hoeft er evenwel nog steeds geen (gevaar voor)verwarring te zijn. Bijvoorbeeld omdat het teken veel bekender is dan het merk.

Ik pleit er dan ook voor dat de maatstaf kritisch en  niet mechanisch gebruikt wordt. Er dient gekeken te worden naar de hamvraag (is er sprake van verwarring?) en daarbij biedt de maatstaf praktische aanknopingspunten. De overige omstandigheden moeten uitdrukkelijk niet uit het oog verloren worden.

 

EvG.

Reacties op dit commentaar zijn vanzelfsprekend welkom.