Auteursrechten kunstenaar zijn ingebracht in vennootschap
Hof Amsterdam 11 februari 2020, IEF 19461; ECLI:NL:GHAMS:2020:373 (Auteursrechten kunstenaar) Auteursrecht. Vervolg op tussenarrest, zie [IEF 16312], [IEF 14738]. In hoger beroep is alleen nog aan de orde aan wie de auteursrechten op de werken van geïntimeerde toebehoren: aan appellanten (door erfopvolging), dan wel aan de vennootschap (door inbreng van de kunstenaar bij leven). In het tussenarrest heeft het hof geoordeeld dat in het feitenmateriaal dusdanig sterke aanwijzingen zijn gelegen dat de akte van inbreng er mede toe strekte de auteursrechten op de kunstwerken aan de vennootschap over te dragen, zodat de auteursrechten krachtens artikel 2 Aw aan geïntimeerde toebehoren. Appellanten zijn in de gelegenheid gesteld om te bewijzen dat de uitleg van deze akte niet de juiste is. In dit tegenbewijs zijn appellanten niet geslaagd: zij hebben niet bewezen dat de auteursrechten deel uitmaken van de nalatenschap van de kunstenaar (en niet in de bv zijn ingebracht). Het hof bekrachtigt het vonnis.
Erwin Angad-Gaur: 'Kunstenaarsbeleid is een nieuw fenomeen in Nederland'
Corona maakt veel duidelijk, vergroot veel dingen uit. De fatale gerichtheid van de overheid en subsidie-instituten op stenen bijvoorbeeld. De keuze voor veilig marmer en hardhout boven de altijd onzekere, boterzachte waarde van datgene wat binnen de muren en op het podium te horen, te zien of te beleven zal zijn. Lees verder.
Bovenstaande column van Erwin Angad-Gaur, voorzitter sectie uitvoerende kunstenaars Sena, verscheen eerder in Sena Performers Magazine 3.
Nationaal Mediarechtcongres op 26 november 2020
Donderdag 26 november is het tijd voor een nieuwe editie van het Nationaal Mediarechtcongres van deLex! Dagvoorzitters Remy Chavannes en Madeleine de Cock Buning staan ook deze keer garant voor een inspirerend programma, met experts uit omroep, wetenschap en advocatuur.
Op het programma:
Uitwerking en reikwijdte van de Digital Services Act, de Stimuleringsmaatregel culturele producties, (quota, investeringsplicht en andere maatregelen), de implementatie van de DSM-richtlijn, audiovisueel contractenrecht en meer.
De sprekers en panelleden:
Bero Beyer (Filmfonds) Remy Chavannes (Brinkhof), Madeleine de Cock Buning (Netflix/UU), Arie Landsmeer (Nederlandse Concentproducenten), Anke Strijbos (Brinkhof), Suzanne Teijgeler (Discovery Benelux) Jasmijn Touw (Netflix), Roland Wigman (Versteeg, Wigman, Sprey). De afsluiter? Dat is nog een verrassing, waarover binnenkort meer.
Op locatie of offline: we zorgen voor een interactieve bijeenkomst, met onderling contact en veel ruimte voor discussie en vragen.
Inschrijven kan via de website.
‘Ik wil dat er weer geld gaat rollen in de muzieksector!’
Ruud Nederveen is voorzitter van de Creatieve Coalitie (CC) waarin 43 belangenorganisaties van makers/podiumkunstenaars zijn verenigd. Naast en in goed overleg met het Platform Makers, dat alle makers bij zaken op het gebied van naburig recht en auteursrecht vertegenwoordigt, voert de CC de lobby op de overige gezamenlijke onderwerpen. Onlangs presenteerde minister Van Engelshoven (OCW) een tweede steunpakket voor de cultuursector om de ergste klappen van de coronacrisis op te vangen. Daarvan moet 200 miljoen euro worden besteed aan ‘cruciale infrastructuur’ en is er ‘extra aandacht voor kunstenaars en creatieve professionals’. De CC stuurde prompt een reactie.
Dit artikel verscheen in Sena Performers Magazine 3.
Omnicom toch veroordeeld tot betaling media-executiefee
Hof Amsterdam 15 september 2020, IEF 19458, RB 3440; ECLI:NL:GHAMS:2020:2511 (Cosmos tegen Omnicom) Contractenrecht. Uitleg overeenkomst. Beide partijen exploiteren een mediabureau en houden zich onder meer bezig met de inkoop van advertentieruimte voor hun klanten. In 2008 hebben partijen een samenwerkingsovereenkomst gesloten, waarin is geregeld dat Cosmos, nu Camborde, gebruikmaakt van de quantumkortingen die het veel grotere Omnicom kan bedingen bij het inkopen van media en dat de daarmee samenhangende backofficewerkzaamheden door Omnicom worden uitgevoerd. Daarvoor ontvangt Omnicom 0,4% van de bruto maandomzet die zij maakt ten behoeve van Cosmos.
Dirk Visser: verbodsrechten op film blijven bij producent
'De auteursrechtelijke verbodsrechten op films blijven bij de filmproducent berusten en kunnen niet op voorhand worden overgedragen aan collectieve beheersorganisaties.' Dirk Visser schrijft op de website Mr. Online over het oordeel van de Hoge Raad vandaag in de langlopende zaak Lira tegen Ziggo [IEF 19456].
Lees verder.
Uitspraak ingezonden door Thijs van Aerde, Houthoff, en Jeroen van Hezewijk, Freshfields.
Uitspraak Hoge Raad in Lira tegen Ziggo
HR 2 oktober 2020, IEF 19456; ECLI:NL:HR:2020:1548 (Lira tegen Ziggo) Stichting Lira is een collectieve beheersorganisatie voor auteurs van werken van tekstuele aard. Ziggo c.s. zijn distributeurs van tv-programma’s via de kabel. Deze zaak vormt het vervolg op het arrest Norma/NLKabel [IEF 13696], zie ook de conclusie van de P-G [IEF 19135]. De Hoge Raad oordeelt:
- dat overdracht bij voorbaat aan een derde (bijvoorbeeld in het aansluitcontract Lira) voorafgaand aan het moment waarop de maker met de filmproducent overeenkomt een bijdrage aan de film te leveren, geen rechtsgevolg heeft indien de maker niet schriftelijk met de producent een afwijking van art. 45d (oud) Aw is overeengekomen;
- dat hij niet terugkomt op zijn eerdere oordeel over heruitzending in NLKabel/Norma.
Uitlatingen Inspectie over cardiologen niet onrechtmatig
Hof Den Haag 15 september 2020, IEF 19455, LS&R 1865; ECLI:NL:RBDHA:2018:14015 (Cardiologen tegen de Staat) Mediarecht. Onrechtmatige uitlatingen. Een drietal cardiologen vormden een maatschap in een ziekenhuis. De Inspectie voor de Gezondheidszorg heeft een tuchtklacht ingediend tegen de cardiologen. De Inspectie heeft ten overstaan van het Regionaal Tuchtcollege in het bijzijn van de media het standpunt ingenomen dat de cardiologen ‘op alle fronten’ tekort zijn geschoten en dat patiënten zijn ‘blootgesteld aan het incompetente handelen van deze drie cardiologen’. Daarnaast heeft de Inspectie zich in de media negatief uitgelaten over de cardiologen. De cardiologen vorderen onder meer veroordeling van de Staat tot publicatie van een rectificatie op grond van art. 6:167 BW.
Vorderingen auteursrechtinbreuk op databases roostersoftware afgewezen
Vzr. Rechtbank Den Haag 16 september 2020, IEF 19452, IT 3264; ECLI:NL:RBDHA:2020:9568 (Scientia tegen Eveoh) Auteursrecht. Kort geding. Scientia is een wereldwijde leverancier van roostersoftware voor onderwijsinstellingen, waaronder de Syllabus Plus en de Exam Schedular. Scientia maakt voor haar software gebruik van twee databases (ESDB en RDB) die bestaan uit tabellen die door ‘views’ worden weergegeven. Eveoh ontwikkelt ook software ten behoeve van onderwijsinstellingen, waaronder de MyTimetable software. Bij klanten van Eveoh die de roostersoftware van Scientia afnemen, leest de MyTimetable de data van de databases uit. Scientia meent dat Eveoh daarmee inbreuk maakt op haar auteursrechten. Op Scientia’s vordering met betrekking tot de RDB wordt niet inhoudelijk beslist, wegens een gesteld gebrek aan spoedeisend belang. Ten aanzien van de ESDB heeft Scientia onvoldoende onderbouwd dat en waarom het gebruiken van de bij een afnemer opgedane kennis over de tabellen/views auteursrechtinbreuk oplevert. De vorderingen worden afgewezen.
Schadevergoeding wegens onrechtmatige uitzending 'Undercover in Nederland'
Hof Amsterdam 18 augustus 2020, IEF 19454; ECLI:NL:GHAMS:2020:2301 (Appellant tegen Talpa en Noordkaap) Mediarecht. Onrechtmatige publicatie. Zie eerder [IEF 15135]. Noordkaap produceert het programma ‘Undercover in Nederland’. Talpa, voorheen SBS, zendt het programma uit op SBS 6. In een uitzending van het programma wordt appellant onterecht als heler van gestolen sloten neergezet. De rechtbank heeft SBS veroordeeld tot betaling van een bedrag groot € 2.500,- als vergoeding van immateriële schade, wegens de aantasting van de eer en goede naam van appellant. Appellant gaat in hoger beroep en vordert diverse posten aan schadevergoeding. Het privacybelang van appellant dient te prevaleren boven het belang van SBS. Dit maakt dat SBS onrechtmatig heeft gehandeld jegens appellant door het uitzenden van de met de verborgen camera gemaakte beelden. Talpa wordt veroordeeld tot betaling van € 5.000,- aan smartengeld. De overige schadeposten worden niet toegekend, omdat het condicio sine qua non-verband tussen de uitzending en de gestelde kosten niet is aangetoond.