Vorderingen Viruswaarheid niet toewijsbaar
Hof Den Haag 31 augustus 2021, IEF 20170; ECLI:NL:GHDHA:2021:1603 (Viruswaarheid tegen de Staat der Nederlanden) Kort geding van Stichting Viruswaarheid tegen de Staat over alle geldende coronamaatregelen. Volgens Viruswaarheid berusten de maatregelen op wettelijke regels die in strijd zijn met mensenrechten. De stichting vindt dat de maatregelen daarom direct van tafel moeten. Net als de voorzieningenrechter geeft het Haagse gerechtshof Viruswaarheid hierin geen gelijk. Door de getroffen coronamaatregelen worden weliswaar grondrechten ingeperkt, maar die inperkingen zijn volgens de toepasselijke verdragen toegestaan. Het hof heeft daarbij allereerst gelet op het doel van de wettelijke maatregelen: de bescherming van de volksgezondheid tegen de Covid-19 pandemie. Daarnaast gelden de maatregelen tijdelijk en is het beleid van de Staat erop gericht om de maatregelen waar mogelijk te versoepelen. Dat alles maakt dat geen verdragsverplichtingen worden geschonden.
Verzoek tot niet-ontvankelijkheid verklaren afgewezen
Rechtbank Den Haag 28 juli 2021, IEF 20168; ECLI:NL:RBDHA:2021:7993 (MSAR tegen gedaagden) MSAR vordert in conventie dat de rechtbank bij vonnis voor recht zal verklaren dat gedaagden inbreuk hebben gemaakt op de intellectuele eigendomsrechten die verband houden met het teken 'Jetten'. Primair vorderen gedaagden dat MSAR niet-ontvankelijk dient te worden verklaard. Het verzoek tot niet-ontvankelijk verklaren wordt afgewezen en de zaak zal weer op de rol komen van woensdag 8 september 2021.
Verwarringsgevaar beeldmerken
Gerecht EU 1 september 2021, IEF 20167, IEFbe 3271; ECLI:EU:T:2021:523 (FF IP srl tegen EUIPO en Seven SpA) EFFEGI Srl heeft een aanvraag tot inschrijving van het beeldteken ´the DoubleF´ ingediend bij het EUIPO. Interveniënte Seven SpA heeft bezwaar gemaakt tegen de inschrijving vanwege haar oudere beeldmerk ´THE DOUBLE´. Verzoekster voert in wezen één enkel middel aan, namelijk schending van artikel 8, lid 1, van verordeningnr. 207/2009, zoals gewijzigd, dat in vier alinea's is verdeeld. Zij betoogt dat de Kamer van Beroep 1) een beoordelingsfout heeft gemaakt m.b.t. het relevante publiek, 2) ten onrechte de waren en diensten heeft vergeleken waarop de betwiste merken betrekking hebben, 3) ten onrechte een hoge mate van visuele en fonetische gelijkenis en een zeer hoge mate van conceptuele gelijkenis, of zelfs quasi-identiteit, tussen de betrokken merken heeft vastgesteld, 4) had moeten vaststellen dat het oudere merk een laag onderscheidend vermogen had en verwarringsgevaar moeten uitsluiten. De Kamer van Beroep heeft niet ten onrechte geconcludeerd dat er verwarringsgevaar bestond. Het middel wordt afgewezen.
Uitspraak ingezonden door Rogier de Vrey, CMS.
Stadstofzuiger maakt inbreuk op auteursrecht van Glutton
Rechtbank Den Haag 1 september 2021, IEF 20166; ECLI:NL:RBDHA:2021:9630 (CLSA tegen Van Dijk) CLSA heeft de Glutton op de markt gebracht, een zelfrijdende stadstofzuiger. Voormalig afnemer Addex bracht na opzegging van de distributieovereenkomst de Vanguard op de markt. Van Dijk biedt deze in Nederland aan. In een voorafgaand gevoerd kort geding is een inbreukverbod, gevorderd door CLSA, afgewezen op de stelplicht [zie IEF 18471]. Bij de rechtbank vordert CLSA dat Van Dijk het verkopen van de Vanguard staakt. Aan deze vordering ligt primair ten grondslag inbreuk op auteursrecht en subsidiair slaafse nabootsing. De rechtbank is van oordeel dat de combinatie van vormgevingselementen maken dat de Glutton moet worden aangemerkt als een auteursrechtelijk beschermd werk. Bij het ontwerpen van de Vanguard zijn alle karakteristieke elementen overgenomen. De totaalindruk van beide afvalzuigers is volgens de rechtbank hetzelfde. Op grond van auteursrechtelijke inbreuk worden de vorderingen toegewezen.
Gerecht EU verwerpt beroep nietigverklaring e*message
Gerecht EU 1 september 2021, IEF 20165, IT 3642, IEFbe 3270; ECLI:EU:T:2021:522 (eMessage tegen EUIPO en Apple) eMessage Wireless Information Services heeft een aanvraag tot inschrijving van het Gemeenschapsmerk 'e*message' ingediend bij het EUIPO. Op verzoek van interveniënte Apple Inc. werd de inschrijving nietig verklaard. eMessage voert in beroep zeven middelen aan. Het eerste middel betoogt dat er geen geldige bepaling bestaat om het litigieuze merk ongeldig te verklaren. Het tweede middel klaagt over een onjuiste toepassing van de huidige uitlegging van artikel 7, lid 1, onder b) en c), van verordening 2017/1001. Het derde en het vierde middel gaan over fouten in de beoordeling van de figuratieve elementen van het litigieuze merk bij het onderzoek van het beschrijvende karakter ervan. Het vijfde middel klaagt over een onjuiste beoordeling van het onderscheidend vermogen van het litigieuze merk. Het zesde en het zevende middel gaan over een schending van artikel 17 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie en van de beginselen van bescherming van het gewettigd vertrouwen en van de rechtszekerheid. De middelen worden afgewezen.
Geen verwarring tussen handelsnamen taxibedrijven
Vzr. Rechtbank Noord-Holland 31 augustus 2021, IEF 20164; ECLI:NL:RBNHO:2021:7408 (Victoria Taxi tegen Taxi Alkmaar Victoria) Victoria Taxi vordert dat Taxi Alkmaar Victoria haar handelsnaam wijzigt. Beide bedrijven bestaan al minstens 8 jaar naast elkaar, zonder dat er blijk is geweest van enige verwarring tussen de handelsnamen. Bijzonder in deze zaak is dat Victoria Taxi nu een vordering instelt. Er mogen dan ook hogere eisen worden gesteld aan de onderbouwing waarom juist nu het verwarringsgevaar te duchten is. Hoewel beide bedrijven Victoria als onderdeel van de naam hanteren, zorgt de toevoeging van het woord Alkmaar voor voldoende onderscheidenheid. Daarnaast verricht Victoria Taxi haar werkzaamheden vanuit Avenhorn en Taxi Alkmaar Victoria vanuit Alkmaar. Dit is een afstand van ongeveer 20 kilometer. In andere gevallen zou dit geen grote afstand zijn, maar de voorzieningsrechter oordeelt dat dit voor taxibedrijven anders is. De vorderingen worden afgewezen.
Eric Keyzer start als 'of counsel' bij Leeway Advocaten
Media- en entertainmentadvocaat Eric Keyzer is vandaag begonnen als 'of counsel' bij Leeway Advocaten. Keyzer was een van de eerste advocaten in Nederland die zich richtte op de media & entertainment industrie. Hij loopt al meer dan dertig jaar voorop in de ontwikkelingen in de sector. Eerst bij Loeff Claeys Verbeke, daarna bij Allen & Overy, en sinds enkele jaren bij zijn eigen media boutiquekantoor, Keyzermedia..
Lees verder >>
Commentaar Auteurswet door Antoon Quaedvlieg op IE-C
Herzien commentaar gepubliceerd in de databank Intellectuele Eigendom Commentaren (IE-C). Het commentaar, geleverd door Antoon Quaedvlieg, is een herziening van art. 12 Auteurswet. Het is aangepast naar nieuwe jurisprudentie en wet- en regelgeving, waaronder de Implementatiewet richtlijn auteursrecht van 7 juni 2021.
Onterecht ontslag na racistische afbeeldingen in appgroep
Gerechtshof Den Haag 30 augustus 2021, IEF 20162, IT 3639; ECLI:NL:GHDHA:2021:1575 (Air Products tegen verweerder) Verweerder is een medewerker van Air Products BV. In een appgroep waar onder andere collega's en ex-collega's van verweerder in zitten, heeft hij racistische afbeeldingen gestuurd. Na confrontatie hierover is verweerder op non-actief gesteld en later op staande voet ontslagen. Dit ontslag is door de kantonrechter vernietigd. Air Products is tegen deze beslissing in beroep gegaan. Het hof oordeelt dat de rechtbank terecht heeft gezegd dat het geen zakelijke appgroep betreft. Verweerder wordt daarentegen wel geacht bewust te zijn van de invloed die de discriminerende afbeeldingen hadden op de werkvloer. Het hof kijkt uiteindelijk naar de afweging die Air Products had moeten maken. Alles bij elkaar is het hof het eens met de kantonrechter. Air Products had in de gegeven omstandigheden eerst een minder vergaand middel moeten inzetten dan het geven van een ontslag op staande voet aan verweerder.
Bedrijf dat oordopjes verkoopt teruggefloten
Rechtbank Noord-Nederland 20 augustus 2021, IEF 20160, IT 3636; ECLI:NL:RBNNE:2021:3684 (LuxeRoyal tegen gedaagde) LuxeRoyal drijft een onderneming die zich bezighoudt met de verkoop van onder andere draadloze oortjes. Dit verloopt via het platform Bol.com. Ook de gedaagde exploiteert een onderneming waarbij er draadloze oortjes op Bol.com verkocht worden. Hij maakt daarbij gebruik van de EAN-codes die bij de producten van LuxeRoyal horen. Tevens wordt de handelsnaam van LuxeRoyal gebruikt. De advocaat van LuxeRoyal heeft gedaagde gesommeerd om de inbreuken op haar intellectuele eigendomsrechten, handelsnamen en EAN-codes te staken. De voorzieningenrechter wijst dit toe.