Uitspraak ingezonden door Alexander Tsoutsanis, DLA Piper
Tense-tafel maakt geen inbreuk op Slim-tafel wegens ontbreken kenmerkende detaillering
Rechtbank Den Haag 22 augustus 2018, IEF 17931; ECLI:NL:RBDHA:2018:10237 (Arco meubelfabriek tegen MDF Italia) Auteursrecht. Slaafse nabootsing. MDF is een Italiaanse fabrikant van meubels en woonaccessoires. Arco is een Nederlandse meubelfabriek en heeft de Slim-tafel ontwikkeld. Tussen 2006 en 2009 is die tafel op de markt gebracht. In 2016 en 2017 zijn de Tense Material Wood tafel en Tense Material Carbone op de markt gebracht. Arco vordert dat MDF het fabriceren en het verkopen van de Tense Material Wood en Carbone tafel (Tense Material in houten uitvoering) te staken en gestaakt te houden. De kenmerkende detaillering die de Slim heeft, is niet in de Tense Material in houten uitvoering aanwezig. De diagonale lijn loopt door tot net onder de bovenzijde van het tafelblad, namelijk daar waar het fineer begint. Tussen de fineerlaag en het einde van de diagonale lijn is geen ruimte vrijgelaten en er is dan ook geen sprake van een smalle gleuf. Door de Slim gebruikte houtfineer, geeft het de tafel een lichte en nieuwe indruk. MDF heeft gekozen voor een fineer waardoor haar tafels massiever en zwaarder ogen. De vordering wordt afgewezen.
Falende klachten tegen vernietigd verbod format TV-spel The Alphabet Game
Conclusie AG bij de HR 3 augustus 2018, IEF 17930; ECLI:NL:PHR:2018:855 (ITV tegen MC&F) Auteursrecht op onderdeel TV-quiz. Maatstaf toewijzing vordering in kort geding. Motivering belangenafweging. Devolutieve werking. Dit kort geding speelt tegen de achtergrond van de vraag wie (auteurs)rechthebbende, althans exploitatiegerechtigde is op het tv-format van een onderdeel van een quiz, het Eindspel genoemd. Dat ligt gecompliceerd (vgl. de synopsis hierna in 2.2). De voorzieningenrechter vond dat geen uitgemaakte zaak en wees op grond van een belangenafweging de vordering van ITV (een verbod aan MC&F om zich als rechthebbende op het format voor te doen) toe en de spiegelbeeldige vordering van MC&F af. In hoger beroep zijn beide vorderingen afgewezen [IEF 17112]. In cassatie klaagt ITV over de maatstaf voor toewijzing in kort geding, de motivering van de belangenafweging en het miskennen van de devolutieve werking van het appel. De AG ziet deze klachten niet slagen en concludeert tot verwerping en geeft Uw Raad in overweging dat met toepassing van art. 81 RO te doen.
Uitspraak ingezonden door Charles Gielen, NautaDutilh N.V.
S-vorm is nietig, omdat de vorm inherent is aan de generieke functie van opvulmateriaal
Hof Arnhem-Leeuwarden 21 augustus 2018, IEF 17927; IEFbe 2721 (Rivafoam tegen Storopack) Merkenrecht. Rivafoam is houder van een Benelux vormmerk voor een teken voor S-vormig vulmateriaal voor verpakkingen. Storopack heeft een Gemeenschapsmerk van een S-vorm geregistreerd, waarvan Rivafoam de nietigheid heeft ingeroepen. Storopack vordert nietigverklaring van het Benelux S-vormmerk omdat het teken uitsluitend bestaat uit een vorm waarvan de wezenlijke kenmerken noodzakelijk zijn om een technische uitkomst te verkrijgen. De rechtbank [IEF 14197] oordeelde dat de S-vorm Rivafoam nietig moet worden verklaard omdat de belijningen het resultaat zijn van het productieproces en per S-vorm verschillen. In hoger beroep vordert Rivafoam dat haar S-vormmerk geldig wordt verklaard. De door Rivafoam als merk ingeschreven S-vorm zozeer functioneel is bepaald dat daaraan geen merkenrechtelijke bescherming kan worden toegekend. Het betreft immers een vorm waarvan het wezenlijke kenmerk, de S, inherent is aan de generieke functie van het opvulmateriaal, namelijk het schok- en schuifbestendig verpakken van producten. Het toekennen van merkenrechtelijke bescherming aan de S-vorm zou concurrerende ondernemingen op een onwenselijke manier belemmeren om de technische en gebruiksvoordelen van de S te benutten. De vordering wordt afgewezen en verklaart de inschrijving van het ingeschreven S-vormmerk van Rivafoam nietig en beveelt doorhaling daarvan.
Uitspraak en samenvatting ingezonden door Bertil van Kaam, Van Kaam advocaten.
In latere uitzending heeft EenVandaag verduidelijkt dat alleen verdachten zijn geblurred
Rechtbank Amsterdam 8 augustus 2018, IEF 17923 (rapper tegen AVROTROS EenVandaag) Mediarecht. Bodemprocedure na kort geding (IEF16840). Op een drietal momenten in het uitgezonden item van EenVandaag zijn beelden getoond uit een videoclip van een rapgroep. In het item wordt besproken dat twee leden van de rapgroep verdachten zijn in een strafproces tegen tien Syriëgangers. Deze verdachten worden onherkenbaar in beeld gebracht. De andere leden van de groep zijn echter wel herkenbaar in beeld, waaronder eiser. Volgens eiser zou hierdoor de indruk zijn gewekt dat hij ook een Syriëganger zou zijn. In de bodemprocedure worden de vorderingen van eiser wederom afgewezen. De omstandigheden die zich hebben voorgedaan na de uitzending in onderling verband en samenhang beschouwd maken dat van een onrechtmatige daad van AVROTROS jegens eiser geen sprake is. Hierbij is meegewogen dat AVROTROS in een latere uitzending heeft verduidelijkt dat alleen de verdachten zijn geblurd en dat een andere indruk onjuist is, eiser zelf meerdere malen de publiciteit heeft gezocht, de videoclip al die tijd vrijelijk op Youtube beschikbaar was (waarbij iedereen herkenbaar in beeld was) alsmede dat diverse media voor de uitzending van EenVandaag, ook onder verwijzing naar de videoclip, al over de vertrokken Syriëgangers hebben bericht.
Contact- en publicatieverbod toegewezen wegens onrechtmatige uitlatingen op Marktplaats en Facebook over hondenfokkerij
Vzr. Rechtbank Gelderland 20 augustus 2018, IEF 17922; ECLI:NL:RBGEL:2018:3598 (Hondenfokker tegen gedaagde) Onrechtmatige uitlatingen. Contactverbod. Publicatieverbod. Gedaagde heeft op Marktplaats berichten geplaats over de hondenfokkerij van de eiser. Gedaagde schrijft onder meer om geen pups te kopen omdat het een broodfokkerij is en je misleidende informatie krijgt. Gedaagde heeft ook een Facebookpagina 'Koop Hier Nooit Een Pup' en een link naar de Marktplaatsadvertentie van de eiser. Eiser vordert een contact- en publicatieverbod. Gedaagde is nooit op het terrein geweest en heeft de schuren waarin de puppy's gefokt worden zelf nooit gezien. Gedaagde heeft ook nooit zelf een puppy gekocht bij de fokkerij. Gedaagde doet oncontroleerbare uitlatingen op internet van niet traceerbare hondeneigenaren. De vorderingen worden toegewezen.
IMP schuldig aan onrechtmatige parallelinvoer van Honda GX-motoren uit China
Hof van beroep Brussel 27 juni 2017, IEFbe 2697 (Honda tegen IPM) Auteursrecht. Marktpraktijken. Honda is houder van Unie woord- en beeldmerk HONDA en GX. Industrial Maintenance Products biedt motoren die het merkteken Honda en GX dragen die niet door Honda of met haar toestemming in het verkeer zijn gebracht. Op de motoren was een sticker geplaatst met: niet gecertificeerd voor verkoop in de VS, Canada, EU en Aus. Honda vordert om IMP te veroordelen tot staking van verkoop van Honda GX-motoren wegens onrechtmatige parallelinvoer en auteursrechtinbreuk. De motoren zijn afkomstig uit China en Hongkong. De motoren werden van buiten EER - mogelijk met tussenstop in Dubai- ingevoerd in de EER en door IMP in België te koop aangeboden. Er blijkt niet dat de ontwerper van de motoren en generatoren creatieve keuzes heeft gemaakt, weze het in de vormgeving, de schikking van de onderdelen, de kleurencombinatie rood-zwart voor het centrale gedeelte van de motor waarop het merkteken kan worden aangebracht of de verticaal in het rond rooster aangebrachte inkepingen, variërend tussen lange en korte inkepingen, of in de combinatie van deze elementen. De vordering wat betreft de onrechtmatige parallelinvoer wordt toegewezen en wat betreft de auteursrechtinbreuk afgewezen.
Uitspraak ingezonden door Wouter Dammers, Lawfox.
Herstelvonnis voor maximering van de dwangsom
Vzr. Rechtbank Den Haag 15 augustus 2018, IEF 17920; IEFbe 2713(Online Publisher tegen Netmedia) Herstelvonnis na IEF 17913. De in overweging 5.24 aangekondigde maximering van de dwangsom ontbreekt en alsnog zal worden bepaald. De voorzieningenrechter maximeert de dwangsom tot een maximum van €75.000.
De IE-rechtspraak van de zomer van 2018
Vrijdagmiddag 31 augustus, Leiden. Tijdens Leiden Revisited, de traditionele opening van het academisch IE jaar, op vrijdagmiddag 31 augustus a.s., zal worden gesproken over de recente ontwikkelingen op het gebied van het handelsnaamrecht en het modellenrecht en zal de belangrijke rechtspraak van de afgelopen twee zomermaanden op het gebied van het auteursrecht én het merkenrecht worden besproken.
Nederlandse rechter bevoegd op basis van vestigingsplaats Nikon
Rechtbank Den Haag 1 augustus 2018, IEF 17918; ECLI:NL:RBDHA:2018:9926 (Nikon tegen Primary Holdings) Intellectuele eigendom. Bevoegdheidsincident. Bodemprocedure. Primary Holdings Limited (PHL) is gevestigd in Gibraltar. In hoofdzaak vordert Nikon dat PHL iedere inbreuk in de gehele EU staken. In dit incident vordert PHL dat de rechtbank zich onbevoegd verklaard. Gibraltar maakt volgens artikel 52 VEU4 jo artikel 355 lid 3 VWEU onderdeel uit van het Europees grondgebied waar het Unierecht van toepassing is en waarvan de buitenlandse betrekkingen door een lidstaat, te weten het Verenigd Koninkrijk, worden behartigd. Nikon grondt de bevoegdheid op artikel 125 lid 1 UMVo. Gibraltar is geen onderdeel van Spanje en is weliswaar een Brits overzees gebiedsdeel, maar volgens het HvJ EU is Gibraltar geen onderdeel van het Verenigd Koninkrijk. Daarmee kan PHL niet op basis van artikel 125 lid 1 UMVo worden gedagvaard voor de rechterlijke instantie van de lidstaat waar zij haar woonplaats heeft. Dat betekent dat de vorderingen op basis van artikel 125 lid 2 UMVo kunnen worden ingesteld bij de rechterlijke instantie van de lidstaat waar eiser zijn woonplaats, dan wel vestigingsplaats, heeft. Nikon Europe heeft haar woonplaats in Nederland en is krachtens volmacht van Nikon Corporation gerechtigd in eigen naam op te treden. Gelet op de vestigingsplaats van Nikon Europe is deze rechtbank bevoegd kennis te nemen van de vorderingen. Ten aanzien van Nikon Corporation is de rechtbank bevoegd op grond van diezelfde bepalingen, aangezien Nikon Europe kan worden beschouwd als een vestiging van Nikon Corporation met een werkelijke en stabiele aanwezigheid van waaruit een bedrijfsactiviteit wordt verricht. De incidentele bevoegdheidsvordering wordt afgewezen.
Heimelijke opname van BNN over betrokkenheid van DENK bij 'nepbanner' hoeft niet verwijderd te worden
Vzr. Rechtbank Amsterdam 15 augustus 2018, IEF 17917; ECLI:NL:RBAMS:2018:5852 (Denk tegen BNN-VARA) Onrechtmatige daad. Mediarecht. Uitingsvrijheid. Persoonlijke levenssfeer. Eiser was in de aanloop van de Tweede Kamerverkiezingen campagneleider van Denk en benaderd door twee redacteuren van BNN. Zij hebben een gesprek gehad in de fractiekamer van Denk in het gebouw van de Tweede Kamer en deze heimelijk opgenomen. Onderwerp van gesprek was een 'nepbanner' met een foto van Geert Wilders en het logo van de PVV. BNNVARA heeft de geluidsfragmenten op hun website geplaatst. Denk vordert BNNVARA te gebieden om alle geluidsfragmenten die heimelijk zijn opgenomen in de fractiekamer van Denk te verwijderen en verwijderd te houden van haar websites en van haar sociale media accounts en te verbieden om die opnamen op welke wijze dan ook te openbaren of te verstrekken aan derden. Het zit het eisers vooral hoog dat de journalisten van BNNVARA heimelijk en tegen de uitdrukkelijke wens van eiser geluidsopnamen hebben gemaakt in de fractiekamer, een plaats waar leden van de Tweede Kamer zich veilig moeten voelen en vrijuit moeten kunnen spreken, zonder ervoor beducht te hoeven zijn dat gesprekken worden opgenomen.
Het onderzoek van BNNVARA was er met name op gericht in hoeverre de campagneleider betrokken is geweest bij het ontwerp van de banner. De heimelijk gemaakte opnamen wijzen uit dat de campagneleider betrokken is geweest bij het bedenken van de nepbanner. De uitzending van BNNVARA vindt voldoende steun in de feiten. Onder deze omstandigheden is het gebruik van de aanvankelijk niet voor uitzending bestemde, heimelijk gemaakte opnamen gerechtvaardigd en proportioneel. De vordering wordt afgewezen.