Auteursrecht  

IEF 4351

In een vergelijkbaar ontwerp

De Telegraaf bericht dat “Reisorganisatie D-Reizen de landelijke modeketen Henk ten Hoor heeft gesommeerd T-shirts met de tekst 'Costa del Snol' uit de handel te nemen. Dat zei de directeur van de reisorganisatie donderdag. Op de gele T-shirts is aan de voorzijde de tekst DD-reizen gedrukt, in een vergelijkbaar ontwerp als het logo van de reisorganisatie. De tekst op de achterkant is een parodie op de reclamecampagne van D-Reizen.”

Lees hier meer.

IEF 4349

De zogenaamde volvlak methodiek

bvt.gifRechtbank Assen, 11 juli 2007, KG ZA 07-101. Interieurverzorging Van Tellingen B.V. tegen Jan Luppes Interieurs (met dank aan Aron Das Gupta, Van Mens & Wisselink). 

Auteursrecht op huisstijl. Totaalindruk van meubelbrochures vertonen een zodanige gelijkenis dat er sprake is van een verveelvoudiging.

Geschil tussen twee interieurwinkels. Beide ondernemingen brengen een brochure uit met hun laatste meubelcollectie. Eiser Van Tellingen stelt i.c. dat Gedaagde Luppes met de vormgeving van haar brochure inbreuk maakt op het auteursrecht van Van Tellingen. De voorzieningenrechter deelt deze mening.

 “4.3. De voorzieningenrechter (…) is voorshands van oordeel dat de brochures van Van Tellingen auteursrechtelijk zijn beschermd. Het navolgende wordt overwogen. De brochures van Van Tellingen kenmerken zich door een aantal opvallende elementen. Op de rechterzijde van de omslag van de brochures is een gedeelte van een meubelstuk afgebeeld. Voorts wordt steeds op een pagina een produkt afgebeeld met daarnaast een pagina in een monoklour, de zogenaamde volvlak methodiek. De monokleurige pagina correspondeert vrijwel steeds met de kleur die is geplaatst in of rond het gefotografeerde meubelstuk. De monokleurige pagina’s en de fotografische  pagina’s waarop de diverse meubelstukken staan afgebeeld volgen elkaar steeds op een bepaalde wijze op, waarbij eerst een monokleurige pagina links met rechts een fotografische pagina is afgebeeld en vervolgens op de volgende pagina links een fotografische pagina en rechts een monokleurige pagina. In het midden van de monokleurige pagina is vrijwel steeds in het wit de naam van de producent aangebracht. Onderaan de monokleurige pagina wordt hoofdzakelijk in het zwart meer informatie verschaft over het afgebeelde meubelstuk. Tenslotte is de vorm van de brochure van Van Tellingen vierkant, Luppes hebben aangevoerd dat de diverse elementen uit de brochure van Van Tellingen op zichzelf reeds bekend waren. Luppes hebben ook een aantal brochures in het geding gebracht waarin de afzonderlijke elementen dan wel de door Van Tellingen toegepaste technieken zijn terug te vinden.

Het feit dat Van Tellingen gebruik heeft gemaakt van elementen die reeds bekend waren betekent echter nog niet dat er geen sprake kan zijn van een oorspronkelijk werk in de zin van de auteurswet. Het gaat immers om de combinatie van de door Van Tellingen toegepaste elementen en de diverse keuzes die zij daarbij heeft gemaakt. Uit de door Luppes in het geding gebrachte brochures kan niet worden afgeleid dat eenzelfde combinatie van elementen reeds eerder is toegepast. De voorzieningenrechter is voorshands dan ook van oordeel dat juist deze combinatie van elementen maakt dat de brochure een oorspronkelijk karakter bezit en het persoonlijk karakter van de maker draagt.

4.4. Vervolgens dient de vraag beantwoord te worden of Luppes ook daadwerkelijk inbreuk hebben gemaakt op het auteursrecht van Van Tellingen. Daarbij is van belang te beoordelen of de brochures van Luppes zijn te beschouwen als een verveelvoudiging in de zin van artikel 13 Auteurswet van de brochures van Van Tellingen. Daarvan is sprake indien er auteursrechtelijk relevante elementen in de brochure van Luppes zijn overgenomen oftewel ontleend. Daartoe dienen de twee brochures met elkaar te worden vergeleken. Daarbij valt op dat Luppes evenals Van Tellingen een monokleurige pagina combineren met een fotografische pagina, waarbij een kleur van de fotopagina correspondeert met de monokleurige pagina. Luppes passen bij deze zogenaamde volvlak methodiek dezelfde volgorde toe als Van Tellingen. Ook centreren Luppes de naam van de producent in het wit in de monokleurige pagina en gebruiken zij daarbij dezelfde lettergrootte als Van Tellingen. Voorts hebben Luppes evenals Van Tellingen op de omslag van de brochure aan de rechterkant een gedeelte van een meubelstuk afgebeeld. Tenslotte hebben Luppes evenals Van Tellingen gekozen voor dezelfde vorm, namelijk vierkant en heeft de brochure van Luppes nagenoeg dezelfde afmetingen.

Van de zijde van Luppes is ter zitting ook erkend dat bij het maken van de brochure ‘Design, designed for you” de brochure van Van Tellingen als voorbeeld is gebruikt. Luppes stellen zich echter op het standpunt dat de brochures desondanks toch voldoende van elkaar verschillen. De voorzieningenrechter kan Luppes hierin echter niet volgen. Weliswaar zijn er ook verschillen tussen de beide brochures waar te nemen, echter van belang zijn de totaal indrukken van beide brochures en deze vertonen een zodanige gelijkenis dat voorshands dient te worden aangenomen dat er sprake is van een verveelvoudiging.

Het verbod op schending van haar auteursrecht wordt toegewezen. Kosten worden gecompenseerd, omdat eiser weliswaar in haar hoofdvordering in het gelijk wordt gesteld, maar de eveneens substantiële nevenvorderingen (afgifte, rectificatie etc.) alle worden afgewezen.

Lees het vonnis hier.

IEF 4348

Ex tunc

LIFEHAMMER-SOSHAMMER.bmpRechtbank Haarlem, 29 juni 2007, KG ZA 07-201. Life Safety Products B.V. tegen Autovision B.V. (met dank aan Evert van Gelderen en Michael Gerrits, De Gier & Stam).

Wel gemeld, nog niet samengevat. Wellicht nootwaardig vonnis over auteursrechtelijk beschermde veiligheidshamer. Beroep op verwatering van auteursrecht afgewezen. Grensoverschrijdend verbod (EER) bij auteursrechtinbreuk.

Partijen brengen op elkaar gelijkende veiligheidshamers op de markt. De hamertjes zijn bedoeld voor gebruik in de auto om na een ongeluk een raam in te slaan en met een ingebouwd mes de autogordel door te snijden. Eiseres Life Safety Products (LSP) heeft de rechten, waaronder het auteursrecht, verkregen op de LIFEHAMMER. Dit hamertje is in 1983 is ontwikkeld door de heer H. Lechner. Gedaagde Autovision verkoopt onder meer de SOSHAMMER, die wordt geleverd door Faltool GmbH, welke onderneming is opgericht door de zoon van H. Lechner.

De voorzieningenrechter is van oordeel dat het ontwerp van de LIFEHAMMER auteursrechtelijk is beschermd. “4.4. (…) Aangenomen moet worden dat bij het ontwerp van de LIFEHAMMER een aantal persoonlijke en niet objectief bepaalde keuzes zijn gemaakt die uiteindelijk hebben geresulteerd in een veiligheidshamer met een eigen oorspronkelijk karakter die het stempel van de maker draagt. Uit de door beide partijen overgelegde afbeeldingen van andere in de markt verkrijgbare veiligheidshamers blijkt dat een veiligheidshamer niet (noodzakelijkerwijs) het uiterlijk hoeft te hebben van de LIFEHAMMER om aan de (gebruiks)functies van een dergelijk product (…) te kunnen voldoen.”

Autovision stelt dat de vormgeving van de LIFEHAMMER is verworden tot een onbeschermde stijl, met andere woorden: verwatering van auteursrechtelijk werk. De rechter gaat hier niet in mee en oordeelt: “4.5. (…) Nog daargelaten dat naar aanleiding van het arrest HR 8 september 2006, LJN AV3384 [Benetton/G-Star - IEF], allerminst communis opinio bestaat over de conclusie dat in genoemd arrest de verwatering van werken in het auteursrecht door de Hoge Raad is erkend, gaat de stelling van Autovision ten onrechte voorbij aan het uitgangspunt dat oorspronkelijkheid aan de hand van omstandigheden op het tijdstip van schepping van het werk, en niet ex nunc dient te worden beoordeeld. Het feit dat allerlei veiligheidshamers tegenwoordig elementen zouden vertonen die gelijken op de elementen van de LIFEHAMMER betekent immers niet dat het ontwerp ten tijde van de schepping niet origineel kon zijn.”

De voorzieningenrechter concludeert dat sprake is van auteursrechtinbreuk. “4.8. (…) De totaalindruk van de SOSHAMMER stemt overeen met de totaalindruk van de LIFEHAMMER, zodat dientengevolge ontlening wordt verondersteld. Autovision heeft voorts niet aannemelijk gemaakt dat van onlening geen sprake is, temeer nu de SOSHAMMER afkomstig is van een onderneming van de zoon van H.Lechner [de ontwerper van de LIFEHAMMER-IEF].”

De rechter wijst het door LSP gevraagde EER-grensoverschrijdende verbod, zonder overwegingen over het auteursrecht in andere lidstaten van de EER,  toe: “4.9.(…) Nu in het algemeen een grensoverschrijdend verbod tot de mogelijkheden behoort en Autovision de vordering (...) op dit punt niet heeft weersproken zal deze in die zin worden toegewezen.”
Autovision wordt eveneens veroordeeld tot betaling van de volledige proceskosten op grond van art. 1019h Rv.

Lees het vonnis hier.

IEF 4340

Gegevensdragers

Persbericht Jules Maaten (EP, VVD): De Europese Unie zal op 12 of 13 juli hoogstwaarschijnlijk besluiten tot een importheffing op digitale fotocamera´s. Dit zou betekenen dat camera´s een tientallen euro's duurder kunnen worden. (…)  Digitale fotocamera´s zijn nu nog gevrijwaard van importheffingen omdat zij onder de Informatie Technologie Overeenkomst vallen. De Nomenclatuur Commissie, waarin vertegenwoordigers van de lidstaten zetelen, overweegt om criteria op te stellen waardoor camera´s met een filmopnamefunctie worden aangemerkt als camcorder. Aangezien bijna alle digitale fotocamera´s de opnamefunctie hebben zal voor al deze camera´s een heffing van 12,5% gelden.

Lees hier meer.

IEF 4339

NUV Nieuws

X-aantal (redelijk) nieuwe berichten op de websitie van het NUV, onder andere:

Toelichting op het Modelcontract. (…) De VvL en de Groep Algemene Uitgevers (GAU) hebben per 1 juni 2007 de toelichting op het Modelcontract voor de uitgave van een vertaling van literair werk op aanwijzing van de Nederlandse Mededingingsautoriteit in lijn gebracht met de Mededingingswet. (…) Het Modelcontract voor de uitgave van oorspronkelijk Nederlandstalig literair werk blijft vooralsnog ongewijzigd

Lees hier meer (incl. nieuwe modelcontract).

Het gaat goed met Reprorecht.  (…) zo bleek uit de laatstgehouden voorjaarsvergadering van het Algemeen Bestuur. Werd in 2006 een recordbedrag uitgekeerd, waarvan circa 12 miljoen euro aan Nederlandse uitgevers en auteurs, voor 2007 wordt nog een verdere stijging verwacht. Die stijging komt natuurlijk voornamelijk door de op gang komende incasso bij het bedrijfsleven.

Lees hier meer.

Gedragscode collectief beheer in wording. Binnen het samenwerkingsverband Stichting Auteursrechtbelangen wordt momenteel hard gewerkt aan de opstelling van en afstemming over een gedragscode voor collectieve beheersorganisaties (‘cbo’s’). Deze gedragscode is het antwoord van de sector op de plannen voor een verscherpte wettelijke regeling voor het overheidstoezicht op cbo’s.

Lees hier meer.

Uitkering leenrecht multimediaproducten in voorbereiding. (…) Na deze procedure en langdurige onderhandelingen met de bibliotheken is vorig jaar uiteindelijk een regeling getroffen tussen NVPI en het NUV enerzijds en de Vereniging Openbare Bibliotheken (VOB) anderzijds. In deze regeling is een onderscheid gemaakt tussen games en informatieve producten. Voor informatieve producten, dat zijn doorgaans de multimediaproducten die door de leden van het Nederlands Uitgeversverbond zijn uitgegeven, is aangesloten bij de uitleenregeling voor boeken. Uitlenen is in beginsel toegestaan tegen een billijke vergoeding. Voor multimediaproducten geldt wel een hogere vergoeding (meer rechthebbenden) en is het in beginsel mogelijk in uitzonderingssituaties een afzonderlijke regeling af te spreken.

Lees hier meer. 

Gehandicaptensite na auteursrechtgeschil weer van start. (…0 De freelance-journaliste had de website een sommatiebrief gestuurd via bureau Cozzmoss. Dit bureau speurt met behulp van software het internet af naar artikelen van aangesloten freelancers die daar zonder toestemming zijn geplaatst. Vervolgens eist het bureau schadevergoeding, waarbij het inschakelen van een incassobureau niet wordt geschuwd. In dit geval betrof het de site van de afdeling in Den Bosch van de Algemene Nederlandse Gehandicapten Organisatie (ANGO Den Bosch). (…) De gehandicaptenorganisatie verkeerde daardoor in de veronderstelling het allemaal netjes geregeld te hebben. De verbazing was dan ook groot toen de boze brief van de freelance-journaliste binnenkwam. De afspraak met de krant bleek alleen betrekking te hebben op de artikelen waarop de krant zelf het auteursrecht bezit. Dat bleek niet het geval te zijn met het artikel van de freelance-journaliste.

Lees hier meer. 

Nieuw voorbeeldcontract voor de verfilming van boeken.  (…) is het contract uit 1991 weer eens onder de loep genomen. In een speciaal daartoe samengestelde werkgroep is gewerkt aan een nieuw contract dat op basis van nieuwe ervaringen en opgedane kennis tot stand is gekomen. Dit aangepaste onderhandelingsmodel is voor het eerst gepresenteerd tijdens de NUV-bijeenkomst ‘Het multimediale boek’ op 19 juni 2007.

Lees hier meer.

IEF 4338

Samenwerkingsverband beeldregistraties

Brief Minister OCW Plasterk aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, 6 juli 2007.

“Bij de behandeling van de mediabegroting 2007 op 30 oktober 2006 heeft de toenmalig minister van OCW toegezegd de Kamer te informeren over de auteursrechten van Politiek24, het digitale themakanaal van de publieke omroepen. Tijdens dit overleg rees de vraag wie de auteursrechten bezit van de beeldregistraties uit de Tweede Kamer op Politiek24.

“(…) Het Samenwerkingsverband Beeldregistraties beheert en bekostigt de technische televisiefaciliteiten in de gebouwen van de Tweede Kamer. (…) Het Samenwerkingsverband zal via licenties beeldregistraties beschikbaar stellen aan partijen buiten het Samenwerkingsverband na van tevoren verkregen toestemming van de Tweede Kamer. De Tweede Kamer behoudt daarnaast het recht om televisiesignalen van de plenaire en, in voorkomende gevallen, de commissievergaderingen voor eigen gebruik aan te wenden. De auteursrechten op de nieuws- en actualiteitenprogramma’s die op Politiek24 herhaald worden, berusten bij omroepen en in sommige gevallen (gedeeltelijk) bij ingeschakelde makers en producenten.”

Lees de volledige brief hier.

IEF 4335

Een zogeheten optelling van stijlen

vaas.gifRechtbank Utrecht, 6 juli 2007, KG ZA 07-500. Brass & Boom tegen Zarex  & Loods 5 (met dank aan Helen Maatjes, Intellectueel Eigendom Advocaten).

Auteursrecht. Geschil over afgeplatte vazen. Geen werk volgens de voorzieningenrechter en dus geen inbreuk. Afbeeldingen in het vonnis.

Partijen zijn beide actief op de woon- en tuinaccessoiresmarkt. Eiseres Brass en Boom stelt dat zij enkele jaren gelden een een drietal ontwerpen heeft vervaardigd voor aluminium vazen die zich kenmerken doordat ze zijn uitgevoerd in een rechthoekige in plaats van ronde vorm. “Het driedimensionale ontwerp vormt als het ware een vertaling van een tweedimensionale afbeelding van het vooraanzicht van een klassieke bokaal/kelkvorm.” De vazen zijn plat in plaats van bol.

Gedaagde Zara  huurt een ‘unit’ in Loods 5, een zogeheten factory outlet. In Loods 5 wordt de ‘Alu Baroque’ vaas verkocht. Deze vaas is afkomstig van Zarex en zou een inbreukmakende gelijkenis vertonen met de vazen van Brass en Boom. De voorzieningenrechter oordeelt echter dat er slechts sprake is van een niet beschermde combinatie van stijlen. 

“4.4. (…) Door Brass en Boom is niet bestreden dat de klassieke standaard kelk/bokaal een stijl betreft die niet voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking komt. De rechthoekige (platte) vorm van varen valt eveneens, zo heeft Zarex voldoende aannemelijk gemaakt, reeds geruime tijd als een bepaalde stijl aan te merken en is derhalve evenmin auteursrechtelijk beschermd. Voorts is door een combinatie van de klassieke kelk/bokaa] stijl en de rechthoekige (platte) stijl (een zogeheten optelling van stijlen) de auteursrechtelijke bescherming niet te bereiken.

Wellicht zou op grond van een toevoeging van andere essentiële kenmerken aan deze combinatie van stijlen auteursrechtelijke bescherming kunnen toekomen, doch daarvan is ten deze geen sprake. Bovendien zou zulks aan Zarex en Loods 5 het aanbieden van de klassieke vaas in rechthoekige (platte) vorm niet kunnen worden ontzegd. Nu de Alu Baroque nagenoeg uitsluitend beperkt blijft bij een toepassing van de klassieke standaard kelk/bokaal in rechthoekige (platte) vorm, is van een mogelijke auteursrechtinbreuk ook reeds op die grond geen sprake. Aldus kan de vordering op grond van schending van auteursrecht niet worden toegewezen.”

Ook van slaafse nabootsing is geen sprake: “4.5 (…) Hoewel er gelijkenis bestaat tussen de vazen (er wordt nu eenmaal gebruik gemaakt van dezelfde stijlen)is er geen sprake van in detail kopiëren, zoals door Brass en Room is gesteld. (…) De vazen vertonen derhalve de nodige verschillen.”

De voorzieningenrechter wijst de vorderingen af en veroordeelt Brass & Boom in de proceskosten van beide partijen.

Lees het vonnis hier.

IEF 4329

Auteursrechtbeleid

Kamerstuk  29838, nr. 5   Kamerstuk, 2e Kamer. Auteursrechtbeleid; Brief minister inzake aanbieding van het jaarverslag van het College van Toezicht collectieve beheersorganisaties (CVTA) over 2006. Bijlages: Rekening van lasten en baten CVTA  over 2006;  Conceptbegroting 2007 CVTA & Jaarverslag 2006 CVTA.

Lees de stukken hier.

IEF 4305

Definitieve verdamping

Het eerste artikel uit de Spoorbundel is inmiddels in overdruk verschenen op de IVIR-site: Auteursrecht op parfum: De definitieve verdamping van het werkbegrip, E.J. Dommering, in: D.J.G. Visser & D.W.F. Verkade (red.), Een eigen persoonlijk karakter, (Spoorbundel), Amsterdam: Uitgeverij DeLex 2007, p. 65-79.

Lees het artikel hier. Eerder bericht Spoorbundel hier.

IEF 4303

Leeuwarder jurkjeszaak (bodem)

Rechtbank Leeuwarden, 27 juni 2007, HA ZA 06-364. Lucky Locked Limited tegen Van der Meulen Sneek B.V. (met dank aan Evert van Gelderen, De Gier & Stam)

Bodemprocedure in Leeuwarder jurkjeszaak. Inbreuk op auteursrechtelijk beschermde kinderverkleedjurk. Conservatoir beslag vervallen door te laat instellen van de eis in de hoofdzaak (artikel 260 Rv).

Lucy Locket heeft in Nederland een kinderverkleedjurk Dragonfly op de markt gebracht. Van der Meulen heeft ook een jurk, genaamd Who’s that girl? op de markt gebracht. Deze jurk vertoont wat betreft model, kleurstelling, materiaal en versierselen grote gelijkenis met de Dragonfly.

Lucy Locket heeft conservatoir beslag gelegd onder Van der Meulen. Voorts is zij een kort geding gestart tegen Van der Meulen. De Voorzieningenrechter te Leeuwarden heeft de vorderingen van Lucy Locket op grond van het auteursrecht toegewezen. Het hof heeft vervolgens dit vonnis bekrachtigd.

Ook in de onderhavige bodemprocedure gaat het in essentie om de vraag of Van der Meulen met het op de markt brengen van de Who’s that girl? jurken inbreuk maakt op een aan Lucy Locket toekomend auteursrecht op de Dragonfly.

Van der Meulen stelt dat aan de Dragonfly geen auteursrechtelijke bescherming toekomt, omdat deze jurk geen werk van letterkunde, wetenschap of kunst is. De rechtbank gaat aan deze stelling voorbij omdat uit de wetsgeschiedenis en jurisprudentie genoegzaam blijkt dat het auteursrecht mede bedoeld is om het uiterlijk van producten met een gebruiksfunctie te beschermen (zie artikel 10 lid 1 sub 11 Aw en HR 15 januari 1988, NJ 1988, 376). Vervolgens oordeelt de rechtbank dat aan de Dragonfly wel degelijk auteursrechtelijke bescherming toekomt. Eigen waarneming van de rechtbank leidt tot het oordeel dat de Dragonfly voldoende specifieke en bijzondere kenmerken – wat betreft de kleurencombinaties, materialen, versierselen en vormgeving – vertoont die, in onderlinge samenhang bezien, de conclusie rechtvaardigen dat de jurk een eigen oorspronkelijk karakter heeft dat het persoonlijk stempel van de maker draagt. Het verwateringsverweer – de vormgevingselementen van de Dragonfly zouden door veelvuldig gebruik en grootste navolging tot een onbeschermde stijl zijn verworden – van Van der Meulen is niet voldoende onderbouwd en wordt door de rechtbank terzijde gelegd. De principiële vraag of verwatering in het auteursrecht mogelijk is, blijft dan ook onbeantwoord.

De rechtbank is van mening dat de gelijkenis tussen de beide jurkjes zo groot is dat inbreuk op het auteursrecht wordt aangenomen. Hierdoor hoeft de vraag of er tevens sprake is van slaafse nabootsing – bij gebrek aan belang – niet te worden beantwoord.

Het conservatoire beslag is volgens de rechtbank een maatregel in de zin van artikel 50 TRIPS c.q. artikel 260 Rv en komen te vervallen, omdat Lucy Locket niet tijdig de eis in de hoofdzaak heeft ingesteld. Een kort geding is niet zo’n eis in de hoofdzaak. De kosten voor dit beslag komen dan ook niet voor rekening van Van der Meulen.

Lees het vonnis hier.